Forest Shuffle: een lief bosspel vol duivelse dilemma’s. En leerzaam: want waarom houden egels van vlinders?

Waarom houden egels van vlinders? Het is een vraag waar we mee bleven zitten na het spelen van het lieflijk bosspel Forest Shuffle. In dit fijne kaartspel leggen twee tot vijf spelers prachtig geïllustreerde natuurkaarten tot er een bos is gegroeid. Punten scoor je volgens ecologica.

Zo levert een wolf meer punten op met herten in het bos. De goudvink scoort met insecten. De havik lust juist vogels. Hazen mag je eindeloos stapelen, waar de rode vos zijn pootjes dan weer bij aflikt. En egels willen dus vlinders. (Maar waarom?)

Elk bos begint met een boom. Laten we een eik spelen, maar een beuk, berk, linde of spar mag ook. Zodra de eik op tafel ligt is er ruimte voor ander leven. Onder elke van de vier zijdes van de eikenkaart mag je andere kaartjes schuiven, zodat de helft zichtbaar blijft.

Alle kaarten in Forest Shuffle zijn daarom in tweeën gespleten. Sommige zijn horizontaal gesplitst: links een vos, rechts een everzwijn. Of verticaal: onder een mierenvolk, boven een bosuil.

De duivelse dilemma’s zijn ingebakken in de kaarten. Dan staat er op de linkerhelft een relmuis, een kaart die pas punten oplevert met drie vleermuizen in het bos. En wat staat er op de rechterhelft? Natuurlijk, een vleermuis.

Ook bomen zelf zijn punten waard. Een eik scoort punten als er andere boomsoorten in je bos staan. Paardenkastanjes doen het juist goed met méér paardenkastanjes. En zo lokt zelfs die eerste keus voor een eik meteen weer nieuwe keuzes uit.

Daarbij is het zaak wendbaar te blijven, oog te houden voor kansen en verliezende tactieken te verlaten. Soms hoop je op een kaart die niet komt, als een wanhopige ecoloog. Er is écht plek in je bos voor wolven, kijk naar al die heerlijk sappig dartelende reeën, maar ze komen niet.

Forest Shuffle is voortdurend kiezen. Niet alleen om de kaarthelft die je speelt, maar ook om de kaart zélf. Want om een gewenste kaart te spelen betaal je met kaarten uit je hand die je nét iets minder graag wil. Die komen op de open plek en zijn voor andere spelers beschikbaar. Dit bos is circulair, niets gaat verloren.

Tot de winter komt althans. Er zijn drie winterkaarten verstopt in de trekstapel. En als de derde winterkaart is getrokken, is het spel meteen afgelopen.

De egelvraag laat ons niet los. Toch maar even googlen. De site van een Britse vlinderstichting heeft het antwoord. Kevers zijn het meest geconsumeerde prooidier van egels. Op plek twee staan rupsen. Aha.