Zoals je met fiets remt, geef je op een scootmobiel juist gas. En dat maakt rijden soms tricky

Bijna had Gerda Pieters (77) de bijeenkomst aan zich voorbij laten gaan. Het was een regenachtige ochtend, niet fijn om dan op de scootmobiel te moeten. Gelukkig klaarde het op en zit ze nu toch in een lokaal van kerkgebouw Het Open Hof in Deventer.

Toen ze haar scootmobiel vier maanden geleden kreeg, „heb ik hem heel lang in de schuur laten staan”, vertelt ze. „Maar uiteindelijk moet je er toch aan geloven.” Inmiddels vindt ze het prettig dat ze er haar boodschappen mee kan doen. „Voorheen had ik daar mijn zoon voor nodig.” Maar op haar scootmobiel naar het ziekenhuis gaan, durft ze nog niet.

Samen met elf anderen volgt Pieters vandaag een scootmobiel-opfriscursus, die de gemeente Deventer en Veilig Verkeer Nederland organiseren, in samenwerking met Stichting Fooruit en de Deventer scootmobielvereniging De Stokvisrijders. De gratis cursus bestaat uit een theoretisch deel, waarin deelnemers de verkeersregels doornemen, en een praktijkdeel waarbij ze op pad gaan om vaardigheden te oefenen. De cursus wordt ook in andere plaatsen gegeven, zoals Enschede en Etten-Leur.

Scootmobieltraining voor ouderen in Deventer.

Foto’s: Wouter de Wilde

Daar is aanleiding voor. De scootmobiel is volgens Veilig Verkeer Nederland relatief het dodelijkste voertuig in het verkeer: 13 op de 100.000 gebruikers komen bij ongevallen om het leven. Vorig jaar overleden 53 mensen door een ongeval met hun scootmobiel, en op een dipje in de pandemiejaren na, stijgt dit dodental al jaren.

Per afgelegde kilometer overlijden er meer scootmobiel- en gehandicaptenvoertuiggebruikers dan automobilisten, motorrijders en voetgangers, bleek eerder al uit onderzoek van de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) uit 2021. De meeste ongevallen worden veroorzaakt door een val of door een botsing met een obstakel, dus niet met een andere verkeersdeelnemer. Ze gebeuren vaak overdag op een voor de scootmobielrijder bekende plek.

Deelnemer Gerrit (73) illustreert vandaag onbedoeld dat scootmobielen niet altijd vanzelf gaat. Nét voordat het programma begint, komt hij binnen. Hij is later wegens „een ongevalletje”, vertelt hij: de liftdeuren klapten dicht terwijl hij er, op zijn scootmobiel, nog tussen stond.

Foto Wouter de Wilde

Niet vertrekken zonder ontbijt

Nadat iedereen voorzien is van koffie of thee en een koekje, begint instructeur Joop van Bel (77) met zijn presentatie. Van Bel woont in Enschede en werkt sinds zijn pensioen als vrijwilliger bij VVN. „Ik word ook een dagje ouder”, zegt hij tegen de groep, „dus als u vragen heeft: stel ze gelijk. Anders weet ik het niet meer.”

Hij begint met een waslijst aan praktische tips: zorg dat je uitgerust bent voordat je op je scootmobiel stapt. Neem altijd een flesje water mee, ga niet de deur uit zonder ontbijt en vertrek ruim op tijd zodat je niet hoeft te haasten. Daarna laat hij een reeks foto’s zien met de vraag: wie krijgt er voorrang en waarom?

Bij de foto’s met een tram ontstaat discussie. Hoe zat het ook alweer? Krijgt een tram altijd voorrang, of zijn er uitzonderingen? Ook voor de instructeur wordt het even verwarrend. „De tram gaat altijd voor”, zegt Van Bel. Nou ja, niet altijd, want op de tweede foto moet de scootmobielrijder op het zebrapad voorrang krijgen. „Ik snap er niks van”, zegt Gerda Pieters. Maar reden tot zorg is er niet: in Deventer rijden geen trams. In Enschede trouwens ook niet, voegt Van Bel toe.

Na een klein uur begint Van Bel de aandacht van de deelnemers te verliezen. Er wordt onderling gelachen en gediscussieerd. „Zou u even stil willen zijn?”, vraagt Van Bel aan een van de mannen op de voorste rij.

Door je tempo omlaag te brengen, kun je beter manoeuvreren

Linsey van Rijk
ergotherapeut

Dan is het tijd voor de praktijkoefening. In één lange rij rijden de deelnemers op hun scootmobiel naar het Goldebaldpark een paar honderd meter verderop. Voorbijgangers maken een foto van het tafereel.

In het park moeten de deelnemers slalommen tussen twee palen, een steile helling trotseren en over oneffen paden rijden. Ergotherapeut Linsey van Rijk (32) uit Apeldoorn begeleidt de deelnemers en geeft tussendoor tips. Bij een van de deelnemers verzet ze het stuur van zijn scootmobiel om zijn zithouding te corrigeren. „Zo, dat is beter.”

Terwijl de deelnemers in stilte het parcours afleggen, benadrukt Van Rijk het belang van ‘doseren’. „Scootmobielgebruikers moeten leren hun snelheid te reguleren door afwisselend gas te geven en te remmen. Dat vinden ze vaak lastig.” Het slalommen tussen de twee palen is een goede manier om hiermee te oefenen, zegt de ergotherapeut. „Door je tempo omlaag te brengen, kun je beter manoeuvreren.”

Vergeleken met anders scootmobiel-opfriscursussen die Van Rijk als vrijwilliger heeft begeleid, is dit „een vrij makkelijk parcours”, zegt ze. „Soms breiden we uit met pionnetjes en parkeervakken waar in- en uitgereden moet worden.”

Foto Wouter de Wilde

Remverwarring

Wanneer een scootmobiel wordt geleverd, krijgen gebruikers een korte instructie van de leverancier. „Er wordt even uitgelegd hoe de knopjes werken”, zegt Van Rijk. Maar hij gaat niet met je mee naar de supermarkt om je uit te leggen hoe je in een krappe omgeving moet manoeuvreren.

Gerda Pieters beaamt het: „De leverancier deed een klein rondje met me voor de deur en liet de rest aan mij over.” Nog steeds heeft ze moeite met het besturen van haar scootmobiel: „Mijn schuurdeur is heel smal. Soms moet ik drie pogingen doen voordat ik er doorheen ben.”

Van Rijk vindt het jammer dat nieuwe scootmobielgebruikers niet standaard een cursus of persoonlijke begeleiding krijgen aangeboden. „Soms leren bestuurders zichzelf een foute gewoonte aan. Dan denk ik: dit had voorkomen kunnen worden als je beter geïnformeerd was.”

De leverancier deed een klein rondje met me voor de deur en liet de rest aan mij over

Gerda Pieters (77)

Ook het ontwerp van de scootmobiel stuit op kritiek. Op een fiets moet je de handrem inknijpen om tot stilstand te komen, terwijl je op een scootmobiel met het inknijpen van de hendels juist gas geeft. Als je wilt remmen, moet je de hendels loslaten. „Dat kan heel lastig zijn om in je systeem te krijgen”, zegt de ergotherapeut. Volgens de SWOV is verkeerd gebruik van het gashendel een van de veelvoorkomende oorzaken van scootmobielongevallen. De organisatie pleit daarom voor een ontwerp met een rem waarmee scootmobielbestuurders „actief kunnen remmen”.

Van Rijk ziet dat veel mensen hun scootmobiel uit angst laten staan. Door op dit soort cursusdagen te helpen, hoopt ze mensen „een stukje vrijheid” te kunnen geven. „Ook mensen met een mobiliteitsbeperking moeten onafhankelijk kunnen zijn.”

Voor John Burger (61) van Stichting Fooruit was het de „zesde of zevende keer” dat hij „ter ondersteuning” aanwezig was bij een opfriscursus, vertelt hij nadat alle deelnemers zijn vertrokken. Volgens hem was de cursus van vandaag te kort en de groep te groot. „De fijne kneepjes leer je niet.” Desondanks is hij positief. Wat hij het allerleukst vindt aan de cursus? „Het bij elkaar zijn.”

Foto’s: Wouter de Wilde