Jongvolwassenen in 2023 negatiever over eigen mentale gezondheid dan in 2020

Jongvolwassenen beoordeelden hun gezondheid in 2023 minder positief dan in 2020. Waar 91 procent van de jongeren in 2020 op de vraag ‘hoe gaat het met je?’ antwoordde met ‘goed’ of ‘heel goed’, was dit in 2023 nog 82 procent. Dat blijkt uit dinsdag gepubliceerd onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Jongeren beantwoordden de vraag juist vaker met ‘gaat wel’.

Het aantal jongeren – leeftijd 18 tot 25 jaar – dat in 2023 zei zich ‘zeer goed’ te voelen lag op 23 procent. Dat is een lager percentage dan voor de coronacrisis, toen ongeveer 30 procent van de jongeren dit antwoord gaf. Mannen en vrouwen gaven beiden minder vaak het antwoord ‘zeer goed’, vrouwen antwoordden vaker dan mannen ‘gaat wel’. 12- tot 18-jarigen waren positiever over hun gezondheid: 53 procent beoordeelde hun gezondheid als ‘goed’. Dit is sinds 2018 vrijwel gelijk gebleven.

Het percentage jongeren met psychische klachten steeg sinds de coronacrisis, om daarna niet meer te dalen naar het niveau van voor de pandemie. Onder vrouwen kampte 24 procent in 2023 met psychische klachten, bij mannen ging het om 14 procent.

De onderzoekers bepaalden aan de hand van vijf vragen of iemand psychische klachten heeft. Ze vroegen bijvoorbeeld ‘voelde je je neerslachtig en somber?’ en ‘zat jij zo erg in de put dat niets je kon opvrolijken?’ Jongeren konden daarop zes antwoorden geven, variërend van ‘nooit’ tot ‘voortdurend’.