In deze tuchtzaak tussen advocaten lopen de emoties wel heel hoog op

„Er staat hier niet een of andere schreeuwende gek voor u. Alles wat ik zeg, heb ik onderbouwd.” Stibbe-advocaat Daan Doorenbos, tevens hoogleraar Ondernemingsstrafrecht, beet maandag bij de tuchtrechter fel van zich af richting landsadvocaat Pels Rijcken, die hij voor het hekje heeft gedaagd. „Geheimhouding is het wezenskenmerk van ons beroep. Geheimhouding is de kern van ons bestaan”, zo schetste hij uren daarvoor reeds het belang van de tuchtzaak.

In een marathonzitting bij de vijfkoppige Raad van Discipline in Den Haag stond maandag het verschoningsrecht centraal: een fundamenteel rechtsbeginsel dat waarborgt dat informatie die tussen een advocaat en cliënt wordt uitgewisseld geheim blijft. Op die manier kan iedereen zich vrij en zonder vrees voor openbaarmaking van het toevertrouwde tot een advocaat wenden.

Doorenbos’ verschoningsrecht werd echter geschonden, zo oordeelden de afgelopen jaren verschillende rechters tot aan de Hoge Raad. Vanwege fraudeverdenkingen vielen het Openbaar Ministerie en opsporingsdienst FIOD in 2015 binnen bij de Brabantse vermogensbeheerder Box Consultants, die onder meer leden van het Koninklijk Huis tot de klantenkring rekende. Box nam Stibbe als advocaat in de arm. Stibbe ontdekte in de jaren daarop dat het OM en de FIOD tijdens het strafrechtelijk onderzoek putten uit vertrouwelijke e-mails die de advocaten en hun cliënt Box elkaar stuurden. Daarop ontstond een jarenlange juridische strijd over die schendingen van het verschoningsrecht.


Lees ook

Strafzaak tegen vermogensbeheerder kantelt

Strafzaak tegen vermogensbeheerder kantelt: hoe fout zat opsporing zelf?

Die strijd eindigde in een overwinning voor Stibbe. Het OM trok afgelopen oktober de volledige strafzaak tegen Box Consultants in en het boetekleed aan. Afgelopen maart oordeelde de Hoge Raad in de beantwoording van zogeheten prejudiciële vragen dat de wijze waarop het OM jarenlang te werk ging bij het in beslag nemen van digitale bestanden via een hostingbedrijf, zoals bij Box, in strijd was met het verschoningsrecht. De Hoge Raad gebood een nieuwe werkwijze waarbij de rechter bepaalt welke stukken vertrouwelijk zijn, niet een officier van justitie.

Dat het kantoor Pels Rijcken en drie advocaten, onder wie landsadvocaat Reimer Veldhuis, nu voor de tuchtrechter staan, is omdat Doorenbos en Box verschillende tuchtklachten tegen hen indienden. Pels Rijcken trad namelijk rond de strafzaak tegen Box op als adviseur en advocaat van het OM. De drie Pels Rijcken-advocaten wordt onder meer verweten dat zij het verschoningsrecht van Stibbe schonden door over het gebruik van de verschoningsgerechtigde e-mails te adviseren én dat zij meewerkten aan een ‘cover-up’ om die schendingen van het verschoningsrecht af te dekken.

„Wat een verwijt. Dat iemand zo twijfelt aan je integriteit. Ik zeg u: het is gewoon niet waar. Zowel mijn team als ik hebben altijd een juiste voorlichting voor ogen gehad”, vertelde landsadvocaat Veldhuis met gebroken stem terwijl hij het had over de impact van de tuchtklachten op hem en zijn gezin. Zijn collega-advocaat vertelde emotioneel dat ze diep geraakt was door „het geweld waar het mee gepaard gaat en de grote woorden waarmee mijn integriteit in twijfel wordt getrokken”.

‘Fantasierijke beschuldigingen’

Niet eerder stonden twee van ’s lands grootste advocatenkantoren in een vergelijkbare tuchtzaak tegenover elkaar. Naast emoties bij de beklaagden was het ook een recept voor een bijzonder stekelige sfeer. Jurjen Lemstra, advocaat voor Pels Rijcken, sprak van complotdenken en zette de klachten van Stibbe weg als „fantasierijke beschuldigingen” bedoeld om Pels Rijcken te schaden. Doorenbos wreef de tuchtrechter in dat die „geen enkele reden om mild te zijn” heeft en stelde dat door de gang van zaken het vertrouwen in de volledige beroepsgroep geschaad is.


Lees ook

Adviseur van het koningshuis worstelt al tien jaar met nepbrief

Adviseur van  het koningshuis worstelt al tien jaar met  nepbrief

Bij Stibbe is veel kwaad bloed gezet doordat het jarenlang moest procederen om de waarheid boven tafel te krijgen. Bovendien kreeg advocaat Doorenbos zélf een tuchtklacht aan zijn broek. Pels Rijcken speelde daarbij als advocaat van het OM een rol.

Het was het OM in 2015 namelijk een doorn in het oog dat advocaten in grote fraudezaken hun geheimhoudingsplicht ‘misbruikten’ door allerlei mogelijk belastende documenten voor hun cliënten onder hun geheimhoudingsplicht te laten vallen. Het OM zocht een testcase: een advocaat die men tuchtrechtelijk kon aanpakken.

In Doorenbos meende het OM die gevonden te hebben. Hij adviseerde Box namelijk om hem als advocaat – en niet de eigen raad van commissarissen – de opdracht te laten verlenen voor een accountantsonderzoek naar de mogelijke fraude bij Box. Op die manier zouden de uitkomsten van zo’n onderzoek onder zijn geheimhoudingsplicht vallen en kon het OM er nooit kennis van nemen – een overigens binnen de advocatuur niet ongebruikelijke werkwijze.

Een partner van Pels Rijcken schreef in 2016 een advies voor het OM waarin het tuchtrechtelijk aanpakken van Doorenbos als kansrijk werd bestempeld. En bij het opstellen van dat advies kreeg hij ook de beschikking over verschoningsgerechtigde mails van Doorenbos die het OM heimelijk in beslag had genomen. Vervolgens diende landsadvocaat Veldhuis in 2018 de tuchtklacht namens het OM in, maar trok die terug toen enkele weken later een rechter in een andere procedure oordeelde dat sprake was van vertrouwelijke stukken.

Wat een verwijt. Dat iemand zo twijfelt aan je integriteit

Reimer Veldhuis
landsadvocaat

De advocaten voor Pels Rijcken – dat net hersteld is van de miljoenenfraude door wijlen bestuursvoorzitter Frank Oranje – verdedigden hun cliënt maandag. „Het gaat vandaag niet om het handelen van het OM, maar van de advocaten van Pels Rijcken”, stelde Arnold Croiset van Uchelen. Hij wees er bovendien op dat er destijds sprake was van leemtes in de wetgeving rond de heimelijk inbeslagnames van grote databestanden, die pas recent door de Hoge Raad zijn ingevuld. Onzin, volgens Doorenbos. „De Hoge Raad heeft enkel het uitgangspunt bevestigd dat het altijd al zo was.”

De Raad van Discipline doet over twaalf weken uitspraak.