Column | Verdriet van vroeger, verdriet om straks

Daar was-ie dan eindelijk, Desi Bouterse: jammer genoeg niet in de Santo Boma-gevangenis vlak bij Paramaribo, maar op de site van de NOS: „De voortvluchtige Surinaamse ex-president Desi Bouterse mag de VS niet meer in.” Ik hoor mezelf denken ‘tel uit je winst’ en besef meteen dat het geen winnend lot is, zeker niet voor Suriname. Officieel weet niemand waar Bouterse zich ophoudt, maar er moeten op z’n minst een paar mensen zijn met inside information, want Paramaribo kent een actieve, informele communicatiestructuur, zoals dat heet. Maar het is lastig een gerucht te arresteren, zelfs met een goed uitgerust team.

Nog meer treurig nieuws uit Suriname, ditmaal uit de Parbode, een Surinaams magazine. Ooit, rond 1976, een jaar na de Onafhankelijkheid, behoorde Suriname tot de drie relatief welvarendste landen van Zuid-Amerika, gerekend naar het bruto binnenlands product; alleen Argentinië en Venezuela scoorden beter. Dat is dramatisch veranderd, tegenwoordig is Suriname het twee na armste land van het continent.

Zo’n ranglijst zegt niet alles, maar toch dit: in de jaren tachtig reisde ik voor het eerst naar Suriname, toen nog met Anil Ramdas (1958-2012), die me zijn geboorteland liet zien. Ramdas bezat het talent om verhalen te verbeteren, maar het beeld dat hij van zijn jeugd in Suriname had geschetst verschilde zo radicaal van het land waar we toen terechtkwamen, dat ik sterk aan Anils herinneringen begon te twijfelen.

Maar het was dus waar: gedurende de jaren zestig en zeventig gold Suriname als een modelland, stabiel en behoorlijk welvarend, zeker als je het vergeleek met buurland Brits-Guyana. Daar kwamen de migranten vandaan, op weg naar werk, een beter leven en Paramaribo. Nu meldt de Parbode dat hetzelfde Brits-Guyana relatief het welvarendste land is van het continent.

Verliezen is erg, maar van een buurland verliezen is erger.

Overigens: de verblijfplaats van Bouterse mag een mysterie zijn, zijn erfenis is dat allerminst. Er zijn die vijftien slachtoffers van de Decembermoorden (1982). Van 1980-1988 was Bouterse de dictator van dienst, en van 2010 tot 2020 de gekozen president van Suriname. Achttien jaar lang heeft de man zijn land vooruit mogen helpen, regelrecht het ravijn in.

„Het kan verkeren”, zoals Bredero schreef, maar vooral: het kan zo snel verkeren. Van de top-drie naar helemaal onderaan. Daarom nog een lijstje: volgens de democratie-index van The Economist hoort Nederland bij de tien landen met de meeste democratische vrijheden ter wereld. Noorwegen en IJsland doen het beter. Maar nu is Nederland in verwachting van een nieuwe regering, die de belofte met zich meebrengt van een scherpe duikvlucht op die democratie-index. Hoe noem je zoiets: een vooruitzicht?

Stephan Sanders schrijft elke maandag op deze plek een column.