De inkomsten van Nederlanders via platformen als Marktplaats, Airbnb en Vinted worden vanaf deze week rechtstreeks aan de Belastingdienst doorgegeven. In eerste instantie gaat het om de inkomsten over 2023 van mensen en bedrijven die zich in dat jaar hebben aangemeld bij deze platformen.
Daarnaast zijn de online platformen per 2024 begonnen met gegevens verzamelen over ál hun gebruikers, dus ook die van voor 2023. Zodat ze de bedragen die mensen in het huidige jaar via de platformen ontvangen over een jaar met de Belastingdienst kunnen delen. Om dat te kunnen doen hebben ze van veel gebruikers aanvullende persoonsgegevens nodig. Het verzamelen van informatie door deze bedrijven voor de Belastingdienst is een nieuwe verplichting, die voortvloeit uit Europese regelgeving (DAC7), die in Nederland al op 1 januari 2023 inging.
Om daaraan te voldoen, moeten de bedrijven, naast de inkomsten, ook veel gevoelige persoonsgegevens verzamelen, zoals het BSN-nummer van hun miljoenen gebruikers. Als die in verkeerde handen vallen, kunnen ze worden gebruikt voor onder meer identiteitsfraude of online afpersing.
Uiterlijk 31 januari verwacht de Belastingdienst de eerste rapportages over het afgelopen jaar. Of er vervolgens ook belasting over geheven wordt, verschilt per persoon en situatie.
De Belastingdienst doet geen uitspraken over de te verwachtte opbrengst voor de schatkist. Het gaat om inkomsten die eigenlijk al moesten worden opgegeven onder ‘overige inkomsten’ of ‘winst’, wat in de praktijk niet altijd gebeurt. In de toekomst kunnen die via deze route vooraf ingevuld op het formulier inkomstenbelasting belanden, zoals nu al met banktegoeden en het salaris.
Veel gebruikers zijn zich er niet bewust van dat deze bedrijven sinds kort hun inkomsten monitoren. Niet ieder bedrijf is daar even transparant over. Het gaat deels om inkomsten die tot nu toe niet werden opgegeven.
„Dit raakt heel veel Nederlanders. De reikwijdte van deze wet is veel groter dan wij aanvankelijk dachten”, zegt Jasper van Schijndel, partner bij accountant PWC en gespecialiseerd in onder meer de DAC7-richtlijn van de EU. Onder de verplichting vallen bijvoorbeeld ook sites voor werkbemiddeling zoals Temper en YoungOnes.
Veiligheid van gegevens
Van Schijndel zet vraagtekens bij de grote hoeveelheid persoonsgevoelige informatie die de bedrijven voor de Belastingdienst moeten verzamelen. Het gaat onder meer om rekening- en soms kadastergegevens, BSN, adres en geboortedatum. Banken en verzekeraars worstelen daar al mee, zegt Van Schijndel. „En dan ga je dat nu ook aan start-ups vragen.” Kunnen die de opslag, beveiliging en overdracht goed organiseren, ‘zonder dat ze op straat komen?’ Bovendien is nog de vraag of de Belastingdienst de grote hoeveelheid nieuwe data ook echt gaat gebruiken.
„Ik heb niet de indruk dat er goed genoeg over is nagedacht”, zegt jurist Ellen Timmer van stichting Privacy First. „Wat je nu ziet, is dat een hele brede groep bedrijven een informatieverschaffingsverplichting krijgt. En omdat de overheid dat hapklaar aangeleverd wil krijgen, moeten ze een enorme bak persoonsgegevens gaan registeren.”
Timmer maakt zich er zorgen over dat de beveiliging van die gegevens te weinig aandacht krijgt. „In theorie zijn er wel verplichtingen voor het veilig opslaan van gevoelige informatie, maar we zien al een hele tijd dat er weinig capaciteit is voor de handhaving van de regels. Dat vindt Europa minder interessant. Daar gaat minder geld heen.”
Sinds 2010 groeit de platformeconomie razendsnel. Veel mensen halen extra inkomsten uit de verkoop van goederen of diensten online, via bijvoorbeeld Marktplaats of UberEats. Of door hun huis op Airbnb of Booking te zetten en hun auto te delen via SnappCar. Regelgeving liep achter.
De Europese Commissie maakt de afgelopen jaren een inhaalslag en komt met veel nieuwe regels op dit terrein, die worden omgezet in nationale wetten. Een van de doelen is eerlijke belastingheffing. De regels moeten voorkomen dat met de groei van de platformeconomie ook de informele economie uitdijt.
Het is overigens onbekend of dit het geval is. Zowel over de omvang van de platformeconomie als over de geschatte hoeveelheid zwart werk zijn opvallend weinig statistieken, zegt Martijn Arets, die aan de Haagse Hogeschool onderzoek doet naar de platformeconomie.
Actieve gebruikers
Platformbedrijven zijn in de regel niet bepaald scheutig met informatie. De miljoenen Nederlanders in dit artikel zijn een beredeneerde schatting. Het is een optelsom van wat bekend is over het aantal actieve gebruikers van bedrijven die onder de wet vallen en van informatie die ze gaven in antwoord op vragen van NRC.
Een voorbeeld is Marktplaats, dat zegt gemiddeld elf miljoen actieve gebruikers te hebben. Veel Marktplaatsgebruikers zijn zowel koper als verkoper. Onder de nieuwe regels moet Marktplaats informatie over de verkopers delen als ze in een jaar meer dan dertig transacties hebben gedaan of voor meer dan 2.000 euro spullen hebben verkocht. Iemand die wat kinderkleding doorverkoopt zal daar niet snel onder vallen, een handelaar die bijvoorbeeld tweedehands deuren in- en verkoopt wel.
Van mensen die in 2023 actief zijn geworden op Marktplaats hebben „iets meer dan duizend” die drempels bereikt, zegt een woordvoerder. Welke gebruikers onder de informatieplicht vallen, kan de site alleen zien als de transactie via Marktplaats loopt, zoals bij een betaalverzoek. Contant afrekenen valt er dus buiten.
De bedrijven zijn over het algemeen niet blij met hun rapportageplicht. Die veroorzaakt veel extra werk en een deel van de bedrijven is bang dat gebruikers erdoor worden afgeschrikt. Marktplaats benadrukt via de woordvoerder dat het bedrijf „het belangrijk vindt dat de overheid barrières voor ‘tweedehands’ zo laag mogelijk houdt om de circulaire economie te stimuleren”. Tegelijk is het zo dat „gebruikers zullen moeten wennen aan striktere identificatie-eisen en regelgeving als het gaat om online handel”.
Tweedehandskledingmarktplaats Vinted (4,5 miljoen geregistreerde leden in Nederland) verwacht dat slechts „een klein percentage” daarvan onder de meldplicht zal vallen. Die krijgen bericht van Vinted, inclusief een jaaroverzicht van de verdiensten voordat dit wordt doorgegeven. Ook Marktplaats-gebruikers krijgen zo’n overzicht.
Voor de verhuur van transportmiddelen of woonruimte, zoals via Airbnb of Booking, geldt geen drempel. Dat moet altijd worden gemeld. Airbnb en Booking willen hier niet veel over kwijt, behalve dat ze zich aan de wet zullen houden en dat ze blij zijn dat de regels binnen de EU nu gestandaardiseerd zijn.
Vragen over de aantallen Nederlandse aanbieders via hun platform beantwoorden ze niet. Airbnb stuurt de informatie naar de Ierse belastingdienst, omdat het platform daar gevestigd is. Volgens EU-afspraken moet die de cijfers vervolgens delen met de Nederlandse Belastingdienst.