Column | Hoe bescherm je je kind tegen drugs op sociale media?

Drugsverkoop, prostitutie op de toiletten en vechtpartijen. Vorige week berichtte RTL alarmerend over de opmars van straatcultuur op middelbare scholen. Er zou een record aantal meldingen zijn binnen gekomen over de toegenomen onveiligheid. Wetenschapsjournalist Maarten Keulemans betoogde met een cijfermatig stuk dat het allemaal reuze meeviel, de gerapporteerde voorvallen van onveiligheid waren niet gestegen, en als ze dat wel waren, kon je dat wijten aan corona dan wel de oproep om incidenten te melden. Bovendien: niks nieuws onder de zon, ook in zijn tijd waren er wapens, drugs en steekpartijen op school.

Dat laatste vond ik niet heel geruststellend klinken, maar relativering was welkom: als moeder van een tiener hoor je liever dat het wel meevalt. Wel aarzelde ik over Keulemans’ interpretatie van de cijfers. Meldingen van ‘fysiek’ dan wel ‘psychisch’ geweld, dat leek me een tamelijk smalle invulling van toegenomen straatcultuur; niet elke deal of ervaren onveiligheid mondt uit in een melding van geweld. Trimbos becijferde onlangs bijvoorbeeld dat door drank en drugsgebruik het schoolverzuim toeneemt en lanceerde het preventieprogramma ‘Helder op school’. Ook twijfelde ik aan het generatie-argument. Nu kun je via sociale media met een druk op de knop drugs en drank laten bezorgen (in mijn tijd niet) en er zijn nieuwe middelen bijgekomen, zoals vapen.

Toeval of niet, in dezelfde week van het alarmerende nieuws bezocht ik een voorlichtingsavond over drank en drugs op de school van mijn dochter. De voorlichter, een jonge vrouw van voorlichtingopscholen.nl, gidste ons door de laatste designerdrugs, stelde dat social media als TikTok vooral de rooskleurige effecten van drugs en drank laten zien en suggereren dat het heel normaal zou zijn om te gebruiken, en adviseerde ons de red pill alert-app te downloaden, zodat je als ouder op de hoogte bent van vervuilde pillen op de markt. Algemene boodschap: wees niet naïef door te denken dat op deze school niet wordt gedeald, of dat je kind er niet mee in aanraking komt. Mijn brein, en dat van andere ouders kennelijk ook, schoot op en neer volgens de regels van de medialogica: het was heel erg, maar wacht, zei een ouder in de geest van Keulemans: in mijn tijd probeerden wij toch ook van alles, en wij zijn ook goed terechtgekomen? Ja, maar degenen die niet goed terecht zijn gekomen, zijn hier niet bij, riposteerde iemand. Weer een ouder vroeg zich ludiek af of we niet twee vliegen in een klap konden vangen – ontlezing en onthouding – konden we de tieners niet een afschrikwekkend boek over drugs te laten lezen?

De eerste vape-detectoren worden op de wc’s gemonteerd en bij dealen wordt de politie gebeld

Het belangrijkste advies was om in gesprek te blijven met je kind door open, nieuwsgierig en vooral niet belerend te zijn. Ook kregen we een lijstje te zien met signalen dat er mogelijk iets speelde bij je kind (rode ogen, hevige stemmingswisselingen, zoete geuren). Een ouder noteerde het driftig alsof het leven van haar kind van haar aantekeningen afhing, ik begon me moedeloos te voelen. Toen legde een oplettende ouder de vinger op de zere plek: we konden allemaal wel individueel ons kind gaan monitoren, maar wat was het beleid van de school, en wat willen we als samenleving? Een ouder vertelde dat ze als ouders gezamenlijk optrokken om met de vriendengroep afspraken te maken. Zo was niemand de ‘snitch-ouder’. Tot geruststelling van de ouders geldt er een zero-tolerance op school. Binnenkort worden de eerste vape-detectoren op de wc’s gemonteerd en bij dealen wordt de politie gebeld.

De school zou voorts voor goede voorlichting voor de kinderen zorgen. Iedereen keek nu naar de voorlichter. Zij was precies hoe je hoopte dat je kind eruit zou rollen: fris, weerbaar tegen groepsdruk. Wat hebben je ouders goed gedaan? wilde iemand weten. Het kwam neer op openheid, en als er consequenties worden gecommuniceerd, dan moeten die ook uitgevoerd. Verder had ze op jonge leeftijd de gevolgen van middelengebruik in haar omgeving gezien. Ik vroeg me nu af wat beter zou werken in de klas: een rolmodel of een verslaafde bij de voorlichting? Of allebei?

Thuis lukte het een gesprekje aan te knopen met mijn dochter. Ze vertelde dat er ook veel informatieve filmpjes voorbijkomen op sociale media die behoorlijk goed werkten als waarschuwing. Ik concludeerde: daarin moeten we dus ook investeren als samenleving, infiltreren op sociale media tegen alle rotzooi in. Naar de detectoren zag ze uit, want het was wel fijn als je binnenkort weer normaal naar de wc kon, die hielden de vapers nu steeds bezet.

Stine Jensen is filosoof en schrijver. Ze schrijft om de week een column op deze plek.