Na onrustige aanloop is herdenking slavernij ‘een dag voor bezinning en dankbaarheid’

Het is druk in het Amsterdamse Oosterpark. Er wordt gezongen, ‘We Shall Overcome’. En de vele honderden bezoekers applaudisseren dankbaar, lang en bijna gretig voor de sprekers tijdens de nationale herdenking van het trans-Atlantische slavernijverleden. Want de slavernij is dan wel al meer dan 160 jaar geleden afgeschaft, officieel in 1863, de littekens branden nog altijd in de zielen van de nazaten. „Dit is voor mij een dag van bezinning en dankbaarheid”, zegt Ali’jah Severin, leider van Warimbo Krioro, een twintig mensen sterke muziekgroep die vanaf treinstation Amstel musicerend naar het Oosterpark is komen wandelen. „Ik ben emotioneel als ik denk aan wat mijn voorouders hebben doorgemaakt, en ook aan wat mijn ouders en grootouders hebben doorstaan toen ze uit Suriname naar Nederland kwamen en het pad voor mij hier hebben geëffend. Want ik kan niet zeggen dat ik rijk ben, maar ik eet en drink elke dag en door mijn werk bij het Leger des Heils weet ik wat het betekent om niemand te hebben die er voor jou is.”


Lees ook

Welke boeken over het Nederlandse slavernijverleden zijn de moeite waard?

Wasvrouwen uit Suriname, getekend door Pierre Benoit, circa 1830. Uit het boek De Doorsons van Roline Redmond

Ook Aretha Kross uit de Amsterdamse Indische Buurt is naar het park gekomen, met haar achtjarige dochter, beiden prachtig uitgedost in kleurige kimona’s en hoofddoeken. Ze heeft vanochtend gesproken op de school van haar dochter, over het slavernijverleden, over hoe een gedeelde geschiedenis kan helpen „ongelijkheid en buitensluiten” te begrijpen. „Sta jij weleens stil bij wat je vandaag nog kan merken van het slavernijverleden?”, heeft ze de kinderen gevraagd.

Delegatie

Het demissionaire kabinet is, op zijn laatste werkdag, met een omvangrijke delegatie bij de herdenking. Vertrekkend premier Mark Rutte legt een krans en Robbert Dijkgraaf, demissionair D66-minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, stelt in een gloedvol betoog dat hij het afgelopen jaar als coördinerend minister van het herdenkingsjaar heeft geleerd met een andere blik naar de geschiedenis te kijken. „Ik dacht het wel ongeveer te weten. Maar ik moest leren hoe eenzijdig mijn kennis was, hoe benauwd mijn eigen bubble, hoe diepgeworteld en wijdvertakt racisme en discriminatie in het heden en hoe veel ongelijkheid daar nog uit voortvloeit, iedere dag weer.” Hij prijst het doorgeven van culturele tradities en ook het „onverwoestbaar koord van verzet”. Immers: „Zonder het verzet van u en uw voorouders, en zonder het doorzettingsvermogen van leraren, onderzoekers, activisten en vele anderen waren het herdenkingsjaar en de excuses van premier Rutte en de koning er nooit gekomen.” Applaus.

PVV’er Martin Bosma is er niet; de uitnodiging aan de huidige voorzitter van de Tweede Kamer was ingetrokken vanwege diens eerdere denigrerende opmerkingen over de noodzaak tot herdenken. „Zeer spijtig”, noemt Linda Nooitmeer, voorzitter van het Nationaal instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis de kwestie. „De aanloop naar deze herdenking was op zijn zachtst gezegd onrustig en ongemakkelijk.”

Omvolkingstheorieën

Zonder dat Bosma’s PVV wordt genoemd, lijkt het wel of zijn partij op de nationale herdenking symbool staat voor alles waartegen de nazaten van het slavernijverleden nog altijd zeggen te moeten opboksen. Bijvoorbeeld in de speech van de Amsterdamse burgemeester Femke Halsema. Ze pleit voor het onder ogen zien van de geschiedenis. „De pijn is van generatie op generatie doorgegeven. Omdat het slavernijverleden lang is verzwegen. Omdat pijn die wordt ontkend niet kan helen. Omdat oude wonden worden geïnfecteerd met omvolkingstheorieën, wit superioriteitsdenken, xenofobie.” Grote bijval.

Bezoekers van de Keti Koti in het Amsterdamse Oosterpark.
Olivier Middendorp

Herdenken is volgens Halsema niet alleen bedoeld voor de nazaten van het slavernijverleden maar voor alle Nederlanders. „Want een land dat maar de helft van zijn geschiedenis wil kennen, is een gemankeerd land. Wie wel een onverschrokken zeeheld bezingt maar niet een schandvlek van het nationale verleden onder ogen durft te komen, is een wegkijker.” Ze prijst de „vastberaden” mensen die strijden „tegen haat” en die ervoor hebben gezorgd „dat Zwarte Piet bijna helemaal uit onze steden is verdwenen”. En die andere mensen in Nederland, „die de vooruitgang willen terugdraaien, die trots zijn op hun wegkijken, op het ontkennen van andermans pijn, zou ik willen vragen: waarom eigenlijk? Jou wordt toch niks afgenomen?”


Lees ook

De uitgekeerde bedragen zijn nu per plantage en per eigenaar te zien

Zoveel geld leverde de afschaffing van de slavernij de slavenhouders op

Het was een goede herdenking, zegt na afloop de gepensioneerde Carlo Lambert uit Amsterdam. „Het goede is vooral dat er veel hoogwaardigheidsbekleders zijn.” De geboren Surinamer waardeert „de essentie” van de herdenking. Met de feestelijke kantjes heeft hij minder op. „Sommigen beschouwen deze dag als een uitje. Ze komen vooral voor de sfeer. Maar waar het om gaat, is dat we leren van de geschiedenis.”