N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Reportage
WK hockey In de eerste test op internationaal topniveau pakte een vernieuwd Nederlands elftal verrassend brons, na een 3-1 overwinning op Australië. Bondscoach Jeroen Delmée kijkt al vooruit naar Parijs 2024.
Vlak voordat Jip Janssen in de wedstrijd om het brons tegen Australië bij een 1-0 achterstand in het derde kwart een strafcorner gaat nemen, loopt bondscoach Jeroen Delmée op een drafje voorbij de boarding. Aan de rand van het veld roept hij de verdediger bij zich. Nog geen minuut later valt de gelijkmaker, Janssens inzet gaat via een voet van de uitloper het doel in. Daarna zijn de Nederlandse hockeyers los en pakken ze met een 3-1 overwinning de derde plaats bij het WK.
Wat moest de strafcornerschutter op dat cruciale moment horen? Delmée haalt na afloop van de troostfinale de schouders op. „Ik had wat technische informatie: hoe lopen de tegenstanders in, wat doen zij meestal bij een strafcorner. Het zijn tips die van pas kunnen komen, maar uiteindelijk beslist de speler. En een corner, die kan vallen – of niet.”
Informatie verzamelen over de tegenstanders, maar ook over zijn eigen team; voor Delmée was het toernooi in India een soort fact-finding mission. Voor het nieuwe Nederlands elftal dat hij heeft samengesteld, was het eerste grote toernooi een test om te kijken of het zich, met het oog op de Zomerspelen van Parijs in 2024, kan meten met de toplanden. Een olympische medaille is het doel van de hockeybond KNHB en de bondscoach. Dat dit tussentijdse toernooi zou eindigen op het podium, had Delmée een jaar geleden niet zien aankomen. „Het blijkt dat deze ploeg zich snel heeft ontwikkeld. We hebben eerder goede wedstrijden gespeeld, maar een toernooi op dit niveau is heel iets anders. Er kunnen gekke dingen gebeuren, de druk speelt mee.”
Fysieke ontwikkeling
„Toernooihockey” leer je alleen in de praktijk, zegt Delmée, en daarom was dit WK zo belangrijk. Zo bleken voor zijn spelers alle wedstrijden, inclusief de eenvoudig gewonnen groepsduels, „zwaarder te zijn dan elke internationale wedstrijd die we eerder hadden gespeeld”. De Nederlandse hockeyers zullen zich fysiek nog verder moeten ontwikkelen. „Het kan fitter, de technische vaardigheden kunnen beter en de tactische beslissingen in het veld ook”, somt Delmée op.
Tactische beslissingen werden vooral bemoeilijkt onder druk, een aspect dat specifiek op het hoogste mondiale niveau meespeelt. In de na shoot-outs verloren halve finale bleek Nederland niet bestand tegen de pressie van België . Een team met meer ervaring was daar anders mee omgegaan, stelt Delmée. „En onder andere omstandigheden hebben we eerder wél van de Belgen gewonnen met shoot-outs.” Ook op die specialiteit moet getraind blijven worden.
Gezien de verloop van het toernooi was België voor de Nederlandse hockeyers de testcase. Dat ze tegen de geroutineerde olympische kampioenen niet van de mat werden gespeeld, bevestigde voor de trainersstaf dat het spel in de kwartfinale en groepsfase niet vertekend was geweest door de matige tegenstand.
Ook daarom moest de wedstrijd om het brons tegen Australië worden gewonnen. Zonder een podiumplaats zou de teleurstelling van de verloren halve finale veel langer blijven hangen, zegt Delmée. Zondag lieten zijn spelers voor de tweede keer zien dat zij zich kunnen meten met een sterke tegenstander. Op op mentaal vlak, want Australië wist als enige tegenstander op dit WK de score te openen tegen Nederland. In tegenstelling tot het duel met België, slaagde Oranje er dit keer in geleidelijk beter te gaan spelen, zegt Delmée. „In deze wedstrijd ging het erom wie er het hardste voor wilde gaan. Ik zag in de voorbereiding al dat het goed zat met de jongens.”
25 procent erbij
Bang dat dit toch wel verrassende succes op het WK zal leiden tot zelfvoldoening, is Delmée zeker niet. „Nee, dan ken je mij nog niet.” Hij lacht erbij. „De technische staf neemt nu twee weken vakantie, daarna beginnen we weer met onze analyses. Dat lijstje met verbeterpunten zal alleen maar langer worden.”
De finale tussen België en Duitsland moet op dat moment nog worden gespeeld. Tegen de Duitsers speelde Nederland niet in India, een extra reden dat Delmée op deze zondag graag om de wereldtitel had gespeeld. „Ook omdat ik denk dat hun speelstijl ons goed had gelegen.”
Delmée weet na zes WK-duels waarnaar hij op zoek moet voor de Olympische Spelen van Parijs. „Er moet nog wel 25 procent bij om op de genoemde factoren mee te kunnen met de toppers. Maar deze jongens kunnen allemaal nog bijleren.” Hij zet de handen in de zij. „Nou goed, 25 procent is misschien wat overdreven. Maar het wordt een uitgekiend en strak gepland programma dat we gaan volgen richting Parijs.”