Wie klaagt dat-ie heel moe is, is er volgend jaar niet bij, bij het opbouwen van Tefaf

Op de Avenue des Champs-Élysées, het brede middenpad van The European Fine Art Fair in Maastricht, staan de seringen in bloei en lopen gastvrouwen af en aan met dienbladen vol sandwiches gerookte zalm en glaasjes soep van groene voorjaarserwtjes.

Direct na de opening van de 37ste Tefaf Maastricht is het donderdagmiddag business as usual. Met bril op de neus en de beursplattegrond in de hand haasten verzamelaars zich naar hun favoriete stand, bang om iets te missen. Tien minuten na de opening plakken handelaren al de eerste rode stippen. Het zindert in de hal van begeerte.

Tefaf is al decennia de meest prestigieuze kunst- en antiekbeurs ter wereld. Sinds 1988 is het Maastrichts Expositie en Congres Centrum (MECC) in maart het jaarlijkse trefpunt voor handelaren, verzamelaars en museummedewerkers van alle continenten. Een marktplaats voor de superrijken, die zich door hun chauffeur (en soms ook piloot) naar Limburg laten brengen. Al kunnen ook minder gefortuneerde liefhebbers in Maastricht genieten van het opulente kunstaanbod, de traditionele bloemeninstallatie bij de entree en de delicate taartjes van de Parijse patissier Angelina.

Beursdirecteur Manon van den Beuken vat de Tefaf-ervaring pregnant samen: „Je komt uit de file voor de parkeergarage, hebt in de rij gestaan voor de metaaldetectoren. Maar eenmaal op de beurs laat je de boze buitenwereld achter je en stap je in het sprookje.”

Wat is er nodig voor de bouw van zo’n vijf voetbalvelden groot kunstpaleis dat in acht dagen tijd zeker 50.000 bezoekers kan ontvangen? NRC keek achter de schermen mee.

Kunstwerken worden in de dagen voor de beurs in kisten naar Maastricht vervoerd.

Foto Chris Keulen

Antiquair Steinitz uit Parijs plaatst een interieur uit een Antwerps hotel, De Schilder, uit 1780.

Foto Chris Keulen

New York

Tefaf is een door handelaren opgezette beursorganisatie ondergebracht in een stichting. Jaarlijks zijn er twee evenementen: in maart in Maastricht, in mei in New York. Volgens de laatst gepubliceerde jaarrekening bedroeg de omzet in 2020 bijna 26 miljoen euro.

Bij de stichting zijn ruim twintig werknemers continu bezig met de beurzen. Een team dat sinds 2000 onder leiding staat van Manon van den Beuken (49) en Niels Glandorff (56). Zij is verantwoordelijk voor de deelnemerscontacten, hij voor de financiën en de bouw van de beurzen. Samen zijn ze het aanspreekpunt voor alle betrokken partijen. Om te beginnen het beursbestuur, samengesteld uit deelnemende handelaren. Daarnaast de mensen van het congrescentrum MECC, de 270 standhouders, de beursontwerper, de stand- en interieurbouwers, de cateraar, de bloemenleverancier en ook de gemeente, politie, brandweer en EHBO’ers. Een operatie waarbij ruim duizend medewerkers zijn betrokken.

Spitsuur in de zomer

De voorbereiding en afhandeling van de jaarlijkse beurs in Maastricht vergt zeker vijftien maanden. Begin van dit jaar begonnen al de voorbereidingen voor de editie van 2025. Iedere beurs is anders, zegt Van den Beuken: „Wat voor nieuwe plannen heeft het bestuur? En vaak verandert ook de regelgeving. De wijzigingen moeten we verwerken in de voorwaarden van de aanmeldprocedure, waarvan de formulieren op 1 mei de deur uitgaan.”

Voor Glandorff is de periode direct na Kerst het drukst. Dan regent het logistieke vragen over de bouw van de beurs. Voor Van den Beuken is het spitsuur in de zomer. Na afloop van het selectieproces in juni moet zij vele teleurgestelde handelaren apaiseren. Als ze geen betere plek of meer vierkante meters toegewezen krijgen, dreigen ze niet mee te doen. Van den Beuken: „Alle handelaren menen recht te hebben op een grote stand op onze Champs-Élysées. En niemand wenst een meterkast in zijn stand. Die moet maar bij de buurman.”

De handelaren kennen haar en weten dat zij haar best voor hen doet. Zich terugtrekken als ze hun zin niet krijgen gebeurt vrijwel nooit; voor Tefaf is geen echt alternatief. Sommige handelaren realiseren in Maastricht tot wel 50 procent van hun jaaromzet.

Stand in aanbouw van de Indiase juwelier Bhagat.

Foto Chris Keulen

Tweesterrenchef

Van den Beuken en Glandorff hebben het hele jaar door overleg met Tom Postma Design, de vaste ontwerper van de beurs. Met Stabilo, het standbouwbedrijf. En met cateraar Vermaat. Voor deze bedrijven vormt -Tefaf een visitekaartje, een bewijs van waartoe zij in staat zijn.

Neem Vermaat, de specialist in ‘horeca op maat’ uit IJsselstein. Op Tefaf verzorgt het bedrijf elf horeca-outlets, van een selfservicerestaurant met Limburgse vlaai en sandwiches, tot oester- en champagnebars en een ‘fine dining’ pop-upbrasserie onder leiding van tweesterrenchef Hans van Wolde.

Aan de samenstelling van de menukaarten zijn 25 vergaderingen en proeverijen voorafgegaan. Op Tefaf geen worstenbroodjes, maar kroketjes met black angus-vlees en een crème van truffel. En het ‘fingerfood’ dat Vermaat uitdeelt op de twee openingsdagen voor genodigden mag niet leiden tot nare vlekken in het tapijt, zegt Van den Beuken.

Vermaat zet 650 medewerkers in voor Tefaf. Teams met gastvrouwen, gastheren, chefs, horecamanagers, afwassers en logistieke medewerkers, die bijvoorbeeld zorgen dat er voortdurend voldoende gekoelde drankjes voorhanden zijn (er gaan zo’n 1.600 flessen champagne doorheen). Voor de kassa’s en de communicatielijnen heeft de cateraar een ploeg ict’ers in het MECC, en ook zijn er culinaire specialisten aan het werk, zoals oesterkrakers en iemand die Spaanse ham flinterdun weet te snijden.

Een deel van de horecamedewerkers verblijft in een nabijgelegen vakantiepark. Hún eten, het transport van en naar de beurs, schone kleding ’s morgens, alles is voorbereid, zegt André van Rooijen, operationeel directeur bij Vermaat.

Bloem-sculpturen van leverancier Ten Kate moeten bezoekers helpen met navigeren.

Foto Chris Keulen

Omdat driekwart van de beurshandelaren vorig jaar bij een enquête aangaf voorkeur te geven aan een kortere beurs, duurt Tefaf Maastricht dit jaar voor het eerst geen elf, maar slechts acht dagen. Op de kortere beurs toch de omzetdoelstelling halen is voor Vermaat best een uitdaging. Met extra zitcapaciteit in de restaurants en aanpassingen in het operationele proces is de ‘speed of service’ verhoogd, zegt Van Rooijen. „Waar staat de koelkast, wat is de meest efficiënte route voor de gast. Logistiek hebben we alles tot op de millimeter uitgedokterd.”

Keurmeesters met iPad

Het MECC afgelopen maandagmiddag, drie dagen voor de opening. Met hun telefoon in de hand en gekleed in een zwart Tefaf-jackje wandelen Glandorff en Van den Beuken door het congresgebouw. Ze zijn zo ontspannen omdat ze „voorliggen op schema”.

Het is best fris in de hallen; een fijne werktemperatuur voor de honderden werklui. Door de gangpaden zoeven vorkhektrucks geladen met grote kratten. Her en der liggen nog ingepakte rollen tapijt: de vloerbedekking voor de gangpaden, die maandagnacht gelegd gaat worden als de heftrucks verdwenen zijn. Op hoogwerkers steken medewerkers van bloemenleverancier Ten Kate witte bloemtrossen in kroonluchter-achtige constructies die boven kruispunten van gangpaden hangen; de bloem-sculpturen moeten bezoekers helpen met navigeren. Overal klinkt het geluid van boormachines; met een waterpas controleert een standhouder of een groot schilderij van de Duitse kunstenaar Georg Baselitz wel recht hangt.

Over een paar uur, om acht uur ’s avonds, moeten de standhouders klaar zijn. Ze mogen ze pas woensdagmiddag om drie uur, de dag voor de vip-opening, hun stand weer betreden. Anderhalve dag is de vloer het domein van de keurmeesters van de beurs.

Standhouders zaten zich dan in het verleden altijd te verbijten in hun hotelkamer: welke kunstwerken zouden zijn afgekeurd of mogen alleen met een andere toeschrijving blijven hangen? Een Saenredam of geen Saenredam, dat scheelt twee nullen in de vraagprijs.

Sinds vorig jaar zijn de keurmeesters uitgerust met iPads. Als een kunstwerk is afgekeurd, krijgt de betrokken handelaar direct een digitale melding. „De ergste woede is een dag later verdwenen”, zegt Van den Beuken.

Mário Roque, de eigenaar van antiekhandel São Roque in Lissabon, is maandagmiddag al klaar met zijn stand. Op de vloer liggen grote, tegels van verschillende kleuren natuursteen. Het plafond in de stand is nog spectaculairder: een puntvormig zeventiende-eeuws plafond, een mozaïek van tientallen stukken gekleurd, gemarmerd dan wel gesjabloneerd hout. Toen hij vorig jaar voor het eerst aan Tefaf deelnam, vertelt Roque, informeerde het Louvre Abu Dhabi tevergeefs of het plafond te koop was. ‘Nee’ is op een beurs waar vrijwel alles te koop is best een bijzonder antwoord.

Anderhalve avenue verderop is de stand van Kunstkammer Georg Laue uit München. Met zijn donsjack hoog dichtgeritst en een wollen muts staat eigenaar Georg Laue zijn eigen stand te bewonderen, een met grijs cement afgesmeerd labyrint van kleine vertrekken en ingebouwde vitrines gevuld met curieuze antiquiteiten.

„Zo zou ik willen wonen”, verzucht Laue, voor de 25ste keer deelnemer in Maastricht. Vanwege de complexiteit van zijn stand mocht hij eerder beginnen met bouwen. Tien timmerlieden zijn anderhalve week twaalf uur per dag bezig geweest. Laue: „Tefaf is de enige kunstbeurs in de wereld waar zoiets kan.”


Foto’s: Foto Chris Keulen

Bijna circulaire bouwsystemen

Het leeuwendeel van de standhouders heeft zijn stand laten bouwen door Stabilo, een bedrijf in Eindhoven dat jaarlijks ruim dertig kunstbeurzen bouwt – in negen landen, tot aan de VS en Zuid-Korea aan toe. Mede dankzij Tefaf, zegt directeur Harry van der Hoorn, heeft zijn bedrijf zich opgewerkt van een eenvoudige wandenzetter tot een stand- en interieurbouwer die in korte tijd „werelden kan creëren”.

In zijn opslagloods in Eindhoven toont hij zijn demontabele en herbruikbare bouwsystemen, en de door hem gebouwde beursmeubels van vaste klanten. In Maastricht en de buitenlanden waar hij beurzen bouwt heeft Stabilo ook opslagloodsen.

Voor Tefaf Maastricht zijn 150 trailers met materialen nodig. Zijn werkproces is bijna volledig circulair, zegt Van der Hoorn. Daarmee loopt hij vooruit op wetgeving die vanaf 2050 van kracht wordt. Toen hij tijdens de coronapandemie alleen teststraten voor GGD’s kon bouwen, had hij „de rust en de tijd” voor de ontwikkeling van verdere verbeteringen. Zoals een nieuwe koppelmethode voor wandelementen die per beurs het gebruik van 50.000 spijkers scheelt en een nieuw plintensysteem dat 10 kilometer hout bespaart. Kleine stapjes om de laatste twee trailers met afval te verminderen.

Stabilo bouwt Tefaf met 250 ambachtslieden, deels zzp’ers uit tien landen. Het zijn timmerlieden, schilders en tapijtleggers waarmee het bedrijf al jaren werkt en die geen problemen maken van werkdagen van twaalf uur en, als er iets fout is gegaan, een nacht doorhalen. Beurzen bouwen is topsport, zegt Van der Hoorn: „Goed eten, goed slapen en goed presteren.”

Zijn voor het opbouwen van Tefaf 23 dagen beschikbaar, het afbreken gaat veel sneller. Kort na de sluiting op donderdagavond 14 maart zullen de hallen ‘kunstleeg’ zijn, zodat Stabilo de stands kan afbreken. Zes dagen na het vertrek van de laatste beursbezoeker is het MECC weer leeg en klaar voor de voorbereidingen op Free Your Mind, een techno- en housefestival.

Manon van den Beuken vraagt aan nieuwe medewerkers altijd hoe ze hun eerste Tefaf hebben beleefd. „Als ze ‘heel moe’ zijn weet ik dat ze ongeschikt zijn voor dit soort werk. Ook ik wil na twee beursweken even geen hakken meer aan en ben blij mijn gezin weer te zien. Maar van zo’n beurs krijg ik me toch een bult energie. Als je dat niet hebt moet je iets anders doen.”