Achtjarige scholiere ontdekt: Australische eksters vallen vooral kale mannen aan

Ze duiken vanuit uit de lucht op je, kunnen naar je oren of ogen pikken. Vogels in het broedseizoen kunnen behoorlijk agressief zijn. In Nederland hadden we de beroemde ‘terror-oehoe’; in Australië zijn de forse Australische eksters (40 cm) berucht om hun aanvallende duikvluchten – swoops. Het broedseizoen, van september tot oktober wordt daar the swooping season genoemd.

Een Australisch schoolmeisje van acht, Emma Glenfield, heeft afgelopen najaar de wetenschappelijke wereld verrast met een onderzoek dat ze voor school uitvoerde naar het aanvalsgedrag van de Australische ekster (geen naaste familie van ‘onze’ ekster trouwens; de Australische ekster heet in het Nederlands zwartrugfluitvogel).

Het begon in het park bij haar school, waar ook Australische eksters broeden, en regelmatig mensen aanvallen, onder wie Emma’s vader. Eén ekster was erg boosaardig; die werd door Emma Mister Swoopsalot (Meneertje Valt-veel-aan) genoemd. Er viel haar iets op aan het aanvalsgedrag van mr Swoopsalot, vertelde Emma aan de lokale krant de Blue Mountains Gazette: de ekster leek het vooral op lange, kale mannen gemunt te hebben, of mannen met dun haar op de kruin. Zou dat voor alle eksters gelden, vroeg Emma zich af. Dus toen haar onderwijzer in Wentworth Falls afgelopen najaar de leerlingen vroeg om voor de wiskundeles zelf een onderzoek te bedenken en uit te voeren, wist Emma wat ze wilde onderzoeken. „Waarom vallen eksters aan, en willen ze ons zeer doen?” noemde ze haar onderzoek. Ze maakte met haar moeder een online vragenlijst die je via een QR-code kon invullen, over hoe vaak je door een Australische ekster werd aangevallen. Ze vroeg ook om in te vullen of je man of vrouw was, je lengte en gewicht, en hoeveel haar je had – indachtig Mr Swoopsalots aanvalsgedrag. De vragenlijst was in eerste instantie voor mensen in de buurt bedoeld. Maar hij ging viraal. Zo’n 30.000 mensen vulden de enquête in.

In een klap was Emma’s onderzoek daarmee echte burgerwetenschap geworden – want zoveel data over aanvallen van Australische eksters hadden de Australische universiteiten nog nooit binnengehaald, in één steekproef. Bovendien is dit de eerste keer dat iemand ooit het verband tussen eksteraanvallen en uiterlijke kenmerken van mensen heeft onderzocht, vertelde Australische-eksterexpert Daryl Jones, emeritus hoogleraar aan de Griffith University in Brisbane aan de Australische omroep ABC. Hij onderzoekt de data verder.

Illustratie Paul Steenhuis

Emma kon zelf nog geen spreadsheets maken. Ze verwerkte de data in Lego-grafieken, met kleine blokjes in verschillende kleuren, zodat er overzichtelijke grafieken ontstonden. Daarin is onder meer duidelijk te zien dat de mensen die het meest aangevallen worden door Australische eksters, lange kalende mannen waren, stevig of met overgewicht. Mannen met een kale kruin hebben twee keer zoveel kans aangevallen te worden dan langharigen. Mensen langer dan 183 centimeter hebben twee keer zoveel kans door een ekster aangevallen te worden als mensen onder de 160 centimeter. Mannen maken meer kans dan vrouwen beduikvlucht te worden. En 11 procent van de aangevallenen werden door een ekster in het gezicht of oor gepikt, waarbij vrouwen meer dan mannen kans maakten gewond te raken.

Emma won eind vorig jaar een prijs voor wiskundeonderzoek in de staat waar ze woont, New South Wales. En ze mag haar onderzoek presenteren op het congres van Mensa, een vereniging van mensen met een hoog IQ. Zelf is ze vooral blij dat zoveel mensen mee wilden doen aan haar eksteronderzoek: „Ik hoop dat mijn project mensen helpt eksters beter te begrijpen”, zei ze tegen de Blue Mountains Gazette, „en dat mensen zullen begrijpen dat ekstervaders alleen maar voor hun kinderen zorgen.”