Een geste van Geert Wilders, maar is het genoeg om NSC en VVD over de streep te trekken?

Een cadeautje voor Pieter Omtzigt die maandag zijn vijftigste verjaardag vierde? Of een noodzakelijke geste van Geert Wilders om de eerste fase van de kabinetsformatie te kunnen voortzetten? Na een onderbreking van twee weken komen de partijleiders van PVV, VVD, NSC en BBB dinsdag opnieuw bijeen, ditmaal voor een driedaagse heisessie op een landgoed in Hilversum. Nog altijd is het belangrijkste agendapunt: is het gedachtegoed van de PVV verenigbaar met de Grondwet en de democratische rechtsstaat? En kan met name de NSC van Pieter Omtzigt daarmee leven?

In een kort, bijna achteloos briefje aan de voorzitter van de Tweede Kamer meldde de PVV-leider maandagochtend dat hij drie lopende initiatiefwetsvoorstellen van zijn fractie intrekt. Zonder enige toelichting – „met vriendelijke groet, Geert Wilders”.

Het betreffen drie wetsvoorstellen uit het niet eens zo verre verleden (2017-2019) die nog niet in de Tweede Kamer werden besproken en die op uiterst gespannen voet staan met de rechtsstaat. Het eerste gaat over het zonder tussenkomst van de strafrechter kunnen vastzetten van mensen die zich mogelijk schuldig maken aan (het voorbereiden van) terroristische activiteiten. De Raad van State, die wetsvoorstellen vóór parlementaire behandeling juridisch toetst, schreef in september 2017 dat dit wetsvoorstel „de grenzen van wat in een rechtsstaat aanvaardbaar is ver te buiten gaat”.

BBB noemt het „een mooie stap voorwaarts” die „past bij de belofte die Geert Wilders eerder deed”

Het tweede ingetrokken wetsvoorstel behelst het verbod op „bepaalde islamitische uitingen”, zoals moskeeën, islamitische scholen en de Koran. Ook hier was de Raad van State in mei 2019 helder over: „Onverenigbaar met de wezenlijke uitgangspunten van de democratische rechtsstaat.”

Initiatiefwet nummer drie betreft het plan om mensen met meerdere nationaliteiten het kiesrecht te ontnemen en uit te sluiten van publieke bestuurlijke functies, zoals burgemeester en commissaris van de koning, „zodat de (schijn) van dubbele loyaliteit in het openbaar bestuur wordt voorkomen”. Dit plan noemde de Raad van State in strijd met het discriminatieverbod, omdat het groepen mensen als „tweederangsburgers” behandelt.


Lees ook
‘Doe niet alsof het in Nederland niet zo’n vaart zal lopen of dat Wilders zoveel milder is geworden’

Kiezers wachten tot ze mogen stemmen in de Poolse parlementsverkiezingen van 15 oktober.

‘Milder’

Brisant is dat Wilders zich ooit in de Tweede Kamer ook opwond over de dubbele nationaliteit van de huidige VVD-leider Dilan Yesilgöz. Zij werd begin 2022 minister van Justitie en Veiligheid en is nu een van de partijleiders met wie Wilders graag een nieuw kabinet wil vormen.

Al tijdens de campagne voor de afgelopen Tweede Kamerverkiezingen deed Wilders er van alles aan om, na jaren oppositie, de PVV als een serieuze regeringspartij voor de dag te laten komen. Zo deed hij voorkomen dat hij „milder” was geworden. Hij zei bereid te zijn de radicaalste voorstellen uit zijn verkiezingsprogramma „in de ijskast” te leggen. Na de grote overwinning van zijn partij op 22 november – de PVV werd met 37 zetels met afstand de grootste partij – waren die toezeggingen voor twee partijen voldoende om met Wilders verkennende gesprekken te beginnen. BBB van Caroline van der Plas had er nog de minste moeite mee. Yesilgöz zei in elk geval te willen praten, maar ziet voor haar VVD dit keer alleen een rol als gedoogpartner in een rechts kabinet.

Voor Pieter Omtzigt lag het wel bijzonder lastig. Ook hij heeft de verkiezingen gewonnen – NSC kwam met twintig zetels in de Kamer – dus ook hij zal serieus moeten nadenken over regeringsdeelname. Maar het grote speerpunt uit zijn verkiezingsprogramma is juist het herstel van de rechtsstaat en eerbied voor de Grondwet. Herhaaldelijk zei hij te twijfelen aan de oprechtheid van de plots mildere toon van Wilders.

Vlak na kerstvakantie

In zijn eerste brief aan verkenner Ronald Plasterk – die het proces inmiddels als informateur begeleidt – benadrukte Omtzigt dat hij geen concessies wil doen aan „de grondrechten van alle inwoners en de democratische rechtsstaat”. „Hier trekken wij een harde grens.” Graag zou hij van Wilders willen weten wat hij precies met „in de ijskast” bedoelt.

Na de verkenningsfase besloot Plasterk met de vier partijleiders van PVV, VVD, NSC en BBB door te praten op zoek naar „overeenstemming” over „het waarborgen van de Grondwet, de grondrechten en de democratische rechtsstaat”. Als die is gevonden, zouden de vier partijen inhoudelijk kunnen gaan spreken over bestuurlijke wensen en overeenkomsten voor een nieuw regeerakkoord.

Het heeft er alle schijn van dat Wilders na de eerste gespreksronde goed heeft nagedacht – of daartoe is aangespoord – om zijn belofte van de „ijskast” concreet te maken. Dat heeft op de eerste dag na de kerstvakantie geleid tot het abrupte intrekken van de drie omstreden wetsvoorstellen – voorstellen waarmee de PVV overigens nooit echt haast heeft gemaakt om ze daadwerkelijk in behandeling te nemen.


Lees ook
Zoeken naar de grenzen van de Grondwet: over ‘onaantastbaar’ gedachtegoed en ‘de koelkast’ van Wilders

Kamerleden van de VVD, BBB, NSC en PVV. Deze partijen gaan verder spreken over de Grondwet en de rechtsstaat.

Botsen met rechtsstatelijkheid

VVD en NSC reageerden nog niet op de geste van Wilders. De BBB kwam maandag al wel met een korte verklaring. De partij van Van der Plas noemt het „een mooie stap voorwaarts” die „past bij de belofte die Geert Wilders eerder deed”. BBB hoopt dat inhoudelijke onderhandelingen over een nieuw regeerakkoord nu snel kunnen beginnen.

Of Omtzigt daar ook zo gemakkelijk over denkt, is niet gezegd. Drie wetsvoorstellen van de PVV die hard indruisen tegen de democratische rechtsstaat mogen nu van tafel zijn, er zijn er nog wel meer. Een blik op de lijst met hangende wetsvoorstellen op de site van de Tweede Kamer leert dat er nog andere PVV-plannen zijn ingediend die eveneens botsen met de rechtsstatelijkheid.

Neem het wetsvoorstel voor onvoorwaardelijk minimumstraffen bij bepaalde gewelds- en zedendelicten van Kamerlid Gidi Markuszower. „In strijd met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens”, oordeelde de Raad van State hier al over in 2018.

Met medewerking van Veerle Schyns.