Het Openbaar Ministerie heeft de rechtbank in Amsterdam vrijdag verzocht het bestuur van de stichting Islamitische School Amsterdam (ISA), ook bekend als de islamitische As-Siddieq-scholen, met onmiddellijke ingang te schorsen en te ontslaan. De stichting, met drie islamitische scholen in Amsterdam die zo’n 1.100 leerlingen hebben, dreigt volgens het OM namelijk binnenkort failliet te gaan. Om dat te voorkomen moet er volgens de aanklager een nieuw bestuur komen. Daarom heeft het OM vrijdag een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank in Amsterdam.
De stichting ISA ligt al langer onder vuur. De Onderwijsinspectie trof in 2022 bijna 300.000 euro aan onrechtmatige uitgaven aan. De bestuurders van de stichting bleken nauwe banden te hebben met stichtingen achter weekendscholen en leerlingenvervoer. Op die manier hebben zij zichzelf „onrechtmatig verrijkt”, aldus de inspectie Ook was de administratieve organisatie en de controle op het bestuur niet op orde. Toenmalig onderwijsminister Dennis Wiersma (VVD) besloot daarom het bestuur weg te sturen, maar daarmee waren de problemen niet opgelost. Het schoolbestuur erkende het wanbeleid destijds, maar besloot desondanks niet op te stappen.
Financiële maatregelen
Vanwege aanhoudende bestuurlijke chaos eiste demissionair onderwijsminister Mariëlle Paul (VVD) begin januari dat er drie nieuwe bestuursleden en een directeur benoemd zouden worden. Zolang dat niet gebeurt, legt het kabinet de stichting stevige financiële maatregelen op. Sinds januari krijgt de stichting nog slechts 40 procent van het reguliere budget. Dat werd in maart verlaagd naar 20 procent, een straf die kan oplopen tot het stopzetten van het gehele budget in juni. Aangezien de stichting alleen inkomsten heeft vanuit de overheid, zouden de drie scholen in dat geval moeten sluiten.
Een nieuw bestuur is nog steeds niet benoemd, waardoor het conflict tussen de stichting en het ministerie van Onderwijs aanhoudt. „Het OM meent dat het bestuur hiermee zodanig in strijd handelt met het belang van de stichting, maar vooral ook met dat van de leerlingen en docenten van de betrokken scholen, dat zij niet langer als bestuurder kunnen aanblijven.” De aanklager wil dat de rechter een tijdelijk bestuur benoemt, zodat de financiering voor de drie scholen hervat kan worden en de sluiting niet langer dreigt.
Het OM mag dit soort verzoekschriften indienen omdat het, naast zijn strafrechtelijke taken, ook belast is met „een civiele toezichtstaak op rechtspersonen in het algemeen en op stichtingen in het bijzonder”. Als het OM twijfelt of een stichtingsbestuur wel handelt in lijn met de eigen statuten, kan de aanklager een onderzoek instellen en uiteindelijk, zoals nu is gebeurd, de rechtbank verzoeken om de bestuurders te schorsen en te ontslaan.
