Dat D66 zich als toekomstige oppositiepartij hard afzet tegen de PVV wekt geen verbazing. Partijleider Rob Jetten haalde op het voorjaarscongres van zijn partij in Nieuwegein opnieuw fel uit naar het „goedkope populisme” van Geert Wilders, met zijn „ondemocratische eenmanspartij”. „Hij is een bedreiging voor de Nederlandse waarden en voor de Nederlandse identiteit.”
Maar dat de grote winnaar van de laatste Tweede Kamerverkiezingen nu aan het onderhandelen is over een „extreemrechts kabinet” komt vooral door twee middenpartijen die dat mogelijk maken, de VVD en Nieuw Sociaal Contract. „Dat er normale politici zijn die daar ruimte aan geven is buitengewoon zorgwekkend”, zei Jetten.
Na de val van het kabinet-Rutte IV vorige zomer, over een poging van de VVD om strenger asielbeleid af te spreken, is Jetten niet eens verbaasd over de ruk naar rechts onder de nieuwe partijleider Dilan Yesilgöz. „Al maak ik me wel oprechte zorgen over het blijvende verlies van een liberale bondgenoot.”
Teleurgesteld in NSC
Wat Jetten het meest teleurstelt is de opstelling van Pieter Omtzigt, die met zijn nieuwe partij NSC twintig Kamerzetels wist te bemachtigen en nu al maanden met Wilders aan tafel zit. „Wat is er gebeurd met de frisse nieuwe club van Pieter Omtzigt?” vroeg Jetten zich hardop af. „Wij hadden grote hoop om in hem een partner te vinden in het politieke midden. Zijn nadruk op sociale advocatuur, grondrechten en financiële degelijkheid klonk prachtig. Hij leek in de campagne zo duidelijk over zijn principes. Toch heeft hij in een mum van tijd zijn hart verkocht aan de PVV.”
Jetten hoopt dat NSC, dat ook deze zaterdag een partijcongres houdt, alsnog afziet van meeregeren met de PVV. Jetten: „Kiest Nieuw Sociaal Contract voor kabinet-Wilders I of voor Nederland?”
De kritiek op Omtzigt is opvallend, omdat Jetten, net als andere lijsttrekkers, de leider van NSC in de campagne voor de Tweede Kamerverkiezingen nauwelijks inhoudelijk durfde aan te pakken. Omdat Omtzigt aanvankelijk zo hoog scoorde in de peilingen en zich steeds afzette tegen de bestaande Haagse bestuurscultuur, vreesden gevestigde partijen dat een aanval op Omtzigt zwevende kiezers zou afschrikken.
Lees ook
D66 is te elitair, vindt D66 nu zelf ook
‘Verkiezingsnederlaag was zware klap’
Jetten noemde de zware verkiezingsnederlaag die hij als lijsttrekker leed – D66 ging terug van 24 naar negen zetels – op het congres opnieuw „een zware klap”. Hij lijkt zich inmiddels te schikken in de nieuwe positie van D66: na ruim zes jaar meeregeren nu buiten het kabinet. Jetten hoopt de komende jaren „een kritische en optimistische rol in de oppositie” te kunnen spelen en roept daarbij alle andere aanstaande oppositiepartijen op nauw samen te werken. „Of je nu christen-democraat of sociaal-democraat bent, vanuit het midden willen wij vooruit en reiken we de hand.” Jetten wil een „gezamenlijk front maken” om „onze vrije samenleving” te verdedigen. „We laten ons niet verdelen door politiek avonturiers die bitterheid en onvrede aanwakkeren. En we laten ons niet tegen elkaar opzetten door charlatans die een minderheid aanwijzen als zondebok en over hún rug hun machtshonger willen stillen.”
D66 kwam afgelopen week met een stevige interne evaluatie over de verkiezingsnederlaag. Op het congres werd deze in een korte bijeenkomst besproken met de leden, die in meerderheid het kritische rapport leken te omarmen. Er werden nauwelijks kritische (vervolg)vragen gesteld.