Pas twee weken na de start van het Hongaarse EU-voorzitterschap is de boodschap van de Europese Commissie al: wij doen niet meer mee. Maandagavond liet de Commissie weten voortaan geen politieke afvaardiging meer te sturen naar vergaderingen die Hongarije organiseert als voorzitter van de Raad van de Europese Unie in Hongarije.
Aanleiding zijn de recente, ongecoördineerde bezoeken van premier Viktor Orbán aan Moskou en China – in zijn eigen woorden onderdeel van een ‘vredesmissie’. Orbán lichtte andere EU-landen niet in en berichtte na afloop over zijn reizen met het logo van het EU-voorzitterschap. Maandag liet Orbán aan Hongaarse media weten een ‘vredesplan’ te hebben opgesteld voor de oorlog in Oekraïne, dat hij met Europese collega’s wil delen.
Het besluit van de Commissie is nooit eerder genomen en betekent een nieuwe escalatie in de verhouding tussen Hongarije en de rest van de Europese Unie. Vorige week riepen ambassadeurs van tal van EU-landen hun Hongaarse collega al in Brussel op het matje om Orbáns reizen. Dat de Hongaarse premier duidelijk suggereerde namens de EU te reizen en te spreken, is volgens andere EU-landen onacceptabel. Uit ongenoegen stuurden veel EU-landen vorige week ook een ambtenaar naar vergaderingen in Hongarije, in plaats van de gebruikelijke minister of staatssecretaris.
Duidelijk signaal
Nu zendt ook de Europese Commissie een duidelijk signaal, door voortaan eveneens alleen nog ambtenaren naar de EU-bijeenkomsten in Hongarije te sturen. Ook zal de Commissie niet meer naar Boedapest afreizen voor het officiële, gebruikelijke bezoek aan het voorzittende EU-land. In Brussel gaat bovendien een plan rond een bijeenkomst van buitenlandministers in Boedapest eind augustus te saboteren door gelijktijdig een vergadering voor die ministers in Brussel te organiseren.
Hongarije bekleedt sinds 1 juli het roulerend voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie, waardoor Hongaarse ministers de komende zes maanden de Europese ministerraden leiden en de agenda vaststellen. Dat doet een EU-land in theorie volstrekt neutraal en onpartijdig, maar tegelijk is het wel een periode waarin je als voorzitter aandacht kunt genereren voor jezelf en relevante nationale thema’s.
Vooruitlopend op de start van het voorzitterschap groeide in Brussel al vrees en ongemak over de aanstaande rol van Hongarije. De afgelopen jaren lagen zowel Brussel als andere EU-landen voortdurend overhoop met Orbán, onder meer over de rechtsstaat, maar ook over Hongaarse blokkades van sancties voor Rusland en steun voor Oekraïne. Vorig jaar pleitte een meerderheid van het Europees Parlement al voor het opschorten van het Hongaarse voorzitterschap.
Die laatste optie wordt in Brussel nu weer openlijk besproken, in reactie op Orbáns eigengereide gedrag. De kans dat dit daadwerkelijk gebeurt blijft klein, omdat het volgens betrokkenen een te grote escalatie in de betrekkingen zou betekenen.
De Hongaarse minister van EU-zaken János Bóka toonde zich maandagavond op X verbolgen over de boycot van de Commissie. „De Commissie kan de instellingen en lidstaten waarmee zij wil samenwerken niet zomaar uitkiezen. Zijn alle besluiten van de Commissie nu gebaseerd op politieke overwegingen?”