Het wereldwijde vliegverkeer is weer bijna terug op het niveau van voor de coronapandemie. Het totale vliegverkeer steeg in november 2023 met bijna 30 procent ten opzichte van november 2022. Wereldwijd zit het vliegverkeer nu op ruim 99 procent van het niveau van november 2019, zo meldde de internationale brancheorganisatie voor luchtvaart IATA woensdag.
Het internationale vliegverkeer steeg met meer dan 26 procent vergeleken met november 2022. De regio Azië-Pacific bleef internationaal het sterkst presteren, waarbij alle regio’s een toename van het vliegverkeer lieten zien vergeleken met het voorgaande jaar. Het totale internationale vliegverkeer bereikte daarmee 94,5 procent van het niveau van november 2019. Binnenlands vliegverkeer nam in november met bijna 35 procent toe ten opzichte van 2022 en lag daarmee bijna 7 procent boven het niveau van 2019. (ANP)
De Federal Reserve (Fed), de centrale bank van de Verenigde Staten, laat de rente voor de vijfde keer op rij onveranderd. Dat heeft de Fed woensdagavond bekendgemaakt. De beleidsrente blijft daarmee op een bandbreedte tussen de 4,25 en 4,5 procent.
Het besluit zal waarschijnlijk niet in goede aarde vallen bij de Amerikaanse president Donald Trump, die de Fed al langer onder druk zet om de rente juist te verlagen. Volgens Trump is een lagere rente gunstig voor zijn economisch beleid dat bedoeld is om de binnenlandse economie te stimuleren. Trump verwees woensdag naar een rapport waaruit bleek dat de economie in het tweede kwartaal met 3 procent op jaarbasis was gegroeid. Hij zag dit als een teken van economische versterking en riep Powell wederom te vergeefs op om de rente te verlagen.
Normaal gesproken verhoogt de Fed de rente als de inflatie te hoog is, om oververhitting van de economie tegen te gaan. Bij lage inflatie wordt de rente juist verlaagd om leningen en investeringen aantrekkelijker te maken.
Fed-voorzitter Jerome Powell gaf eerder aan dat de centrale bank de rente waarschijnlijk al had verlaagd als de invoerheffingen van president Trump de economische situatie niet hadden vertroebeld. De Fed wil eerst beter inzicht krijgen in de impact van deze handelsmaatregelen op zowel de inflatie als de bredere economische groei.
Tot nu toe zijn de prijzen van bepaalde goederen zoals huishoudelijke apparaten, meubels en speelgoed weliswaar gestegen, maar de algehele inflatie bleef gematigder dan verwacht.
Opvallend was de verdeeldheid binnen het bestuur van de Fed. Twee bestuurders stemden vóór een renteverlaging. Negen andere, onder wie Powell zelf, wilden vasthouden aan de huidige rentestand. Het is de eerste keer in meer dan dertig jaar dat twee van de zeven bestuursleden in Washington afwijken van het meerderheidsstandpunt.
Liveblog Economieblog
Schiphol had bouwcontract A-pier niet voortijdig mogen ontbinden, miljoenenstrop dreigt
In een tijd vol geopolitieke spanning en met een behoorlijk turbulente olie- en gasmarkt, speelt de Rotterdamse tankopslaggigant Vopak een extra belangrijke rol, zegt bestuursvoorzitter Dick Richelle telefonisch.
„In een rustiger wereld laten bedrijven hun brandstoffen, chemicaliën en grondstoffen zo efficiënt mogelijk – via de kortste routes en op de goedkoopste momenten – naar de fabrieken en energiecentrales stromen. Just in time is dan goed genoeg. Maar in onzekere tijden zoeken bedrijven een beetje zekerheid in hun aanvoer.” Dan zorgen ze dat ze genoeg materialen opslaan in een van de Vopak-terminals, die verspreid over 23 landen opgesteld staan. Om voorlopig in ieder geval vooruit te kunnen.
Mede daardoor bleef de bezettingsgraad van de Vopak-terminals hoog, rond de 92 procent. Een percentage waar Richelle blij mee is. Goed gevulde terminals duiden op een gezonde vraag naar de opslagcapaciteit van zijn bedrijf.
Dat is ook terug te zien in de halfjaarcijfers die Vopak woensdag presenteerde. In de eerste helft van dit jaar boekte het bedrijf een proportioneel bedrijfsresultaat (inclusief winst uit joint ventures en voor aftrek van afschrijvingen, rente en belastingen) van 615,3 miljoen euro. In de eerste zes maanden van vorig jaar was dat nog 599,4 miljoen. De nettowinst kwam in de eerste helft van dit jaar uit op 318,6 miljoen euro. In dezelfde periode een jaar eerder was dat nog 212,5 miljoen euro.
„In onze terminals zit een goede spreiding, in zowel de producten die erin opgeslagen kunnen worden als de landen waar ze staan”, zegt Richelle. Dat maakt Vopak volgens hem „veerkrachtig” in onrustige tijden. „Wanneer door geopolitieke spanning de aanvoerketen op de ene plek wegvalt, zal die elders weer worden opgevangen.” Als voorbeeld noemde Richelle eerder in NRC het wegvallen van de aanvoer van olie door de oorlog in Oekraïne. „Dan zie je de aanvoer bij onze lng-terminal [voor vloeibaar gas] in de Rotterdamse haven weer toenemen.”
Gedaalde dollarkoers
Wat ook bijdroeg aan de positieve halfjaarcijfers: vorige maand bracht Vopak zijn Indiase joint venture AVTL op de Indiase beurs. Dat leverde een winst van 111 miljoen euro op. AVTL is een exploitant van tankopslagterminals voor onder meer lpg [vloeibaar petroleumgas] en plantaardige oliën in zes Indiase havens. Het Indiase bedrijf werkt onder meer aan een grote ammoniakterminal. Ammoniak (NH3) kan onder meer gebruikt worden voor de opslag van groene waterstof en als vervanger van fossiele brandstoffen in de scheepvaart.
Mede door de gestegen winst steeg de winst per aandeel in de eerste helft van 2025 van 1,73 naar 2,74 euro, een stijging van 58 procent.
Vopak-bestuursvoorzitter Dick Richelle: „In onzekere tijden zoeken bedrijven een beetje zekerheid in hun aanvoer.” Foto Paul Tolenaar
Door de woensdag gepubliceerde halfjaarresultaten is Vopak nu iets positiever over de verwachte financiële resultaten over heel 2025 dan . De ondergrens van de bandbreedte is verhoogd. Volgens de huidige voorspellingen zal het aangepaste proportionele bedrijfsresultaat (ebitda) ergens tussen de 1,17 miljard euro en 1,2 miljard euro uitkomen. Afgelopen maart, tijdens de presentatie van de cijfers over het eerste kwartaal, was dat nog tussen de 1,15 miljard en 1,2 miljard.
De positieve verwachtingen compenseren deels de ongeveer 30 miljoen euro aan negatieve valuta-effecten voor 2025. Een deel van de inkomsten van het bedrijf ontvangt het in Amerikaanse dollars. Bij de omrekening naar euro’s heeft Vopak last van de sterk gedaalde dollarkoers.
Duurzame alternatieven
Vopak verdient al ruim vierhonderd jaar geld met de opslag van goederen. Vroeger waren dat producten als koffie en thee, nu onder meer olie en gas. Met verschillende projecten wil het bedrijf meebouwen aan de energietransitie, door zeker te stellen dat er infrastructuur is voor duurzame brandstoffen voor landen en bedrijven die vergroenen. In de afgelopen jaren is het bedrijf steeds minder olie gaan opslaan en is de focus voor de terminals verschoven naar de opslag van gas en duurzame alternatieven, zoals biodiesel, aldus Richelle.
In de Rotterdamse haven heeft Vopak nieuwe tanks gebouwd voor de grondstoffen voor duurzame vliegtuigbrandstof. Daarnaast werkt Vopak samen met Gasunie, het staatsbedrijf dat de gasleidingen in Nederland en Noord-Duitsland beheert, aan de ontwikkeling van een terminal voor de import van ammoniak als waterstofdrager. De investeringen hiervoor zijn nog niet rond. In Groningen worden de eerste stappen gezet voor de bouw van twee grootschalig batterijopslagprojecten.
De woorden waarmee de handelsdeal tussen de EU en de VS zijn begroet, logen er deze week niet om. Termen als ‘vernedering’ en ‘nederlaag’ vlogen in het rond voor de afspraken die Ursula von der Leyen heeft gemaakt met Donald Trump.
De Amerikaanse president lijkt inderdaad zijn zin te krijgen. Inmiddels is de gemiddelde invoerheffing in de VS hoger dan na de Smoot-Hawley Wet die in het begin van de jaren dertig van de vorige eeuw een handelsoorlog ontketende. Een jaar geleden was dat nog onvoorstelbaar. Anders dan destijds treffen andere landen, met uitzondering van China, geen tegenmaatregelen.
Sterker nog, om Trump te paaien hebben Japan en de EU beloofd bij elkaar opgeteld 1.300 miljard dollar in de VS te investeren in de resterende jaren van het Trump-presidentschap. Daarnaast zegde de EU toe in die drieënhalf jaar ook voor 750 miljoen dollar aan Amerikaanse energie in te kopen. En voor miljarden aan wapeninkopen te doen. Onderhandelingsresultaten waar Trump zich met recht voor op de borst lijkt te mogen kloppen.
Maar zijn victorie zou op termijn wel eens bedrieglijk kunnen zijn. Europese onderhandelaars hebben ingezet op beperking van de schade nu en kopen tijd om aan een sterkere, minder van de VS afhankelijke economie te bouwen. Ze hebben genoegen genomen met verlaging van al ingevoerde heffingen op de exportgoederen waarmee Europese bedrijven verreweg de meeste miljarden in de VS verdienen.
In de onderhandelingen is de Europese Commissie er bovendien in geslaagd om aantasting van Europese regels te voorkomen. Tot ergernis van Big Tech, dat had gewenst dat Europese beperkingen op hun handel en wandel zouden worden aangepakt. Chloorkippen en genetisch gemodificeerd voedsel mogen nog steeds de EU niet in.
De investeringsbeloftes zijn boterzacht en vooral leuk voor Trump om goede sier mee te maken. Bovendien zijn al aangekondigde investeringen van autoproducenten en farmabedrijven ingecalculeerd. Daarbuiten is het de vraag hoeveel Europese bedrijven werkelijk extra in de VS zullen investeren. Uit onderzoeken blijkt dat ze veelal meer rendement verwachten van nieuwe fabrieken in groeimarkten als India en Amerikaanse plannen juist in de kast hebben opgeborgen.
De pijn die invoerheffingen opleveren voor de Amerikanen is nog uitgebleven, maar gaat onvermijdelijk doordringen. Volgens berekeningen van het Yale Budget Lab zullen de nu afgesproken heffingen een gemiddeld Amerikaans gezin 2.500 dollar per jaar kosten. Uit een analyse van een denktank in Washington blijkt dat juist industrietakken die Trump wil stimuleren het meest lijden onder stijgende kosten van de import van onderdelen.
Bovendien leren eerdere ervaringen met heffingen dat een beschermde industrie luier wordt in innoveren en kosten besparen. Dat versterkt de urgentie van de Letta- en Draghirapporten in Europa. Vergroting van de handel binnen Europa door versterking van de interne markt zal de pijn van verminderde export naar de VS verzachten. Door het concurrentievermogen en de innovativiteit van bedrijven te versterken kan een groter concurrentievoordeel worden verkregen.
Trump mag zich dan de winnaar voelen na het sluiten van de deals, maar de Amerikanen kunnen later wel eens de grote verliezers blijken.