Gilberto Schwartsmann heeft een unieke collectie aan zeldzame boeken: ‘Je komt zo bij het oergevoel van de literatuur’

Een goedlachse grijzende man verschijnt op het beeldscherm met opgewekte stem. „Welkom in mijn boekenparadijs!” Gilberto Schwartsmann (69) is arts, maar in Brazilië ook bekend als verzamelaar van romans, manuscripten en theaterstukken. Het plan was om af te reizen naar zijn zuidelijke woonplaats Porto Alegre voor een persoonlijke rondleiding door zijn unieke collectie van pakweg 400 zeldzame edities, veelal eerste drukken van wereldberoemde klassiekers. Dat kon niet doorgaan vanwege de grote overstromingen in de deelstaat Rio Grande do Sul. Het vliegveld van hoofdstad Porto Alegre is voor langere tijd gesloten. „Het is een nationale ramp en veel mensen zijn alles kwijt. Ik heb geluk gehad. Mijn boeken zijn grotendeels ondergebracht in de staatsbibliotheek van Porto Alegre voor een expositie. Dat gedeelte van de stad ligt hoger en heeft daardoor minder schade opgelopen”, zegt Schwartsmann als hij de stand van zaken beschrijft in het rampgebied, waar tienduizenden mensen dakloos zijn geworden.

Schwartsmann is oncoloog, schrijver, dichter en theatermaker. Een duizendpoot die verschillende onderscheidingen kreeg, beschermheer is van culturele instellingen en voorzitter van het Symfonie Orkest van Porto Alegre (OSPA). Hij is nazaat van Europese migranten en kwam al vroeg in aanraking met literatuur. Zijn moeder droeg gedichten voor, die hij uit zijn hoofd leerde. Ook kon hij geen genoeg krijgen van de fabels van de Braziliaan Monteiro Lobato. Dertien was hij toen hij in een tweedehandsboekenzaak een speciale Portugees-Italiaanse editie kocht van Dante’s De goddelijke komedie. Dat was de start van zijn Dante-collectie en passie als verzamelaar. „Je komt zo heel dicht bij de bron van een boek, bij het oergevoel van de schrijver en daarmee bij de literatuur.” Sindsdien zoekt hij naar zo vroeg mogelijke of bijzondere edities van boeken.

Erotische scènes

Zijn verzameldrift gaat ver. Lachend vertelt hij over een vakantie met zijn vrouw in Parijs. Ze waren nog jong. Op een dag struinde hij langs de antiquariaten in de buurt van de Sorbonne. „In een van die zaken vond ik een editie van de Duizend-en-een- nacht in de vertaling van Mardrus en niet in die van Galland, die bekender is. Hierin zaten nog bepaalde erotische scènes, die er bij Galland zijn uitgehaald. Die editie was zo duur dat we onze vakantie moesten afbreken omdat het geld op was. Gelukkig begreep mijn vrouw hoe belangrijk dit voor me was.”

In de staatsbibliotheek neemt hij NRC via de camera in zijn telefoon mee langs zijn collectie. Plotseling houdt hij stil bij het gezicht van Ana Maria de Sousa, de directeur van de bibliotheek. „We zijn heel blij met deze expositie”, zegt ze. „Gilberto is een beroemdheid in onze stad, iemand die cultuur en literatuur een warm hart toedraagt. Deze collectie is voor ons een geschenk.” Het is bekend dat Schwartsmann na zijn dood de collectie aan de bibliotheek schenkt.

De rondleiding langs Schwartsmanns boeken trekt zo’n 200 bezoekers per dag en begint bij een levensgrote pop-up afbeelding van de Argentijnse dichter Jorge Luis Borges, wiens werk grote invloed had op Latijns-Amerikaanse schrijvers. „Borges fascineert me sinds mijn pubertijd. Via hem heb ik het magisch realisme ontdekt. Voor mij is hij een van de grootste schrijvers: hij heeft een intellectuele onafhankelijkheid die je bij weinigen ziet.”

Op de expositie geven de afbeeldingen met teksten van Borges het geheel een theatraal elan. „Ik wilde niet alleen boeken of manuscripten tonen, maar Borges als het ware laten becommentariëren wat we hier zien. Als een soort alter ego of weerspiegeling van mijzelf. Borges schreef ook vlijmscherpe opinies en essays.”

Schwartsmann loopt door en wijst met zijn de camera een rij boeken in een glazen kast aan. „Allemaal eerste edities van Borges”, zegt hij en pakt El Sur (Het Zuiden) eruit, zijn beroemde surrealistische verhaal uit 1953. Een volgende kast gaat verder terug in de tijd met een speciale editie uit 1715 van Homerus’ Odyssee. In dezelfde kast staan meer grootheden, zoals een editie uit 1600 van Don Quichot. „Het gaat me niet alleen om het verzamelen, maar ook om de verhalen rondom de edities die me aanspreken. Dit boek”, hij pakt een uitgave van Duizend-en-een-nacht, „heeft bijvoorbeeld een Perzische oorsprong en is pas later gearabiseerd.”

Lady Macbeth

Ook laat Schwartsmann bijzondere Shakespeare-edities zien. „De mensen van nu lijken nog exact op Shakespeares personages”, zegt hij. „We kennen allemaal wel een Lady Macbeth, iemand met hebzucht. Dit soort klassiekers zijn voor de eeuwigheid. En juist dat fascineert me aan het verzamelen. De thema’s zijn blijvend en keren steeds terug. Of het nu gaat over haat en liefde, goed en kwaad.”.

Met het geld dat hij verdient als oncoloog struint Schwartsmann beurzen en veilingen af en speurt hij tijdens zijn reizen over de hele wereld in tweedehandsboekwinkels. Zo ontstond zijn collectie met zeldzame edities in verschillende talen. Zelf spreekt hij naast Portugees ook Spaans, Engels, Frans, Duits, en een beetje Nederlands uit de tijd dat hij aan de VU studeerde bij professor Bob Pinedo.

Schwartsmann verzamelt niet alleen boeken, maar ook anekdotes. „Dit boek van Jean-Jacques Rousseau is een uitgave in het Italiaans uit 1796. Wist je dat Tolstoj gek was op Rousseau? En dat Homerus niet één persoon maar een groep schrijvers en dichters zou zijn geweest?”

Met de camera laat hij een laatste versie van een manuscript van Proust zien, met door de schrijver aangebrachte correcties. „Die doorgestreepte woorden zijn moeilijk leesbaar maar heel bijzonder!” Hij klinkt als een kind in een snoepwinkel. En zo voelt hij zich ook tussen zijn collectie. „Nee, alles gelezen heb ik niet. Wel blader ik een boek door zodra ik een nieuwe uitgave op de kop heb getikt. Ook ruik ik aan de bladzijden en voel ik aan het papier.”

Zijn collectie bevat ook een uitgebreide hoeveelheid boeken van Joaquim Machado de Assis, de grootste schrijver van Brazilië, en van latere schrijvers zoals Gilberto Freyre en Jorge Amado. „Het belangrijkste werk uit de Braziliaanse literatuur is de roman Macunaíma uit 1928 van Mário de Andrade, een van de grondleggers van het Braziliaanse modernisme.” Het gaat over Macunaíma, een inheemse man, een soort antiheld, die wordt geboren in het Braziliaanse oerwoud. „Dit boek zou je een zoektocht kunnen noemen naar de identiteit van Brazilië. Iets heel belangrijks voor een gemengde bevolking als de onze.”

Net als in Europa is leest ook in Brazilië de jeugd steeds minder. Toch is Schwartsmann niet pessimistisch. „Lezen is iets dat nooit verdwijnt. Het begint al vroeg, want kinderen zitten op hun telefoon, op WhatsApp of Instagram, en ook dat is lezen. Het gaat erom dat je met het vertellen van verhalen de interesse blijft wekken voor boeken.” Hij zet een spannende stem op. „Als ik met zo’n stem in een schoolklas het verhaal van de Ilias vertel, dan vinden ze dat geweldig. Dan willen ze maar al te graag die boeken zelf lezen.”