Meer openheid over Israëlische banden van universiteiten, maar boycot gaat ze te ver

De tentharingen zaten maandag op de Roeterseiland-campus nog maar goed en wel in de grond of de Universiteit van Amsterdam (UvA) had al een van de twee eisen van de honderden protesterende studenten en universiteitsmedewerkers ingewilligd. Online publiceerde de universiteit ‘Onze samenwerkingen met Israëlische organisaties’ en gaf daarmee inzicht in de drie uitwisselings- en acht onderzoeksprojecten met Israël. „De UvA wil onder geen enkel beding bijdragen aan oorlogsvoering en ook willen we niet meewerken aan uitwisseling op het gebied van militair gericht onderwijs.” Voor zover de universiteit kon beoordelen „voldoen onze huidige samenwerkingen daaraan”.

Dat de demonstranten hun tentenkamp niet opdoekten – en vervolgens in de vroege ochtend door de ME ontzet werden waarbij 169 arrestaties verricht werden – was omdat het college van bestuur hun tweede eis niet inwilligde: het staken van die samenwerking met de Israëlische instellingen.

Het pro-Palestijnse studentenprotest dat maandag op in Amsterdam bij Roeterseiland begon en dinsdag tot een bezetting van een UvA-pand in de Amsterdamse binnenstad leidde, waaide ook over naar andere universiteiten. In Utrecht werd de universiteitsbibliotheek in de binnenstad bezet en in de nacht door de politie beëindigd, met tientallen arrestaties. In Delft bleef het bij een symbolisch protest met één tent, maar worden grotere demonstraties niet uitgesloten.


Lees ook
Vertel de politie niets. Raak niet in paniek

Amsterdam: het begin van de demonstratie van studenten en docenten van de UvA, op dinsdag 7 mei

Samenwerkingsverbanden

In grote lijnen hebben de demonstranten dezelfde eisen: zij willen inzicht in de banden van hun universiteit met Israëlische universiteiten én dat hun universiteit die banden verbreekt. Tot nog toe is de UvA de enige universiteit die gehoor gaf aan een deel van die oproep. Niet iedere universiteit heeft zo’n overzicht paraat. Volgens een woordvoerder van universiteitenkoepel UNL zijn „alle universiteiten nu bezig in kaart te brengen welke institutionele samenwerkingsverbanden zij hebben met Israëlische universiteiten”.

Dat betekent echter niet dat die banden ook worden geopenbaard. „Alles rondom dit onderwerp ligt zo ontzettend gevoelig. Publiceren kan tot herleidbaarheid naar individuen leiden. Dat moeten we goed overwegen, want wij hebben ook de veiligheid van ons onderwijspersoneel te garanderen”, zo licht een universiteitsbron het vooralsnog uitblijven van publicatie toe.

De UvA heeft als eerste eisen van demonstranten ingewilligd.
Foto Wouter de Wilde

TU Delft springt eruit

De organisatie Stop Wapenhandel bracht in november op basis van openbare onderzoekssubsidiegegevens van de Europese Unie in kaart welke samenwerkingsverbanden er bestaan tussen Nederlandse universiteiten en Israëlische universiteiten, instellingen en bedrijven op veiligheidsvlak. „Wat opviel is dat nagenoeg alle Nederlandse universiteiten zulke samenwerkingen hebben of hebben gehad en dat de TU Delft eruit springt”, zegt onderzoeker Mark Akkerman. Dat Delft naar voren komt is vanwege negen projecten van de universiteit met het grote Israëlische defensiebedrijf Israel Aerospace Industries.

Vandaar dat Delfste studenten hun eis richting de universiteit ook breder aankleden dan alleen het staken van banden met andere Israëlische universiteiten, zegt Offshore Engineering-student Tom – hij wil niet herkenbaar in NRC – die deel uitmaakt van Engineering Solidarity with Palestine. „De TU Delft werkt samen met bedrijven zoals Lockheed Martin die wapens en wapensystemen zoals de F-35 maken die in Gaza worden gebruikt. Dat moet stoppen.”

De universiteit van Amsterdam maakte maandag een project bekend waarmee het op de EU-subsidielijst van Stop Wapenhandel staat. Dit INHERIT-project, dat plaatsvindt met Technion – Israel Institute of Technology, is volgens de UvA gericht op de detectie van explosieven om aanslagen te voorkomen en „niet op het uitoefenen van militair geweld”. Het „draagt niet bij aan de militaire acties van Israël”.

Voor de demonstrerende studenten en docenten is dat echter niet relevant. Zij vinden een boycot gerechtvaardigd vanwege de grootschalige mensenrechtschendingen en genocide die in Gaza en de Palestijnse gebieden plaatsvinden. Een boycot van Israëlische onderwijsinstellingen is een instrument om een ander beleid van de Israëlische staat af te dwingen.

„Na de inval in Oekraïne zijn ook alle banden met Russische universiteiten verbroken en is niet gekeken welke universiteiten banden hadden met het militair-industrieel complex”, zo lichtte UvA-hoogleraar sociologie Sarah Bracke dat dinsdag toe tijdens een protest.

Onderdeel staatsapparaat

Maar de demonstranten gebruiken nóg een argument, namelijk dat Israëlische universiteiten onderdeel zijn geworden van het staatsapparaat en op onderzoeksvlak nauw optrekken met het ministerie van Defensie en bedrijven uit de defensie-industrie. Daarbij verwijzen zij naar het recent verschenen boek Towers of Ivory and Steel van de Joods-Israëlische onderzoeker Maya Wind van de universiteit van British Columbia. Daarin wordt ook uitgelicht hoe Israëlische universiteiten het nationalistische narratief ondersteunen. Komende week houdt Wind boeklezingen op de universiteiten van Nijmegen, Utrecht, Leiden, Amsterdam en Rotterdam.


Lees ook
een interview met Maya Wind

‘In Israël zijn de academische instellingen diep verwikkeld in de repressie’

De eisen voor het doorbreken van de banden met Israëlische universiteiten zijn niet nieuw en werden ook ver voor oktober al door verschillende academici geuit. Via een open brief op de website Dutch Scholars for Palestine, geïnitieerd door docenten van de Universiteit Leiden, riepen drie jaar geleden 599 wetenschappers reeds op tot een boycot van Israëlische onderwijsinstellingen vanwege de bezetting en mensenrechtenschendingen door Israël. Zij achten dat noodzakelijk wegens „de formele banden tussen Israëlische universiteiten en het Israëlische leger, alsook andere overheidsorganen die de architectuur van de bezetting vormen”.

Oproepen tot boycot van Israëlische instellingen worden (nog) niet ingewilligd.

Boycotbenadering

Die boycotbenadering vindt vooralsnog geen steun bij het bestuur van de Nederlandse universiteiten. Het UvA-bestuur ging woensdag in gesprek met de bezetters van het gebarricadeerde UvA-pand in de binnenstad en bracht daarna een verklaring uit waarin het belang van het voeren van gesprek werd benadrukt, „ook in momenten waarin we op gespannen voet leven met elkaar op de campus”.

Een woordvoerder van de Universiteit Utrecht wijst op een eerdere verklaring van het bestuurscollege waarin is benoemd dat er banden zijn met Israëlische universiteiten via uitwisselingsprogramma’s voor studenten en wetenschappers die gezamenlijk met Israëlische collega’s onderzoek doen. „We denken niet dat het beëindigen of bevriezen van alle contacten met onderwijsinstellingen van een land – zoals de overheid en Europese Unie ons eerder dringend verzochten na de invasie van Rusland in Oekraïne – een oplossing biedt”, stelt het universiteitsbestuur daarin. „We vinden het daarom van belang om in dialoog te blijven met studenten en collega’s uit conflictgebieden, omdat juist zij kunnen bijdragen aan verandering.”