Een naïeve actie of een moedig statement? Carles Puigdemont, de man die Catalonië in 2017 eenzijdig onafhankelijk verklaarde, is donderdag in Spanje gezien toen hij voor het eerst sinds zijn vluchtactie voet aan de grond zette in zijn thuisland. De politicus, die sinds 2019 in het Europees Parlement zit voor de Catalaanse politieke partij Junts, werd gezien op een bijeenkomst voor zijn aanhangers in Barcelona. Naar verwachting zal hij later op de dag gearresteerd worden.
In een woensdag gepubliceerde video had Puigdemont zijn aanhangers al opgeroepen om ’s ochtends naar het Catalaanse parlementsgebouw te komen. Daar is Salvador Illa, winnaar van de afgelopen verkiezingen, om 10.00 uur benoemd tot nieuwe president van Catalonië. Puigdemont wilde, beschermd door zijn aanhangers, zich een weg banen tot de parlementszaal om zich daar uit te spreken tegen het Hooggerechtshof in Spanje, dat de oud-president van Catalonië onlangs weigerde gratie te verlenen.
Puigdemont vluchtte in 2017 naar België, nadat Madrid een arrestatiebevel had uitgevaardigd tegen alle betrokkenen bij de organisatie van het illegaal verklaarde onafhankelijkheidsreferendum. Vanuit Waterloo bleef hij zijn partij Junts aansturen.
Even leek Puigdemont zonder problemen terug te kunnen keren naar Spanje, toen het Spaanse parlement een wetsvoorstel om de separatistische betrokkenen bij het referendum gratie te verlenen afgelopen mei goedkeurde, maar een maand later maakte het Spaanse Hooggerechtshof op hem een uitzondering. Reden: Puigdemont wordt ook verdacht van verduistering van overheidsgelden.
Hè, waar zijn de Grieken nou? En wat doet dat houten paard voor de poort? Zo moeten de verdedigers van Troje op de muren van hun stad hebben gestaan – als we Homerus mogen geloven, tenminste. De Trojanen besloten het geschenk de stad binnen te halen, waarna de in het paard verstopte Grieken tevoorschijn kwamen en de stad in de as legden.
Deze krijgslist van ruim 3.000 jaar geleden heeft nogal wat weg van de Oekraïense verrassingsaanval van dit weekend. De Oekraïners smokkelden in houten huisjes op vrachtwagens drones Rusland binnen en richtten daarmee grote schade aan op vier militaire vliegvelden.
Het is onbekend of de Oekraïnse geheime dienst zich heeft laten inspireren door de Ilias, maar feit is dat het verhuld binnendringen van het grondgebied van de vijand een krijgslist met een lange geschiedenis is.
Verhalen daarover gaan zelfs verder terug dan het beleg van Troje, dat rond 1200 v.Chr. plaatsvond. Zo’n 250 jaar eerder belegerde de Egyptische generaal Djehuti de stad Joppa (nu Jaffa). Hij deed alsof hij zich wilde overgeven en stuurde een konvooi naar de stad, bepakt met manden waarin tribuut zou zitten. In werkelijkheid ging het om tweehonderd soldaten, die eenmaal binnen de stadsmuren de bevolking wisten te overmeesteren. „Zo veroverde de energieke arm van farao de stad”, valt te lezen op het papyrus waarop deze geschiedenis is overgeleverd.
Egyptologen gaan er vanuit dat het hier een verzonnen verhaal betreft, net zoals de Ilias, maar uit archeologisch onderzoek blijkt wel degelijk dat Jaffa medio vijftiende eeuw v.Chr. een belegering meemaakte.
Stoute daet
Over de historiciteit van de inname van Breda in 1590 bestaat geen enkele twijfel. De Tachtigjarige Oorlog verliep op dat moment niet naar wens voor de Nederlanders, en schipper Adriaen van Bergen stelde daarom aan prins Maurits voor om mannen de stad binnen te smokkelen aan boord van het schip waarmee hij regelmatig turf bezorgde bij het kasteel van de Spaanse bezetters.
Het turfschip ligt in het ijs voor het slot van Breda, maart 1590.
Maurits besloot de gok te wagen. Zo’n 75 van zijn soldaten gingen aan boord van het turfschip, dat na een ijskoude tocht van enkele dagen de stad bereikte. Daar ging het nog bijna mis omdat de schuit lek raakte, maar flink hozen voorkwam dat het Trojaans paard verdronk.
In de vroege ochtend van 4 maart gaf commandant Charles de Héraugière zijn troepen bevel om aan land te gaan. Ze overmeesterden de bezetting van het kasteel en deden daarna de poort open voor het leger van de prins. Overal in de Republiek der Verenigde Nederlanden werd deze „cloeckmoedighe ende Stoute daet”, zoals een pamfletschrijver het noemde, gevierd al een grote overwinning.
Vrolijk op de trommel
Bij de belegering van steden gebruikten niet alleen aanvallers krijgslisten. In het Chinese handboek De 36 krijgslisten (zesde eeuw n.Chr.) bijvoorbeeld staat ‘de Strategie van het Lege Fort’ uitgelegd. Deze list komt erop neer dat de bezetting van een stad of fort doet alsof ze een val zetten – in de hoop dat de belegeraar afziet van een aanval en ontmoedigd afdruipt.
Blokdruk van de slag bij Mikatagahara in Japan, waar de aanvallers bang waren voor een valstrik.
Foto Ackland Museum
Deze tip werd niet alleen in China gebruikt, zoals blijkt uit de slag bij Mikatagahara in Japan in 1573. Krijgsheer Tokugawa Ieyasu moest zich hier met grote verliezen terugtrekken op een fort. Om zijn achtervolgers voor de gek te houden, liet hij de poort open, ontstak alle lichten en liet vrolijk op de trommel spelen. Zijn vijanden dachten dat dit een valstrik was om hen naar binnen te lokken en sloegen daarom op ruime afstand hun kamp op. Tokugawa maakte van dit gebrek aan doortastendheid gebruik door hen in de nacht met een kleine strijdmacht te overvallen en op de vlucht te jagen.
Duizenden voertuigen
Je sterker voordoen dan je bent, deden de geallieerden ook aan de vooravond van D-Day, de landing in Normandië op 6 juni 1944. Om de Duitsers ervan te overtuigen dat de invasie zou plaatsvinden in de buurt van Calais, creëerden de Amerikanen in de buurt van Dover de compleet fictieve First United States Army Group, onder leiding van de beroemde generaal George S. Patton.
Geallieerde soldaten sjouwen met een rubber tank op een basis die in 1944 speciaal was gebouwd om de Duitsers om de tuin te leiden.
Kosten noch moeite werden gespaard voor de illusie. De Amerikanen bouwden complete nepbases, waar ze duizenden voertuigen en tanks gemaakt van rubber, stof en hout parkeerden. Onophoudelijk radioverkeer moest de indruk wekken dat er rondom deze legergroep enorme bedrijvigheid heerste. De list werkte: zelfs nadat de geallieerden in Normandië waren geland, verwachtten de Duitsers een aanval over het Nauw van Calais.
Ridouan Taghi zit al in de nieuwe zittingszaal in Vught als hij zichtbaar wordt op de schermen van de rechtbank op Schiphol. Daar zit een aantal advocaten en journalisten omdat de capaciteit van het zaaltje in Vught beperkt is.
De nieuwe zaal bespaart de overheid een hoop geld. Er hoeven minder mensen ingezet te worden voor speciaal vervoer van verdachten uit de Extra Beveiligde Inrichting (EBI) naar de zittingszaal op Schiphol. En het zou ook minder belastend zijn voor de gedetineerden voor wie speciaal vervoer geen pretje is.
De voorzitter van het Amsterdamse hof vraagt aan het einde van de zitting dan ook wat Taghi vindt van de nieuwe situatie. „Ik dacht al dat u daarnaar zou vragen”, zegt de verbaal vaardige Taghi. „Hoe zou u het vinden als je twee keer naakt gehandboeid en zes keer in het rectum wordt gecontroleerd?”
Ik heb geen behoefte aan advocaten die over mijn rug naam willen maken
Het is een treffend einde van een zitting die draaide om de rechtsbijstand van de meest besproken crimineel van het land. Alles aan deze zaak is anders. Dat geldt voor de wijze waarop Taghi gevangen zit maar ook voor zijn rechtsbijstand.
Zonder advocaat
Ridouan Taghi zit al voor de derde keer sinds de inmiddels zeven jaar lopende strafzaak zonder advocaat. In het voorjaar van 2023, tijdens de eindfase van zijn proces in eerste aanleg, werd advocaat Inez Weski aangehouden op verdenking van het lidmaatschap van de criminele organisatie van Taghi. Haar strafzaak loopt nog.
Vorig jaar zomer gaven haar drie opvolgers er de brui aan tijdens het hoger beroep, waarom precies is onduidelijk. En de advocaten die na een lange zoektocht de verdediging van Taghi op zich hebben genomen, zijn ook weer van de zaak af.
Dat gebeurde nadat hoofdadvocaat Vito Shukrula begin april van dit jaar ook werd aangehouden op verdenking van het lidmaatschap van de criminele organisatie van Taghi. Een beschuldiging die de verdachte nadrukkelijk ontkent. „Ik spreek al vier jaar vrijwel niemand en dan zou ik Shukrula vragen voor drugshandel en witwassen?”
Volgens Taghi is dat „een belachelijke beschuldiging”. Een claim die hij benadrukt met, wederom, een retorische vraag – voor het OM dit keer. „Ik vraag me af wat de gevolgen zijn als blijkt dat hij onterecht is vervolgd.”
Zes advocatenkantoren gepolst
De voorzitter van het hof wil nu vooral weten hoe het nu verder moet met het hoger beroep in de strafzaak Marengo. Want een verdachte die in eerste aanleg tot levenslang is veroordeeld kan in de ogen van het hof niet zonder goede rechtsbijstand.
Hoe langer Taghi zonder advocaat zit, hoe groter de vertraging. En dat kan weer gevolgen hebben voor de andere zestien verdachten in deze strafzaak. Zo zit de straf van kroongetuige Nabil B. er na de zomer op.
Ook Taghi zelf wil graag „rechtsgeleerde bijstand”, vertelde hij aan het hof. Maar dan wel van een advocaat die ervaring heeft met dit soort zaken. „Ik heb geen behoefte aan advocaten die over mijn rug naam willen maken.” Hij heeft zelf ook advocaten benaderd maar dat heeft niets opgeleverd.
„Ik heb zes advocatenkantoren geïnformeerd naar rechtsbijstand”, aldus Taghi. „In een geval heb ik vier keer geprobeerd om met een advocaat in contact te komen. Zelfs na een terugbelverzoek wil die persoon me niet te woord staan.”
Lees ook
Geweld om angst aan te jagen: dat ‘ontwrichtte de samenleving’, en bleek heel effectief
Die gang van zaken frustreert Taghi, die het woord „moraalridders” in de mond neemt als hij spreekt over de vaderlandse strafrechtadvocatuur. „Op de meeste websites van advocaten lees je dat iedere gedetineerde rechtsbijstand verdient maar zodra mijn situatie ter sprake komt, is dat kennelijk niet zo.”
Van de deken van de orde van advocaten, de toezichthouder op de advocatuur, verwacht Taghi weinig. Nadat zijn vorige advocaten medio vorig jaar de zaak hebben teruggegeven, kwam de deken met twee namen op de proppen.
Dat waren volgens Taghi advocaten die zich bij de orde hadden gemeld en vooral ervaring hadden op het gebied van financieel-economisch strafrecht. „Toch wat anders dan mijn zaak”, aldus Taghi. Marengo draait om zes liquidaties en een serie pogingen daartoe.
Hij zei dat hij bereid was zijn nek uit te steken
Na gesprekken met de twee aangedragen advocaten en Vito Shukrula heeft hij uiteindelijk voor de laatste gekozen. „Hij zei dat hij bereid was zijn nek uit te steken”, aldus Taghi.
Dreigbrief van de deken
Over die keuze heeft Taghi daarna naar eigen zeggen „een dreigbrief” gekregen van de deken. Daarin meldde zij volgens Taghi dat hij niet op enige medewerking van de orde hoefde te rekenen als hij in zee zou gaan met andere advocaten dan de twee die door de deken waren aangedragen. Dat is niet goed gevallen bij Taghi: „De deken is mij duidelijk niet goed gezind.”
Het Openbaar Ministerie meldde dat er in verband met de situatie van Taghi contact is gelegd met de Raad voor de Rechtsbijstand, een overheidsorgaan dat gaat over de toewijzing van advocaten en de vergoeding die zij daarvoor krijgen. „Wij hebben verder nog niks gehoord.”
De voorzitter van het hof wijst op de wettelijke plicht van het OM om voor rechtsbijstand te zorgen. En daarna richt hij zich tot Taghi: „We hopen dat er bij de volgende zitting in september nieuwe advocaten zullen zijn.”
Lees ook
Binnen de advocatuur weten ze nu: als je Taghi verdedigt dan ‘kruipt de AIVD in je telefoon’
Een oplichter die je belt met de stem van je moeder of geliefde en vervolgens vraagt om geld over te maken: een griezelige gedachte. Maar geen sciencefiction, volgens een AD-artikel van juni vorig jaar met de kop ‘Criminelen gaan zich ook hier telefonisch voordoen als vriend’. De krant voorspelt dat oplichting met door AI gekloonde stemmen nog „dit jaar voet aan de grond zet in Nederland”. Omroep WNL gaat nog verder en bericht dat criminelen in Nederland nú al „steeds vaker op deze manier toeslaan”. Vrijwel alle grote media besteden aandacht aan het onderwerp, ook NRC, hoewel terughoudender: „Wat doen we als we zelfs de stem van onze geliefden niet meer kunnen vertrouwen?”
De Rijksoverheid lanceert in de zomer van 2024 zelfs een bewustwordingscampagne. Het heeft een onderzoek uitgevoerd waaruit blijkt dat veel Nederlanders de echte stem van radio-dj Ruud de Wild niet kunnen onderscheiden van diens stemkloon en verwacht dat deze truc „op korte termijn ook in Nederland ingezet zal worden door criminelen”.
Toch is het na ruim een jaar aan alarmerende berichtgeving nog zoeken naar mensen die daadwerkelijk opgelicht te zijn met de stemkloon van een bekende. De Fraudehelpdesk ontving tot nu toe maar twee meldingen van oplichting waarbij volgens de melder sprake was van een gekloonde stem. „En die hebben we niet kunnen verifiëren”, zegt woordvoerder Tanya Wijngaarde. De Fraudehelpdesk is het belangrijkste meldpunt voor pogingen tot online oplichting. „Als wij ergens niet van weten, is de kans groot dat het niet gebeurt.” Over de schrale oogst is de Fraudehelpdesk, die zich eveneens grote zorgen maakte, „zelf ook verbaasd”.
Geavanceerde technologie
Dat digitale oplichting in opkomst is, lijdt geen twijfel: de Fraudehelpdesk ontvangt maandelijks tegen de 60.000 meldingen van (vooral online) fraudepogingen. Wel zetten experts tegenover NRC vraagtekens bij de aandacht die voice cloning daarbij krijgt. Volgens hoogleraar computervisie en AI aan de Universiteit van Amsterdam Theo Gevers zijn er nog grote obstakels om iemand telefonisch op te lichten met de stemkloon van een familielid of vriend. De technologie mag dan „behoorlijk geavanceerd” zijn, aldus Gevers, het voeren van een live gesprek middels een stemkloon is erg bewerkelijk.
Eerst over die technologie, die inderdaad vergevorderd is. Het programma ElevenLabs, de gouden standaard in de voice cloning-wereld, heeft maar 10 seconden van iemands stem nodig om hem te klonen. Vervolgens kan de gebruiker intypen wat hij de kloon wil laten zeggen. In jargon heet dit tekst-naar-spraak. „Je kunt in feite niet meer herkennen of het een echte stem is of niet”, zegt Gevers. Hij ontwikkelt zelf ook AI-stemklonen – maar dan voor positieve doeleinden zoals traumaverwerking bij slachtoffers van misdrijven. „Stemklonen zijn tegenwoordig ook goed in intonatie en zelfs emotie.”
Maar daarmee ben je er dus nog niet als fraudeur die iemand telefonisch voor de gek wil houden. Die moet zijn eigen stem live kunnen omzetten in de kloon. Oftewel: spraak-naar-spraak. „Daarbij is de kwaliteit lager dan bij tekst-naar-spraak, en er zit veel vertraging voor de antwoorden. Zoals wij nu met elkaar praten, is de responstijd tussen de 0 en 0,1 seconde. Live AI-stemklonen zitten op 0,5 tot 2 seconden.”
Dat klinkt uiteraard onnatuurlijk, en dat merken mensen, zegt Gevers. Verdwijnen die pauzes door de voortsnellende techniek straks? Gevers vraagt het zich af. „0,1 seconde zou haalbaar kunnen zijn, maar dan heb je wel een heel zware computerchip nodig, die heel kostbaar is.” Een andere bottleneck is de taalbarrière. Stemkloontechnologie wordt vooral getraind met grote talen als het Engels; Nederlands is volgens Gevers commercieel niet aantrekkelijk en daardoor nog onderontwikkeld. „Zeker spraak-naar-spraak-gesprekken lukken in het Nederlands nu echt niet.”
Maatwerk
Bovendien vergt oplichting met voice cloning veel maatwerk. „Je moet een slachtoffer selecteren, van diegene een geliefde of een familielid zoeken, daarvan een stemopname vinden, en vervolgens een goede stemkloon maken”, zegt Boudewijn van der Valk, die het fraude-expertteam leidt bij ING. Voor zover hij weet is deze methode op dit moment „niet bestaand” – al kun je nooit 100 procent uitsluiten dat het gebeurt. Zeker is wel dat het leeft onder mensen. „Als ik op feestjes praat over mijn werk, dan is dit een van de onderwerpen die ter sprake komen.”
Ook universitair hoofddocent cybrercrimepreventie aan de TU Delft Rolf van Wegberg heeft voice cloning-oplichting „nog niet in het wild gezien”. Volgens Van Wegberg, die ook optreedt als getuige-deskundige in rechtszaken, heeft de technologie „risico en potentie”, maar net als Van der Valk noemt hij het ook omslachtig en veel werk. Zoveel moeite doen oplichters doorgaans alleen bij grote instellingen. „Dan weet je dat het om tonnen aan losgeld gaat dat je kunt buitmaken.” Bij particulieren weet je van tevoren niet „of er rendement uitkomt” en zoeken oplichters naar efficiëntere methodes.
Dat zegt ook Wijngaarde van de Fraudehelpdesk. Ze verwijst naar telefoontjes waarbij een bandje wordt afgespeeld, zogeheten robocalls. Het slachtoffer wordt dan bijvoorbeeld gevraagd toegang te geven tot de computer of internetbankieren. Zo’n tactiek kan geautomatiseerd op talloze mensen tegelijk worden losgelaten. Hetzelfde geldt voor WhatsAppjes van een kind dat zogenaamd zijn telefoon is verloren en pa of ma vanaf een leentelefoon vraagt om geld. Zulke methodes zijn zo succesvol, dat oplichters meer geavanceerde trucs wellicht niet nodig hebben, zegt Wijngaarde.
Gerichtheid op anekdotes
Dat de technologie er is om stemmen te klonen, maakt het dus nog niet gelijk geschikt voor oplichting. Toch circuleren er in de media enkele verhalen, vooral uit het buitenland. Zo komt in veel artikelen hetzelfde relaas terug van een Amerikaanse vrouw die gebeld zou zijn door een stemkloon van haar dochter die ontvoerd zou zijn, waarna de ontvoerders losgeld eisen. Gevers is sceptisch over dergelijke onverifieerbare verhalen. „Ik geloof het pas als de stemopname is geanalyseerd met stemtools, inclusief de nieuwste AI-detectoren.”
Gevers wijst er ook op dat de conclusie dat iets AI is soms te snel wordt getrokken. Hij verwijst naar een incident uit 2021, waarbij de Tweede Kamer met een deepfake van een medewerker van Alexei Navalny zou hebben gesproken. Bij een deepfake wordt niet alleen de stem, maar ook het gezicht van iemand met AI nagemaakt. Maar de medewerker bleek ‘gewoon’ een bedrieger van vlees en bloed.
Volgens deskundigen is er een dilemma tussen op tijd voor iets willen waarschuwen, en niet aan bangmakerij willen doen
Het risico van aandacht voor spannende scenario’s als voice cloning is dat het ten koste gaat van de aandacht voor methodes die veel meer Nederlanders raken, zoals de eerdergenoemde WhatsApp-fraude.
Van Wegberg vindt dat de berichtgeving over cybercriminaliteit „soms een hoog Shownieuws-gehalte heeft”. Journalisten vragen hem vaak naar een actueel voorbeeld van cybercrime waar ze hun artikel aan kunnen ophangen. „Dan kom je snel uit bij iets wat dan toevallig net gebeurd is. Dat is natuurlijk maar een anekdote, niet iets representatiefs.” Van der Valk, die in principe blij is dat de media-aandacht voor online oplichting is toegenomen, verwijst in dit verband naar berichtgeving vorig jaar over hackers die smartphones zouden binnendringen door je gezicht te kopiëren. Dit verhaal bleek later niet waar. „Zoiets is onnodige bangmakerij voor spullen die we in ons dagelijks leven gebruiken.”
Volgens de deskundigen is er een dilemma tussen op tijd voor iets willen waarschuwen, en niet aan bangmakerij willen doen. Manon den Dunnen herkent dit „heel erg”. Als techspecialist bij de politie werd zij vorig jaar onverwachts heel veel gebeld door journalisten over voice cloning-oplichting. Ze besluit het onderwerp te zien als een kapstok om mensen bewust te maken van hoe „je niet meer alles kan vertrouwen wat je hoort en ziet. En dat je een oproep tot iets onomkeerbaars als het overmaken van geld, of het delen van vertrouwelijke informatie, altijd bij de afzender moet verifiëren.”
Tegen het AD zegt ze dat ze zich grote zorgen maakt, en dat er nog voor het einde van 2024 veel meer meldingen zullen zijn. Ze vraagt collega’s om het haar te laten weten als er een melding of aangifte is. Maar het blijft bij een handjevol verhalen, die ze niet kan verifiëren. Haar vrees komt niet uit. „In ieder geval weten we het niet. Dat is voor mij wel een leerpunt: je weet het niet van tevoren.”
Of ze het volgende keer anders zou doen, vindt ze een lastige vraag. „Want ik verwacht eigenlijk nog steeds dat het gaat toenemen.” Waar Gevers wijst op de tekortkomingen, zoals de lange responstijd en het voorlopig gebrekkige Nederlands, benadrukt Den Dunnen dat mensen ook in een emotioneel neptelefoontje kunnen trappen als het niet perfect klinkt. „Mensen slaan aan op het vertrouwde dat ze erin horen. Zeker als je afleidende omgevingsgeluiden toevoegt of doet alsof de verbinding slecht is.” Volgens haar blijkt dit uit tests door de politie.
Verhalen blijven komen
Bewijs of niet, de media-aandacht voor voice cloning-oplichting gaat door. Onlangs leek het opnieuw een groot probleem. De Fraudehelpdesk had bekendgemaakt dat het in het eerste kwartaal van dit jaar bijna 10.000 meldingen van neptelefoontjes had ontvangen. Die gingen allemaal niet over voice cloning. Toch koppelen grote media als het AD en de NOS het daar nadrukkelijk wél aan. Nieuwssite NL Times schrijft zelfs dat „duizenden Nederlanders” belaagd zijn met AI-stemklonen. Tanya Wijngaarde van de Fraudehelpdesk bevestigt dat de cijfers verkeerd zijn geïnterpreteerd. „Ik was er vooraf niet van op de hoogte dat onze cijfers zouden worden gekoppeld aan verhalen over AI”, zegt ze. Maar aan die associatie blijkt al niet meer te ontkomen.