Als NRC een roman was, was Mark Rutte de afgelopen veertien jaar de hoofdpersoon. In 5.011 dagen premierschap vermeldde NRC 7.199 maal de naam van de man die op 2 juli klaar zat om de landspolitiek uit te fietsen, weer afstapte om zijn hoogste ambtenaar gedag te zeggen en toen definitief koers zette naar een Atlantische toekomst. In die periode verschenen 4.228 edities van NRC Handelsblad en NRC: wat minder dan twee keer ‘Mark Rutte’ per krant. (Voor de volledigheid: daarbij komen nog artikelen waarin ‘premier Rutte’ of ‘Rutte’ figureerde, verhalen op de site en podcasts.)
Maar in wat voor roman hebben we ons de afgelopen veertien jaar dan ondergedompeld? De held leek zich duidelijk op zijn gemak te voelen in de sfeer van het zonnige jongensboek (werktitel Vrolijke avonturen van een gewone appeljongen), in elk geval meer dan in die van een ideeënroman (Het vaasje breekt de olifant). Al zullen zijn scherpste critici er eerder een whodunnit in hebben gelezen, maar dan eentje van moderne snit, waarin de schurk uiteindelijk de dans ontspringt (Geen actieve herinnering). Of juist een ontwikkelingsroman, waarin de hoofdpersoon toegroeit naar morele inzichten over de rol van de overheid tijdens de bezetting en over de slavernij (Achter de lach schemert de ziel). Of was dit gewoon het eerste deel van een angstaanjagende roman over de ondergang van het laagland: Een waanzinnig gave apocalyps. En zijn niet alle goede romans psychologische romans, waarbij Rutte zich buitengewoon geschikt toonde voor een show, don’t tell-aanpak: Niet het teflon, maar de handgreep.
Rutteroman
Hoe dan ook is die roman een Pak van Sjaalman, een hybride Gesamtkuntswerk. Al is het maar omdat er in de loop der jaren honderden auteurs aan hebben meegeschreven, elk met een eigen invalshoek, opdracht en stijl. De Rutteroman was alles tegelijkertijd. Toch valt er, terugkijkend, best een lijn in te ontdekken. Enkele dagen voor het aantreden van Rutte I publiceerde NRC een royaal portret onder de titel Rutte ontkleed, waarin de nieuwe hoofdpersoon nauwkeurig werd ontleed. Het had iets weg van de proloog van een jongensboek. Het begon met zijn tweedehands auto, zijn ouderwetse telefoon, zijn kleine huis, vaste vakantiebestemmingen, zijn bril en broekspijpen, zijn wekelijkse maaltijd met zijn moeder en zijn vriend Jort Kelder. Die zei trouwens: „Mark had prima met PvdA en GroenLinks kunnen regeren. Maar zij eisten van hem dat hij een loser en een leugenaar werd.” Uiteindelijk, voorspelde hij, zou Wilders overal de schuld van krijgen en zou Rutte de VVD nóg groter maken. Kelder noemde zijn vriend „een moeilijk kenbare jongen’ – toch een voorafschaduwing van een personage met meer psychologische diepgang.
Dat er over dit karakter méér te zeggen viel dan verschillende variaties op het thema jovialiteit, werd in de loop der jaren duidelijk, met name toen de premier zich steeds vaker beriep op geheugenfeilen. In april 2018 inventariseerde NRC de subpersonages waarmee de retoricus Rutte zich uit de problemen praatte: de opgewekte Rutte, de vergeetachtige Rutte, de staatsman Rutte en de verliezende Rutte. Die laatste kon kribbig worden, schreven de verslaggevers.
Geen actieve herinnering
Ruttes aanduiding „geen actieve herinnering” ging een eigen leven leiden, ook in de kolommen van NRC – de auteur die dat begrip het vaakst aanhaalde was overigens columnist Youp van ’t Hek: zeven maal sinds 2021. „Hoe vaak mag een premier zeggen dat hij iets niet weet?”, vroeg NRC zich eind 2019 af. Nog best vaak, zo zou blijken, al werden de hoofdredactionele commentaren van NRC strenger. Na het debat over ‘positie Omtzigt’ op 1 april 2021, luidde het oordeel: „[E]en premier die in zijn eigen woorden „niet liegt” en toch niet wordt geloofd, zit misschien wel in het Torentje, maar dan zonder daadwerkelijke macht. De VVD moet beoordelen of Ruttes belang hier nog het partijbelang is – het land is bij een zwakke premier in elk geval niet gebaat.”
Er waren lezers die dat te gortig vonden. De afgelopen twee jaar melden zich met behoorlijke regelmaat lezers bij mij die zich afvragen wat NRC toch tegen de premier heeft: „Uw persoonlijke strijd tegen Rutte is gewoon kinderachtig.” Een opzegger: „Tijdens de periode Rutte (13 jaar) heb ik nooit 1 letter positief nieuws gelezen in NRC over Rutte of zijn VVD.” Andere lezers vonden juist dat de premier de hand boven het hoofd werd gehouden: „De voorpagina vandaag: Is NRC nou warempel campagnekrant voor liegbeest Rutte geworden?!”
Zo lijkt de appeljongen in een steeds grimmiger verhaal beland te zijn; al zullen veel lezers het idee hebben dat de hun hoofdpersoon toch niet zo onschuldig is als hij in eerste instantie leek.
Psychologische diepgang kreeg de romanfiguur Rutte in een aantal artikelen die politiek verslaggever Petra de Koning over hem schreef. In 2015 volgde zij de premier een jaar lang bij optredens en op reis, want: „Hij laat zich het beste kennen door zijn gedrag.” Het leidde tot een verhaal (Altijd het vrolijke mannetje) waaruit bleek hoe beeldbewust Rutte was (nóóit iets in je mond stoppen als je gefotografeerd kan worden – zie het drama met de Groningse eierbal) en dat vrolijkheid hem beter afging dan ernst. In 2020 publiceerde De Koning een boek over Rutte, twee weken geleden verscheen een gedetailleerde reconstructie van de benoeming van Rutte tot secretaris-generaal van de NAVO. Het bevatte een beeld dat de lezer van de Rutteroman nog lang bij zal blijven: Mark Rutte, zwemmend met Angela Merkel bij het zomerhuis van die laatste.
Misschien is daar dan wel de beste titel voor de totaalroman uit te peuren: Schaterlachend in het zwarte water.
Reacties: [email protected]
Reageren op dit artikel kan alleen met een abonnement.
Heeft u al een abonnement, log dan hieronder in.