De Belastingdienst int vanwege grote personeelstekorten al bijna twee jaar geen invorderbare belastingschulden meer, waaronder de coronaschulden van ondernemers. Deurwaarders worden zeker sinds oktober 2023 niet meer ingezet, zo blijkt uit een interne notitie van de dienst. Volgens de Belastingdienst vormt het nagenoeg niet innen van die schulden een „risico”, omdat ondernemers de belastingwetgeving slechter zullen naleven als ze merken dat de Belastingdienst niet handhaaft.
Dat staat in een rapport van de Algemene Rekenkamer over de inning van coronabelastingschulden, dat dinsdagavond aan de Tweede Kamer is gepresenteerd. Volgens onderzoek van de Rekenkamer zijn er 35.000 ondernemers die een dwangbevel hebben gekregen wegens het niet betalen van een uitgestelde belastingschuld uit de coronaperiode. Ondernemers die na dit dwangbevel niet betaalden, hebben daarna „nauwelijks” dwangmaatregelen opgelegd gekregen.
Zonder die dwangmaatregelen zal zeker 2,9 miljard euro aan coronaschulden niet worden geïnd, verwacht de Algemene Rekenkamer. „Afhankelijk van de inzet van de Belastingdienst” geldt dat ook voor nog eens 2,8 miljard euro aan coronaschuld bij ondernemers die hun schuld wel aflossen, maar achterlopen met betalen. Buiten de coronaschulden staat er ook nog eens 6,5 miljard euro open aan niet-betaalde vorderingen, waarbij aanmaningen en andere dwangmiddelen nodig zijn, zo bleek eerder uit onderzoek van NRC.
Uit het rapport van de Rekenkamer blijkt bovendien dat verantwoordelijk staatssecretaris Marnix van Rij (Fiscaliteit, CDA) de Tweede Kamer niet volledig over de situatie heeft geïnformeerd. Dat de Belastingdienst door personeelstekort vanaf begin 2022 niet meer al haar taken kon uitvoeren en daarom prioriteiten moest stellen, noemde Van Rij volgens de Rekenkamer slechts in een bijlage bij een Kamerbrief over de herziening van het belastingstelsel in juni 2022.
„In de informatie naar de Tweede Kamer staat niet expliciet beschreven wat de ‘negatieve impact op het niveau van toezicht’ precies inhoudt en hoe groot het capaciteitstekort is”, schrijft de Rekenkamer.
Helemaal geen capaciteit
Ook heeft de staatssecretaris volgens de Rekenkamer „regelmatig” aan de Kamer gemeld dat het kabinet ondernemers bij het afbetalen van schulden „maatwerk” zou bieden, terwijl interne notities uit 2021 aangeven dat er voor dat maatwerk helemaal geen capaciteit was.
De afdeling die bij de Belastingdienst verantwoordelijk is voor de inning van openstaande belastingschulden, komt duizend medewerkers tekort om haar werk naar behoren te kunnen doen. Er werken daar nu achttienhonderd mensen, terwijl de afdeling er bijna drieduizend nodig heeft. Bijna alle medewerkers zijn bezig met de „continuïteit” van de afdeling. Er zijn nauwelijks genoeg medewerkers over om bezwaren en beroepen van burgers en ondernemers te verwerken, ontdekte de Rekenkamer. Daarop volgt gemiddeld na twintig weken een reactie, hoewel wettelijk de maximale reactietermijn twaalf weken is.
Voor andere werkzaamheden, zoals toezicht op de inning, zijn simpelweg geen medewerkers beschikbaar. De Belastingdienst verwacht dat deze tekorten zeker nog in 2024 blijven bestaan.
Uit het rapport blijkt dat het personeelstekort bij de hele Belastingdienst groter is dan tot nu toe bekend was. In de komende vijf jaar heeft de dienst 12.000 nieuwe medewerkers nodig. De BelastingTelefoon, waar bedrijven en burgers terecht kunnen met vragen over belastingen, kampt ook al lange tijd met grote personeelstekorten, waardoor vorig jaar honderdduizenden burgers geen gehoor kregen.
Holland Casino: schuld van 249 miljoen
De problemen bij de afdeling Inning zijn een symptoom van de grote en structurele problemen waar de Belastingdienst al jaren mee kampt. Binnen de dienst bestaan bijvoorbeeld zorgen over „hoge risico’s” bij de inning van zo’n 100 miljard aan belastingen. Ook het in de lucht houden van sterk verouderde computersystemen slokt veel capaciteit op en levert risico’s op.
De omvang van de openstaande coronaschulden loopt sterk uiteen per onderneming, schrijft de Rekenkamer: van 8 euro tot 1,3 miljard. Veruit de meeste schulden zitten bij MKB-bedrijven en zelfstandigen zonder personeel, met name in de sectoren detailhandel, de bouw en onderzoek en advies. Er zijn ook 5.000 grote ondernemingen die nog een coronaschuld hebben openstaan. Zo heeft bijvoorbeeld Holland Casino volgens de Rekenkamer een schuld van 249 miljoen openstaan.
Een andere grote onderneming, die de Rekenkamer niet bij naam noemt, heeft een openstaande belastingschuld van 432 miljoen euro, waarvan 146 miljoen coronaschuld. Volgens de Belastingdienst is de kans op het nog kunnen innen van deze bedragen „bijzonder klein”. Waarom de Rekenkamer dit bedrijf anoniem houdt, is niet duidelijk.