Tijdens een veelbesproken olympisch bokstoernooi werkt Boris van der Vorst stug door aan zijn missie

Welkom in de boksarena!”, begroet Boris van der Vorst met een weids gebaar, als ware hij de baas van het boksen. Misschien is hij dat ook wel. Niet hier op de Spelen, nog niet, maar hij is hard op weg. De Nederlander is sinds november voorzitter van World Boxing, de mede door hemzelf opgerichte, nieuwe wereldboksbond. Het Internationaal Olympisch Comité (IOC) heeft World Boxing omarmd na het voorgoed uitsluiten van de IBA, de oude wereldboksbond. Die had het zó bont gemaakt, met financiële en bestuurlijke schandalen, dat de toekomst van het boksen als olympische sport op het spel staat. En serieus ook: voor de Spelen van 2028 in Los Angeles is een van de oudste olympische sporten voorlopig geschrapt.

In die zin is alle ophef rond de Algerijnse boksster Imane Khelif illustratief. Het maakt volgens Van der Vorst direct duidelijk wat er mis is met de IBA. Nadat haar Italiaanse opponent Angela Carini zich kort na aanvang van hun partij, vorige week, had teruggetrokken, kwam er een geruchtenstroom op gang. Niet alleen over het geslacht van Khelif, die tegen journalisten zei dat ze „vrouw is en dat altijd zal blijven”. Ook zou de IBA Carini geld hebben aangeboden en haar onder druk hebben gezet haar partij vroegtijdig af te breken.

Van der Vorst wil niet op de kwestie reageren, maar zegt wel dat hij dit soort controverse in de toekomst wil voorkomen. „Veiligheid staat voorop in het boksen. Onze medische commissie gaat hiermee snel aan de slag. We moeten hier goed beleid voor maken en volgen het IOC, net als alle andere sporten.”

Terwijl de Kazachstaanse Nazym Kyzaibay en de Braziliaanse Caroline Barbosa de Almeida aan hun partij in de klasse onder de 50 kilo beginnen, doet de oud-voorzitter van de Nederlandse boksbond uit de doeken waarom zijn sport zo onder druk staat. Met veel namen, data en zijsprongen naar geopolitiek – om aan te geven hoe complex de bokswereld in elkaar zit.

De crisis in het boksen komt hierop neer: tijdens de Olympische Spelen van 2016 in Rio bleek dat juryleden tijdens het bokstoernooi hadden geknoeid met de uitslagen van elf wedstrijden. Boksster Nouchka Fontijn, winnares van zilver op die Spelen, kan het zich nog herinneren: „Ik ben daar zelf geen slachtoffer van geworden, maar het was wel gek om te zien dat partijen om me heen raar gejureerd werden.”

Sponsor Gazprom

Het was niet voor het eerst dat de jurering in het boksen ter discussie stond, maar nu trok het IOC een grens. Het comité had genoeg van de corruptiepraktijken van de IBA, die verantwoordelijk was voor de organisatie van het olympisch toernooi, en schorste de bond in 2019 om orde op zaken te stellen.

Oemar Kremlev, de nieuwe Russische voorzitter van de IBA, liet zich niet de les lezen. Over de gelden die hij van het Russische gasbedrijf Gazprom ontving voor de bokssport, wilde hij niets over kwijt. „Ik heb nooit een cent verdiend met boksen”, vertelt Fontijn. „Maar met de komst van Kremlev werd dat anders. Hij zei gewoon: een WK winnen is een ton waard. Boksers gingen ineens heel veel verdienen. Het is niet meer dan menselijk dat iedereen daar blij mee was. Maar ethisch gezien slaat het nergens op, want god weet waar dat geld vandaan kwam.”

Zelf heeft ze Kremlev één keer ontmoet, in 2017: „Hij was toen hartstikke dronken. Ik heb het gevoel dat dat niet meer is overgegaan. Als je ziet hoe hij tijdens een persconferentie eerder deze week IOC-voorzitter Thomas Bach bedreigt…”

Kremlev heeft voor zijn gevoel alle reden om boos te zijn op het IOC. In 2023 trok het comité de erkenning van de IBA als wereldboksbond in. Een historisch besluit; nooit eerder sloot het IOC een sport uit van de Spelen. Tijdens de schorsing van de IBA organiseerde het IOC zélf het olympische bokstoernooi in Tokio, net als het toernooi dat nu in Parijs wordt gehouden.

Boris van der Vorst, de Nederlandse voorzitter van World Boxing, de mede door hemzelf opgerichte, nieuwe wereldboksbond.
Foto Arne Dedert/dpa

Vijftig leden

Boris van der Vorst doet verwoede pogingen de sport te redden. Aanvankelijk door zich te kandideren als voorzitter van de IBA, om de bond van binnenuit op het rechte pad te krijgen. Maar hij raakte naar eigen zeggen gevangen in een net van vuile spelletjes, bedreigingen en afluisterpraktijken, waar hij Russische invloeden achter vermoedt. En dus besloot hij met een aantal anderen een nieuwe, internationale boksbond op te richten, waarvan hij na verkiezingen zelf voorzitter is geworden. Ondanks pogingen van de IBA om World Boxing te ondermijnen, begon het IOC in mei formele besprekingen met de bond. Boksers van nationale bonden die lid van de IBA blijven, zijn niet welkom op de Spelen van 2028 in Los Angeles.

Als daar tenminste een bokstoernooi wordt gehouden, want de sport krijgt pas olympische erkenning als World Boxing eind dit jaar minimaal vijftig leden heeft en voldoet aan een aantal andere criteria. Zevenendertig boksbonden, zoals die van de VS, Engeland, Duitsland en andere belangrijke landen, hebben de strenge procedures voor aansluiting doorlopen, waarbij ze onder andere moesten aantonen dat ze hun governance op orde hebben. Nederland is ook al lid. Van der Vorst is in Parijs om het resterende aantal over de streep te trekken. „Het gaat hier vooral om kennismaken”, zegt hij. „In sommige culturen willen ze je eerst ontmoeten, voor ze iets besluiten.”

Armere bokslanden

Uitleggen is een tweede belangrijk onderdeel van zijn lobbywerk. „Veel landen vragen me: én, hoeveel geld krijg ik als ik me bij World Boxing aansluit? Maar zo werkt het niet. We zijn geen IBA. Met name voor kleinere, armere bokslanden waaraan Kremlev geld heeft beloofd, maakt dat de overstap heel moeilijk.”

Toch is Van der Vorst vol vertrouwen. „Er zitten nog meer dan tien landen in de procedure.” Het vereiste aantal leden wordt zeker gehaald, denkt hij.

Van der Vorst krijgt niet betaald voor zijn werk voor World Boxing. Net als zijn collega-bestuurders bekostigt hij veel van zijn reizen zelf – in zijn geval van het geld dat hij als ondernemer verdient. „Zoveel in het boksen investeren is mijn bijdrage aan een betere bokswereld”, zegt hij. „Stel je voor dat het lukt, dat we erkend worden door het IOC en boksen in 2028 onder onze vlag op de Olympische Spelen staat. Dan hebben we iets heel gaafs gedaan.”