Kort, en niet krachtig. Hoewel de Europese politiek voor fundamentele keuzes rond de voortslepende oorlog in Oekraïne en het gezamenlijke klimaat- en migratiebeleid staat, is de Nederlandse campagne voor de Europese parlementsverkiezingen pas in de laatste week echt op gang gekomen. In Den Haag overschaduwt de aandacht voor de kabinetsformatie en het coalitieakkoord de Europese campagne, waardoor de altijd matige opkomst van rond de veertig procent naar verwachting niet hoger uitvalt. En nog meer dan anders zal de Europese uitslag aan het Binnenhof worden geduid als populariteitsmeting van de nieuwe rechtse coalitie.
Aan de Europese lijsttrekkers lag het niet. Zij deden wekenlang hun best, maar bereikten de massa niet. Onderzoeksbureau Ipsos I&O concludeerde dat aan de bekendheid van de lijsttrekkers „sinds ons onderzoek uit maart nauwelijks iets is veranderd”. Bijna geen Nederlander kan hun namen noemen, terwijl ze wel op het stembiljet staan.
Hulp uit Den Haag kregen ze amper. In de Tweede Kamer ging het de afgelopen weken vooral over de binnenlandse implicaties van het ‘hoofdlijnenakkoord’ van PVV, VVD, NSC en BBB. Terwijl het akkoord bij uitstek ook kans bood voor een serieus debat over de positie van Nederland binnen de Europese Unie. De nieuwe coalitie is kritisch op Brussel, maar wil vooral ook heel veel van Brussel, zoals een lagere EU-afdracht en nieuwe uitzonderingen voor Nederland op het gemeenschappelijke landbouw- en asielbeleid. Het is de vraag of andere landen Nederland die ruimte gunnen.
De oorlog in Oekraïne deed de Nederlandse campagne ook niet extra opleven, misschien wel door de grote politieke en maatschappelijke eensgezindheid erover. Recent onderzoek van Ipsos I&O laat zien dat de meeste Nederlanders nog altijd achter de steun aan Oekraïne staan en investeringen in defensie steunen. Ook de PVV heeft zich achter die ambities moeten scharen.
Migratie
Het onderwerp migratie polariseert meer. Tweederde van de Nederlandse kiezers wil volgens onderzoek van Ipsos I&O dat de EU meer doet om immigratie te beperken en daarmee is migratie voor Nederlanders het belangrijkste verkiezingsthema, en een veel dominanter thema dan in veel andere EU-landen. Waar zo’n negentig procent van de PVV- en BBB-kiezers het verminderen van migratie belangrijk vindt, geldt dit slechts voor 36 procent van de GroenLinks-PvdA-achterban.
De nieuwe coalitie is kritisch op Brussel, maar wil vooral ook heel veel van Brussel
Polarisatie rond migratie is bij uitstek het business model van PVV-leider Geert Wilders, die pas de afgelopen dagen campagne ging voeren. Wilders, die woensdag pers en publiek opzocht op de Haagse Markt, herhaalt steeds dat er méér in plaats van minder asielzoekers naar Nederland zullen komen als het GroenLinks-PvdA van Frans Timmermans donderdag de verkiezingen wint, hoewel ook GroenLinks-PvdA een strenger Europees migratiebeleid steunt. Maar de PVV wil, aldus Wilders over de EU, „de mammoettanker de andere kant op sturen”.
Dat Wilders de campagnestrijd zoekt met GroenLinks-PvdA is logisch. De PVV moet veel moeite doen om de eigen achterban, bij wie de Europese verkiezingen altijd minder populair zijn, donderdag naar de stembus te krijgen. In de slotpeiling van Ipsos I&O gingen de PVV en GroenLinks-PvdA woensdag samen aan kop met ieder virtueel ieder acht zetels. Overigens is de verwachte winst voor de PVV hoe dan ook groot, want de partij van Wilders scoorde in 2019 nog nul zetels.
Invloed
En hoewel het symbolische waarde heeft om bij een verkiezing de grootste partij te worden, maakt dit bij de Europese verkiezingen minder uit dan bij de Tweede Kamerverkiezingen. In Brussel gaan de Nederlandse partijen in grotere Europese fracties op om zo invloed te kunnen hebben. Daar speelt voor veel partijen nog onzekerheid. Kan de PVV de Nederlandse uitslag omzetten in Europese invloed door toe te treden tot een grotere radicaal-rechtse fractie? Mag de VVD, ondanks de omstreden samenwerking met de PVV, in de Europese liberale fractie blijven? En zijn NSC en BBB, die hun eerste Europese zetels hopen te halen, straks welkom bij de grote christen-democratische familie?
Vanuit Den Haag zullen de formerende partijen een goed resultaat zien als steun in de rug, voor GroenLinks-PvdA zal het voelen als brandstof voor in de oppositie. Zeker lijkt dat de Nederlandse afvaardiging in het Europees parlement, met de verwachte winst voor de PVV en entree NSC en BBB, flink eurosceptischer wordt. Of de hele EU voor een radicaal andere koers kiest, en of dat de Europese ambities van de nieuwe coalitie eenvoudiger of moeilijker maakt, zal na de uitslagen uit andere landen op zondag moeten gaan blijken.
Lees ook
Wat staat er op het spel voor de Nederlandse partijen bij de Europese verkiezingen? Ook de winnaar in zetels kan met lege handen staan
En andersom zal de rest van de EU donderdagavond als eerste naar Nederland kijken. Daarom is die exitpoll toch heel belangrijk, benadrukte Frans Timmermans woensdag. Een verkiezingswinst voor zijn partij geeft een heel ander signaal af dan een PVV-winst: „Een wezenlijk verschil voor het internationale beeld.’’