Werkgevers gretig om asielzoekers aan te nemen

Bedrijven hebben vorig jaar voor asielzoekers meer dan drie keer zoveel werkvergunningen aangevraagd als in de jaren ervoor. In 2023 ging het om 2.000 aanvragen, tegen ongeveer 600 aanvragen in 2021 en 2021. Het gaat om werkvergunningen voor vluchtelingen, van wie onzeker is of ze in Nederland mogen blijven.

Dat meldt het UWV, de uitvoeringsorganisatie voor onder meer werkloosheidsuitkeringen, in het donderdag gepubliceerde jaarverslag. De asielzoekers werken vooral in de uitzendbranche, de horeca, de schoonmaaksector, de landbouw en de detailhandel.

Naar verwachting van het UWV zal het aantal aangevraagde werkvergunningen dit jaar nog eens verdrievoudigen. Half maart stond de teller op 1.550 aanvragen. „Als je die lijn doortrekt, kom je op 6.000 tot 7.000 aanvragen voor heel 2024”, zegt een woordvoerder van het UWV. De stijging is het gevolg van de aanpassing van de regels, die vorig jaar bij de rechter werd afgedwongen.

24 weken

Asielzoekers die nog geen verblijfsstatus hadden, mochten tot voor kort maximaal 24 weken werken. Dat maakte het voor werkgevers onaantrekkelijk om voor hen een werkvergunning aan te vragen, hoewel er in tal van sectoren een groot gebrek is aan arbeidskrachten. In november 2023 veegde de Raad van State de 24-weken-regel van tafel, omdat die volgens de hoogste rechter in strijd was met de Europese Opvangrichtlijn. Het kabinet besloot daarop dat asielzoekers wel meer dan 24 weken per jaar mogen werken, als hun asielaanvraag minstens zes maanden in behandeling is.


Lees ook
Als asielzoekers mogen werken zoveel ze willen, levert dat Nederland miljarden op

Vluchtelingen bij de bushalte van de pendelbus tussen het asielzoekerscentrum in Ter Apel en station Emmen.

De rechtbank in Arnhem had in april al bepaald dat deze asielzoekers mochten werken in een zaak die door een asielzoeker was aangespannen. Het UWV was in hoger beroep gegaan om eens en voor altijd duidelijkheid te krijgen over de 24-weken-regel. „Werkgevers benaderden ons na die eerste uitspraak voor een werkvergunning, maar die mochten we toen nog niet geven”, vertelt de UWV-woordvoerder. Wel maakte het UWV een lijst van de aanvragers, die meteen na de uitspraak in hoger beroep werden gebeld. Uiteindelijk wezen de UWV-medewerkers zo 181 bedrijven op de mogelijkheid om opnieuw een aanvraag te doen voor zo’n driehonderd asielzoekers.

Obstakels

„Meteen na de uitspraak van de Raad van State kreeg ik telefoontjes van werkgevers”, vertelt Maarten van Panhuis van non-profitorganisatie RefugeeConnect die asielzoekers en statushouders aan werk helpt en ook de asielzoeker bijstond in zijn juridische procedure. Die interesse verbaast hem niet: „De behoefte aan deze werknemers is enorm.” Daarbij gaat het nu nog vooral om werk dat weinig scholing of kennis van het Nederlands vereist, zegt Van Panhuis. „Maar we zien nu wel meer asielzoekers aan de slag gaan in de zorg en de IT.”

Er kunnen in de nabije toekomst nog veel meer asielzoekers aan de slag gaan, denkt Van Panhuis: „Als een paar obstakels uit de weg wordt geruimd.” Zo’n obstakel is de eis dat de asielprocedure minimaal een half jaar moet lopen, net als de verplichting om een eigen bijdrage te betalen voor de asielopvang. „In principe is zo’n eigen bijdrage heel goed, maar een asielzoeker moet die betalen voor alle gezinsleden en dan is het bedrag wel erg hoog.” Ook duurt het aanvragen van een BSN-nummer en de werkvergunning nu nog te lang, zegt Van Panhuis: „Al doet het UWV zijn best om de vergunning sneller af te handelen.”