Bijna driekwart van de notarissen van ’s lands grootste notariskantoren maakt ondanks de wettelijke verplichting niet al zijn nevenfuncties openbaar. Dat blijkt uit onderzoek van NRC naar de naleving van de meldplicht. In de nasleep van de megafraude bij landsadvocaat Pels Rijcken door een notaris werd het belang van strikte naleving van de meldplicht de afgelopen jaren juist benadrukt door toezichthouder Bureau Financieel Toezicht en de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie.
NRC onderzocht hoe notarissen bij de top tien van grootste notariskantoren de wettelijk verplichte registratie van nevenfuncties naleven. NRC zocht in de Kamer van Koophandel de bestuursfuncties van alle 74 notarissen die bij deze kantoren zijn aangesloten. 53 van hen deden geen volledige opgave van deze nevenfuncties in het Register Notariaat, waar zij iedere nevenfunctie direct behoren te melden. Drie notarissen die verzuimden te melden zijn tuchtrechter en moeten in die rol oordelen over de naleving van wet- en regelgeving door hun collega-notarissen.
De registratie van nevenfuncties is al decennia wettelijk verplicht en kreeg extra aandacht nadat in 2021 de grootste fraude in de Nederlandse notariële geschiedenis naar buiten kwam, bij landsadvocaat Pels Rijcken. Bestuursvoorzitter Frank Oranje bleek als notaris gedurende zo’n twintig jaar zeker 11,5 miljoen euro van cliënten te hebben gestolen. Bij zijn miljoenenfraude maakte Oranje gebruik van verschillende stichtingen die hij zelf oprichtte en bestuurde. Die functies gaf hij niet op in het Register Notariaat.
Het notariaat kan alleen functioneren als de notaris eer en aanzien geniet, aldus de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie
Een van de lessen die de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) uit de miljoenenfraude trok was dan ook dat de registratie van nevenfuncties beter moest. De KNB, die volgens de wet moet zorgen voor een goede beroepsuitoefening door notarissen, bracht de plicht om nevenfuncties te registeren sinds 2021 nadrukkelijk onder de aandacht van de achterban. In de zomer van 2021 werd ook een betere controle van de meldplicht aangekondigd.
Het Bureau Financieel Toezicht (BFT), de toezichthouder op het notariaat, onderzocht de fraude van Oranje en bracht eind 2021 lessen naar buiten. „De huidige verplichting voor notarissen om alle nevenfuncties op te geven, dient strikt te worden nageleefd en het toezicht hierop dient te worden versterkt”, luidde een van de vier aanbevelingen.
Lees ook
Het levenslange dubbelspel van top-notaris Frank Oranje
Het KNB-bestuur stelde na ruggespraak met toezichthouder BFT in het voorjaar van 2022 een nieuwe beleidsregel nevenbetrekkingen op. Daarin wordt benadrukt dat het notariaat alleen kan functioneren als de notaris eer en aanzien geniet en de samenleving vertrouwen heeft in zijn onafhankelijkheid, onpartijdigheid en integriteit. Daar hoort volledige transparantie over nevenbetrekkingen bij. De meldplicht geldt voor „iedere nevenbetrekking”, leert de beleidsregel, ook voor bestuursfuncties in de privésfeer. Als voorbeeld wordt het bestuur van de persoonlijke holding genoemd die notarissen oprichten om hun verdiensten in te laten stromen.
Verreweg de meeste fouten rond de meldplicht die NRC vond, betreffen het niet melden van het bestuur van die eigen holding. Daarnaast worden bestuursfuncties bij onder meer investerings- en beleggingsvehikels, vve’s, goede doelen en de Rotary niet gemeld.
Tuchtrechters
Notarissen oefenen een wettelijk monopolie uit: onder meer vastgoedtransacties, testamenten en bedrijfsovernames moeten via een notaris lopen.
Aan de onpartijdigheid van de notaris worden dan ook hoge eisen gesteld. De meldplicht van nevenfuncties hangt daarmee samen. „In verband met de eis van onpartijdigheid van de notaris is het van belang dat cliënten zich op een eenvoudige manier op de hoogte kunnen stellen van de nevenbetrekkingen”, zo motiveerde staatssecretaris van Justitie Aad Kosto (PvdA) ruim dertig jaar geleden de invoering van de meldplicht.
Schending van de meldplicht is niet strafbaar, maar kan wel tuchtrechtelijke consequenties hebben. Zo werd een notaris die verschillende fouten maakte, waaronder het niet melden van zijn nevenfuncties, twee jaar geleden geschorst. In 2018 werd een tuchtklacht tegen een notaris die zijn nevenfuncties niet meldde gegrond verklaard; de notaris kreeg een waarschuwing.
Notarissen blijken het bestuur van een eigen holding niet als nevenbetrekking te beschouwen
Onder de door NRC onderzochte notarissen die zich niet aan de meldplicht houden zijn drie notarissen die ook tuchtrechter zijn. Met collega-rechters bepalen zij of een notaris de regels heeft overtreden en zo ja, of en welke sanctie daarop moet volgen.
Twee van de drie notarissen zijn tuchtrechter bij de kamer voor het notariaat, vergelijkbaar met een rechtbank. De derde was dat voorheen ook, en is sinds twee jaar raadsheer-plaatsvervanger bij de Notariskamer van het Amsterdamse gerechtshof: de hoogste tuchtrechter voor notarissen.
Aan de wettelijke meldplicht houdt deze Jurriaan van der Stok, tevens vastgoednotaris bij Loyens & Loeff, zich niet. Zijn bestuursfunctie bij Philartello B.V., zijn persoonlijke holding, is niet gemeld. Dat geldt ook voor de bestuursfunctie die hij sinds 2020 samen met een belastingadviseur van Loyens & Loeff bekleedt bij de door hen opgerichte (vermogens)stichting Zandglas.
Van der Stok stelt desgevraagd dat hij in de veronderstelling verkeerde dat hij aan de meldplicht voldeed. „Na het lezen van de toelichting op de beleidsregel nevenbetrekking, kom ik inderdaad tot de conclusie dat de melding van mijn bestuursfuncties in mijn ‘eigen en privé’ entiteiten onbedoeld niet heeft plaatsgevonden.” De notaris stelt de situatie „enorm” te betreuren.
Van der Stok staat niet alleen. Geen van de vier raadsheer-plaatsvervangers bij de Notariskamer die notaris zijn, leeft de wettelijke meldplicht correct na. Van der Stok is echter de enige die voor een top tien-kantoor werkt.
Interne audits
NRC onderzocht de naleving van de meldplicht bij de elf grootste notariskantoren van Nederland. Bij geen enkel notariskantoor werd de meldplicht volledig nageleefd. Voor Zuidas-kantoor Houthoff scheelde dat weinig: alle zes notarissen meldden wél het bestuur van hun holding. Een notaris gaf zijn nevenfunctie bij een vastgoedrechtinstituut echter niet op.
In de naleving van de meldplicht bestaat geen wezenlijk verschil tussen de grote gemengde advocaten- en notariskantoren van de Zuidas, zoals Loyens & Loeff die zich in de top van de (inter)nationale zakelijke dienstverlening begeven, en de meer regionaal georiënteerde kantoren. Bij de regionale kantoren Het Notarieel en Hekkelman voldoet geen enkele notaris aan de meldplicht. Bij Loyens & Loeff voldoen negen van de tien notarissen niet aan de meldplicht.
Lees ook
Via verhullende constructies koopt de notaris van Het Notarieel tóch enthousiast allerlei vastgoed
De enige van de vijf notarissen bij Zuidas-kantoor Van Doorne die de meldplicht naleeft, is Annerie Ploumen. Zij is sinds 2021 tevens KNB-voorzitter en heeft de afgelopen jaren in die rol het belang van naleving benadrukt. Een van de KNB-bestuursleden en haar vier kantoorgenoten bij Van Doorne schenden evenwel de meldplicht. Van Doorne-notaris Daan ter Braak liet na acht nevenfuncties te registreren. Desgevraagd stelt Ter Braak zich „uiteraard” bewust te zijn van het bestaan van de meldplicht. „Dat blijkt ook uit de melding die ik heb gedaan in 1999.” Destijds nam Ter Braak zitting in de ondernemingsraad (OR) van Van Doorne: zijn enige melding in het register. Op de vraag waarom hij sindsdien geen enkele nevenfunctie registreerde, blijft hij het antwoord schuldig. Wel stelt Ter Braak het „vervelend” te vinden „dat ik kennelijk heb nagelaten om al mijn nevenfuncties volledig te melden.”
Geconfronteerd met de bevindingen van NRC stelt de KNB dat de registratie van nevenbetrekkingen, vooral wat betreft de eigen holding van notarissen, „helaas nog niet goed genoeg is”. Dergelijke signalen zouden ook naar voren zijn gekomen via interne audits die de KNB regelmatig bij notariskantoren laat uitvoeren. Navraag bij notarissen leert volgens de KNB dat zij het bestuur van de eigen holding niet als een nevenbetrekking beschouwen. „De KNB zal daarom opnieuw aandacht vragen bij haar leden voor een volledige en juiste melding van alle nevenbetrekkingen en de controle intensiveren,” aldus een woordvoerder.
Vrijwel alle door NRC benaderde notarissen en notariskantoren stellen in verschillende bewoordingen het niet naleven van de meldplicht te betreuren en de nevenfuncties alsnog te melden of te hebben gemeld.