De oorlog in Oekraïne heeft de zieltogende Europese defensie-industrie nieuw leven ingeblazen. Maar terwijl de Europese landen hun defensie-uitgaven hebben opgeschroefd, blijft de productie van nieuw materieel nog altijd ver achter bij de behoefte.
Hét symbool voor de problemen waarvoor Europa zich gesteld ziet is de 155-millimeter artilleriegranaat – de standaardmunitie voor bijna alle houwitsers binnen de NAVO. Maart vorig jaar vroeg Kyiv in Brussel met spoed om de levering van meer 155 mm-granaten, waarvan Oekraïne er zevenduizend per dag afschoot. De EU antwoordde voortvarend, en beloofde binnen een jaar één miljoen granaten te leveren. Daarvoor zou niet alleen worden geput uit de bestaande voorraden van de lidstaten, maar zouden de EU-landen ook gezamenlijk granaten inkopen en op termijn de productie opschroeven. Landen konden daarvoor zelfs een rekening indienen bij een Europees fonds, de Europese Vredesfaciliteit.
Er was dus politieke wil, er waren financiële middelen, maar al snel werd duidelijk dat de doelstelling van 1 miljoen granaten niet zou worden gehaald. Eind november waren er 300.000 granaten geleverd uit de bestaande voorraden en waren er pas 180.000 besteld. EU-buitenlandvertegenwoordiger Josep Borrell wees met een beschuldigende vinger naar de industrie: 40 procent van de munitie werd geëxporteerd buiten Europa, aldus Borrell. Hij riep de industrie op om méér aan Europa te leveren. Maar zo makkelijk gaat dat niet, zegt defensiespecialist Dick Zandee van het Instituut Clingendael. „De industrie heeft te maken met langjarige contracten die niet zomaar kunnen worden opengebroken zonder een boete te betalen aan de afnemer.”
De werkelijke oorzaken liggen dieper. Na ruim dertig jaar bezuinigen op defensie is er weinig over van de Europese defensiesector. Defensie-analist Patrick Bolder van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS): „We hebben eigenlijk geen echte defensie-industrie meer in Europa, die zal eerst moeten worden opgebouwd.”
Dat is een enorme opgave. Zandee: „Ik heb de cijfers er nog eens op nageslagen: zelfs in de VS slagen ze er niet om voldoende munitie te produceren. Het opschalen van de defensieproductie vergt gigantische investeringen van bedrijven. Die zullen dat alleen willen doen als ze zeker weten dat het niet alleen gaat om een incidentele bestelling voor Oekraïne.”
Lees ook
over de Duitse terughoudendheid bij om Oekraïne volop militair te steunen
Om de zekerheid voor bedrijven te vergroten proberen Europese landen hun bestellingen nu systematisch te bundelen. Vorige week maakte het ministerie van Defensie bekend dat Amerikaanse Patriot luchtafweerraketten in Europa zullen worden geproduceerd. Omdat er veel Patriot-raketten aan Oekraïne zijn overgedragen, kampen landen met tekorten. Duitsland, Nederland, Roemenië en Spanje hebben nu afgesproken in totaal duizend raketten af te nemen. „Dat lijkt misschien veel”, zegt Bolder, „maar als de Russische luchtaanvallen blijven voortduren ben je zo door die voorraad heen.” Belangrijker dan de aantallen is het feit dat de Amerikaanse producent Raytheon in samenwerking met het Europese defensiebedrijf MBDA een nieuwe productielijn gaat opzetten in Zuid-Duitsland, wat toekomstige leveringen eenvoudiger maakt.
Duitsland gaat ook weer tanks bouwen: een nieuwe versie van de Leopard 2, met zwaardere bepantsering, verbeterde waarnemingssystemen en het Israëlische Trophy-afweersysteem tegen inkomende raketten: de Leopard 2A8. De Duitse regering heeft een ‘raamovereenkomst’ gesloten met producent Kraus-Maffei Wegmann (KMW) voor de productie van 123 tanks – voldoende voor KMW om een productielijn te openen. Tegelijkertijd heeft Duitsland verschillende landen – waaronder ook Nederland – gevraagd om mee te doen met het Leopard 2A8 Procurement Initiative. Door gelijktijdig bestellingen te plaatsen kunnen de productiekosten worden gedrukt, is de bedoeling. Daarvoor moeten de landen wel afstand doen van de gebruikelijke aanpassingen en modificaties bij het bestellen tank: de 2A8 komt er in één variant die voor alle landen gelijk zal zijn.
Maar zelfs dan is het lastig om de aanschaf van de tanks op elkaar af te stemmen. De Nederlandse landmacht heeft de oprichting van een tankbataljon (met 44 tanks) bovenaan zijn verlanglijstje staan, maar daarvoor zijn extra defensie-uitgaven nodig – en daar moet een nieuw kabinet over beslissen. „Gezamenlijk inkopen betekent ook dat je de defensieplanning op lange termijn onderling met elkaar afstemt”, zegt Bolder – een politiek beladen en complex proces.
Toch zijn Bolder en Zandee het eens: de oorlog in Oekraïne lijkt de Europese defensie-industrie tot leven te hebben gewekt. De productie van 155-millimetergranaten bijvoorbeeld, komt langzamerhand op stoom. Het Duitse Rheinmetall heeft onlangs een Spaanse concurrent overgenomen en verwacht de productie te kunnen opkrikken tot 700.000 stuks per jaar. Volgens Thierry Breton, Eurocommissaris voor de Interne Markt, zal Europa in de loop van 2024 in staat zijn om een miljoen granaten per jaar te produceren.