Even voor vier uur op zondagmiddag is de spanning in Les Invalides in Parijs om te snijden: de vrouwen van het Nederlandse handboogteam lijken de finale te gaan halen. Met 4-2 staan ze voor tegen Zuid-Korea, dat in Parijs voor de tiende keer olympisch kampioen kan worden. In de vierde set weten de Koreaansen gelijk te maken, waarna het er via de shoot-off met de winst vandoor gaat. De Nederlandse vrouwen werden verwezen naar een partij tegen Mexico om het brons.
Het was 32 jaar geleden dat Nederland met een vrouwenteam bij het handboogschieten op de Olympische Spelen stond – de laatste keer was in Barcelona 1992 – en sinds donderdag had het team sowieso al verrast. Ze hadden zich als twaalfde geplaatst en in de achtste finale moesten Gabriela Schloesser (30), Laura van der Winkel (22) en Quinty Roeffen (18) tegen Frankrijk. Een partij tegen het gastland is bij deze Spelen extra ingewikkeld met een luidruchtig roepend en zingend Frans publiek, maar ze konden de spanning aan en wonnen met 6-0 – in drie sets dus. Het was de wedstrijd met de meeste spanning geweest, vertelde Van der Winkel later. Alleen al omdat ze geen idee hadden hoe hard het geluid zou zijn. Daarna bleven ze natuurlijk, maar de focus bleef: ook de kwartfinale tegen India werd eenvoudig gewonnen met 6-0.
Geboren Mexicaanse
Een half uur na de halve finale, moest er alweer klaar worden gestaan voor de strijd om het brons tegen Mexico dat in de halve finale had verloren van China. Voor Schloesser was het een extra beladen wedstrijd: geboren in Mexico was ze onder haar meisjesnaam Bayardo in 2016, bij de Spelen van Rio de Janeiro, nog uitgekomen voor het Mexicaanse team, waarmee ze toen vijfde werd. Ze moest het nu opnemen tegen onder meer haar teamgenoot van weleer Alejandra Valencia.
Behalve teleurgesteld dat de wedstrijd met 6-2 van Mexico werd verloren, was Schloesser ook geëmotioneerd. Iedereen wilde van haar weten hoe het was om tegen haar geboorteland te spelen, dat ze omwille van haar liefde voor de Nederlandse handboogschutter Mike Schloesser had verlaten. Ook de Mexicaanse pers stond te dringen om een reactie van haar. Droog hield ze het niet, om uiteindelijk te verzuchten: „Ja, dat was emotioneel om te doen, maar ik weet ook niet wat ik er nog meer over moet zeggen”.
Ondanks dat ze ver zijn gekomen, overheerste vooral de teleurstelling bij alle drie na deze middag. „Het voelt nu een beetje zuur, maar we hebben laten zien dat we echt wel potentie hadden voor een medaille”, vindt Van der Winkel. „En vooraf hadden we er voor getekend”, vult Roeffen aan, terwijl ondertussen Zuid-Korea wint van China en er opnieuw met het goud vandoor gaat.