Het uitbundige applaus dat zaterdagavond klonk in de kleine zaal van het Concertgebouw in Amsterdam, was niet alleen een blijk van enthousiasme voor het concert dat het Jerusalem Quartet uit Israël er zojuist had gegeven. Er klonk ook een grote opluchting in door.
Opluchting dat het concert, dat dinsdag nog was afgeblazen uit vrees voor verstoringen door pro-Palestina-demonstranten, tóch was doorgaan, na felle kritiek op dat besluit. Opluchting ook dat het vlekkeloos was verlopen.
Maar van tevoren wist niemand dat het zo zou aflopen. Het publiek niet, dat het Concertgebouw aan het begin van de avond aantrof, beschermd met dranghekken, tientallen agenten, ME-busjes in de buurt, een drone in de lucht – en twee groepjes betogers met Palestijnse vlaggen.
Ook de musici van het strijkkwartet wisten niet wat ze konden verwachten. In Den Haag en het Amsterdamse Muziekgebouw waren concerten van hen eerder wél verstoord.
Spannend was het ook voor de directie van het Concertgebouw, die dinsdag nog bepaald had dat de twee voor donderdag en zaterdag geplande concerten van het Jerusalem Quartet niet door konden gaan, „vanwege aangekondigde demonstraties” en „de recente ontwikkelingen rond protesten in Amsterdam”. De veiligheid van het publiek zou niet gegarandeerd kunnen worden.
Maar donderdag kwam directeur Simon Reinink daar, onder druk van brede publieke verontwaardiging, op terug. Met aangescherpte veiligheidsmaatregelen, een eerdere aanvangstijd en een verkort programma moest het toch mogelijk zijn de veiligheid van bezoekers, personeel en musici te waarborgen.
‘Blij dat muziek niet tot zwijgen is gebracht’
„Ik vind het heel knap zoals het Concertgebouw ermee is omgegaan”, zegt Jules van Hessen (zelf dirigent), als hij na het concert samen met zijn dochter Naomi van Hessen (violist) stralend naar buiten komt. Vader en dochter hadden genoten van de muziek (strijkkwartetten van Paul Ben-Haim en Claude Debussy), maar zijn ook „superblij” dat de muziek niet tot zwijgen is gebracht door alle ophef en protesten van de afgelopen tijd.
„Ik was aan het begin van de avond wel nerveus”, zegt dochter Naomi. „Muziek is een van de weinige plekken waar je aan de wereld kan ontsnappen. Ik hoopte dat dat ook nu mogelijk zou zijn – en dat bleek gelukkig nog zo te zijn.”
Vader Jules was „heel boos” geweest toen hij had gehoord van de afgelasting. „Zo maak je het concertzalen wel makkelijk om te zeggen; we programmeren maar geen muziek meer als het moeilijk ligt, of van Joodse musici, want dan riskeren we gedoe.”
Met andere musici had Van Hessen uit protest snel een ‘tegenconcert’ georganiseerd, voor het moment zaterdagavond waarop het Jerusalem Quartet zou spelen. „Maer we waren heel tevreden dat dat uiteindelijk niet hoefde door te gaan: wegens succes geannuleerd!”
Betoging verliep vreedzaam
De betoging voor het Concertgebouw was ondertussen vreedzaam verlopen. Sommige van de pro-Palestina-demonstranten waren voor aanvang van het concert het gesprek aangegaan met concertgangers, wat soms tot een lange discussie leidde – die van beide kanten met beleefde vasthoudendheid werd gevoerd.
Toen het concert voorbij was, en de bezoekers weer de warme voorjaarsavond in liepen, stonden de betogers nog aan de overkant van de straat. Met Palestijnse vlaggen, anti-Israël-spandoeken en spreekkoren.