Zweedse onderzoek naar sabotage Nord Stream zonder succes afgerond

Zweden gaat het onderzoek naar de explosies die de Nord Stream-gaspijpleidingen onder de Oostzee tussen Rusland en Duitsland beschadigden, stilleggen. Dat melden meerdere Duitse media dinsdag, waaronder de krant Süddeutsche Zeitung. De Zweedse onderzoekers zijn er niet in geslaagd een duidelijke dader aan te wijzen voor de explosie in 2022, waardoor het onderzoek werd stopgezet.

De Zweedse autoriteiten willen de beëindiging van het onderzoek niet officieel bevestigen, maar volgens Duitse media zal die aankondiging woensdag volgen. Vanwege de ligging van de Nord Stream voeren naast Zweden ook Duitsland en Denemarken hun eigen onderzoek naar de gebeurtenissen. Deze onderzoeken staan los van de Zweedse beslissing om een einde te maken aan de zoektocht naar de verantwoordelijken. De Nord Stream-pijpleidingen, waarlangs Rusland gas aan Duitsland levert, geldt als de belangrijkste gastoevoer naar West-Europa.

Bij de explosies in september 2022 raakten twee pijpleidingen beschadigd op de bodem van de Oostzee bij het Deense eiland Bornholm en kwamen grote hoeveelheden aardgas vrij. Er is de afgelopen jaren veel gespeculeerd over de toedracht van de explosies. Zo wees de Amerikaanse inlichtingendienst naar een pro-Oekraïense groepering die los van Kyiv opereerde, zo bleek uit berichtgeving van The New York Times van afgelopen jaar.


Lees ook
Wat zijn de nieuwe speculaties over de aanslagen op Nord Stream en zes andere vragen

Na ‘sabotage’ van de gaspijpleiding Nord Stream nabij het Deense eiland Bornholm ontstond een groot gaslek.