Er is een minister-president, nu de rest nog.
Met de tamelijk onverwachte voordracht van kandidaat-premier Dick Schoof is de kabinetsformatie van PVV, VVD, NSC en BBB definitief in de laatste fase gekomen. Met als inzet: wie worden minister en staatssecretaris in het nieuwe rechtse kabinet?
Donderdagochtend komen de vier onderhandelaars opnieuw bij elkaar om de lastige puzzel van de bezetting van de regeringsploeg te bespreken met formateur Richard van Zwol en beoogd premier Schoof.
„Het spreekt voor zich”, zei Van Zwol op de persconferentie dinsdag, „dat ik in alle besprekingen en gesprekken samen met hem zal optrekken”. Dat is een staatsrechtelijk novum omdat normaal gesproken de formateur de toekomstige premier is. Nu zullen formateur en kandidaat-premier gezamenlijk het proces begeleiden. Schoof zal daarop ongetwijfeld enige invloed willen hebben. Hij mag dan politiek onafhankelijk zijn, het wordt wel zíjn ministersploeg. Schoof zal de ministerraad voorzitten, potentiële irritaties tussen partijen of bewindslieden moeten zien te sussen. Dus er zal een zekere klik en onderling vertrouwen moeten zijn.
Lees ook
Dick Schoof is geen bedreiging voor Wilders, en wel bereid grenzen op te zoeken
Accentverschuiving
Formateur Van Zwol liet doorschemeren de geplande vijf weken, tot 26 juni, voor de slotfase van de formatie nodig te hebben. De vier betrokken fractievoorzitters – Geert Wilders, Dilan Yesilgöz, Pieter Omtzigt en Caroline van der Plas – moeten nog veel knopen doorhakken wil de nieuwe regering voor de zomer op het bordes staan.
Vanaf donderdag praten de partijen over de verdeling van de portefeuilles en departementen. Elke partij zal hier een stempel op willen drukken, het geeft een indruk van de politieke prioriteiten van de nieuwe coalitie. Zo is het niet erg waarschijnlijk dat er in het komende kabinet nog plek is voor een minister voor Stikstof – die in het kabinet-Rutte IV was geïntroduceerd.
Uit het coalitieakkoord dat de vier partijen vorige week presenteerden bleek bij één departement al een duidelijke accentverschuiving. Het ministerie van LNV (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) zal van naam veranderen en dus ongetwijfeld ook van vorm. De nieuwe naam luidt Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN).
Als de vier partijen weten hoeveel ministers en staatssecretarissen er zullen komen – bronnen zeggen dat het nieuwe kabinet kleiner zal zijn dan het huidige met 29 bewindslieden – begint de onderhandeling over de bezetting. Dat is een spel van claimen en uitruilen, waarbij rekenmachine en Excel van pas komen. De verdeling van kabinetsposten loopt langs de maatstaf van politiek gewicht.
De grootste fractie levert normaal gesproken de premier – in dit geval de PVV met 37 zetels.
Maar ook dat is dit keer anders. Dick Schoof benadrukte dinsdag dat hij door de vier partijen gezamenlijk is voordragen en dus niet een kandidaat van alleen de PVV is. Dit betekent dat Wilders nog steeds als eerste een ministerspost kan claimen.
Meest begeerde ministerie
Een betrokkene bij de formatie laat weten dat dit principe in stand blijft. Na het ‘Torentje’ is doorgaans Financiën het meest begeerde ministerie. Maar, zo zegt de bron: de PVV denkt daar mogelijk anders over en wil misschien liever Justitie en Veiligheid, waaronder ook de voor Wilders belangrijke portefeuille Asiel en Migratie valt.
Dat zou goed nieuws zijn voor de VVD, met 24 zetels de tweede partij van de coalitie. De liberalen azen, voor het eerst sinds Gerrit Zalm (1994-2007), weer op het ministerie van Financiën. Bij de VVD klinkt hiervoor de naam van Kamerlid Eelco Heinen, die als financieel woordvoerder met partijleider Yesilgöz onderhandelde over het coalitieakkoord. Dan mag NSC (20 zetels) bepalen welk departement zij het belangrijkst vindt: Sociale Zaken, vanwege bestaanszekerheid? Of Binnenlandse Zaken, in verband met de nadruk op goed bestuur?
BBB, met acht zetels de kleinste coalitiepartner, mag de volgende pion op het bord zetten. Het ligt in de reden dat Van der Plas een partijgenoot op Landbouw wil zetten.
Lees ook
Nieuwe beoogd premier: waarom werd het Dick Schoof?
Hoorzitting
Als de personele puzzel rond is, volgt een grondige screening van alle kandidaat-bewindslieden door drie instanties op financiële en juridische integriteit en om risico’s van chantage uit te sluiten. Het gaat om zogeheten ‘feitenonderzoeken’ door de Belastingdienst, justitie en de AIVD, de inlichtingendienst waarvan Dick Schoof tot maart 2020 de baas was. Ook hij zal als aanstaande premier worden getoetst. NSC-leider Pieter Omtzigt grapte daar dinsdag over: „Er is nauwelijks een meer gescreende persoon te vinden dan meneer Schoof.”
Hebben de ministers en staatssecretarissen de toets doorstaan, dan zullen zij door de Tweede Kamer aan de tand worden gevoeld. Naar Amerikaans en Brussels voorbeeld en op initiatief van D66 zal de Kamer voor het eerst in de parlementaire geschiedenis de kandidaat-bewindspersonen aan een hoorzitting onderwerpen. Een motie om ook de beoogde premier te horen, haalde het eerder dit jaar niet. Reden voor GroenLinks-PvdA-Kamerlid Jesse Klaver om dinsdagavond Dick Schoof op basis van vrijwilligheid uit te nodigen. Hij heeft er nog niet op gereageerd.