Meer dan ooit zet Israël Palestijnen vast – meestal zonder aanklacht of proces

Het is vroeg in de ochtend in Damon, een gevangenis op de Karmelberg boven de stad Haifa in het noorden van Israël. Een Israëlische afdelingsbewaker komt de cel binnen van Raghad al-Fani (25) en vertelt haar dat ze moet meekomen. Al-Fani en haar celgenoten weten meteen dat ze vrijkomt. Al dagen gonsden er geruchten over een aanstaande gevangenenruil.

Dertien maanden zat Al-Fani in administratieve detentie. Tot ze afgelopen 24 november samen met 38 anderen werd vrijgelaten tijdens de eerste gevangenenruil: Israël laat Palestijnse gevangen vrij, militante organisatie Hamas gegijzelde Israëliërs. Na een lange reis in een auto van het Rode Kruis, met een tussenstop in de Ofer-gevangenis op de Westelijke Jordaanoever, is ze dan ineens weer thuis.


Lees ook
Gijzelaars en gevangenen terug naar huis, gevechtspauze in relatieve rust verlopen

<strong>Een menigte in Ramallah</strong> verwelkomt een bus van het Rode Kruis met uit Israëlische gevangenissen vrijgelaten Palestijnen.” class=”dmt-article-suggestion__image” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2024/01/meer-dan-ooit-zet-israal-palestijnen-vast-meestal-zonder-aanklacht-of-proces.jpg”><br />
</a> </p>
<p>„De dag dat we naar huis mochten was het moeilijkst. Vanaf het moment dat we de cel uitgingen werden we geboeid en hardhandig meegetrokken. We zijn in ons ondergoed geïnspecteerd. Voordat we werden overgedragen aan het Rode Kruis volgde nog een gesprek met de inlichtingendiensten. Daar kregen we de waarschuwing dat we zo weer opgepakt zouden kunnen worden.”</p>
<p>Een maand later zit ze op de bank in haar ouderlijk huis in Tulkarm, een stad op de door Israël bezette Westelijke Jordaanoever. Op haar telefoon laat Al-Fani filmpjes zien van haar terugkeer in Tulkarm, gemaakt door lokale Arabische nieuwszenders. Op de video’s oogt ze blij en overdonderd door het weerzien met familie en vrienden, de aanwezigheid van zoveel camera’s om zich heen. Ze vindt het moeilijk dat haar medegevangenen nog vast zitten, zegt ze in een interview.</p>
<p><dmt-quote type=Zo’n 40 procent van alle Palestijnse gevangenen in Israëlische gevangenissen zit in administratieve hechtenis

Sinds de Hamas-aanval op 7 oktober en de door Israël ontketende oorlog in Gaza maakt Israël vaker dan ooit gebruik van het omstreden juridische instrument van administratieve detentie. Begin januari werden er volgens de Israëlische autoriteiten 3.291 Palestijnen uit de Westelijke Jordaanoever op die basis vastgehouden, zo’n 40 procent van alle Palestijnse gevangenen. Ze worden niet verdacht van een bepaald misdrijf en het is niet de bedoeling dat er een proces volgt.

Volgens de Israëlische autoriteiten zouden zij in de toekomst een gevaar voor de veiligheid kunnen vormen. Mensenrechtenorganisaties zoals Amnesty noemen administratieve hechtenis echter een vorm van willekeurige detentie en wijzen erop dat Israël het niet bij uitzondering, maar systematisch gebruikt om Palestijnen te vervolgen.

Soms voor jaren vastgezet

In eerste instantie kunnen de arrestanten – vaak minderjarigen – voor drie maanden worden vastgezet. Maar dat kan ook zes maanden worden en die termijn kan steeds worden opgerekt. Sommigen worden zo jaren vastgehouden. „Het grote probleem met administratieve detentie is dat de gedetineerden geen enkele manier hebben om te weten waarvan ze worden beschuldigd”, zegt Jessica Montell, directeur van HaMoked, een organisatie die Palestijnen juridisch steunt, telefonisch vanuit Israël. „Dat blijft geheim, zodat de gedetineerden en hun advocaten niet weten hoe ze zich te weer moeten stellen.”

Al-Fani werd op een vrijdagavond plotseling gearresteerd: „Ik was op weg naar Ramallah om uit te gaan met vrienden toen het gebeurde. Het busje waar ik in zat werd aangehouden bij een tijdelijk checkpoint. Een Israëlische soldaat kwam binnen en vroeg de passagiers om identiteitskaarten te laten zien. Toen hij mijn ID zag moest ik meekomen.” Ze wordt in een jeep gestopt en geblinddoekt. Ze verblijft enkele dagen in de Hasharon-gevangenis in centraal Israël en de Ofer-gevangenis op de Westelijke Jordaanoever, waar ze alleen in een cel zit.

„De eerste periode van mijn gevangenschap was mentaal heel zwaar. Ik had geen idee waar ik was, of hoe laat het was”, vertelt Al-Fani. „Ik heb één keer met mijn advocaat gepraat tijdens het juridische onderzoek, maar hij mocht me niet bezoeken. Pas na twee maanden had ik voor het eerst contact met mijn familie.” Ruim een week na haar arrestatie hoort ze dat ze zes maanden administratieve detentie krijgt opgelegd. Haar advocaat eist opheldering, maar die blijft uit. Haar dossier blijft geheim.

Een Palestijnse gevangene in Ramallah omhelst zijn moeder op 26 november na zijn vrijlating uit een Israëlische gevangenis, als onderdeel van een gevangenenruil tussen Israël en Hamas.
Foto Fadel Senna/AFP

De onzekerheid over de verdenking en over de duur van de hechtenis knaagt aan de gedetineerden en hun familie, die doorgaans ook maar amper informatie ontvangt over het lot van hun dierbaren. De gedetineerden worden bovendien – in strijd met het internationaal recht – opgesloten in gevangenissen in Israël, niet in de bezette gebieden, waardoor familiebezoeken lastig zijn.

Al-Fani verblijft uiteindelijk ruim een jaar in de Damon-gevangenis in noord-Israël na diverse verlengingen van de termijn van de administratieve detentie. De omstandigheden in Damon zijn zwaar. „Ik mocht één keer per week een uur met mijn familie bellen en – met hulp van het Rode Kruis – één keer per maand 45 minuten bezoek ontvangen, vanachter glas”, vertelt ze.

Tot op heden weet Al-Fani niet waarom ze is gearresteerd. Ze durft weinig los te laten over haar voormalige leven, behalve dat ze in de IT werkte. Ook wil ze niks vertellen over de ondervragingen na haar arrestatie. Er is de angst voor een nieuwe detentie: „Mijn vrijlating betekent nog niet dat het geheime dossier definitief gesloten is. Het kan op ieder moment weer geopend worden.” Ze is sinds haar terugkeer niet meer buiten Tulkarm geweest.

Mijn vrijlating betekent nog niet dat het geheime dossier definitief gesloten is. Het kan op ieder moment weer geopend worden

‘Twee keer zoveel gevangenen in een cel’

Sinds ‘7 oktober’ is de toch al slechte toestand voor Palestijnen in administratieve detentie snel verslechterd. „Niet alleen zijn de arrestaties enorm toegenomen, maar ook de behandeling in de gevangenissen is sterk achteruit gegaan”, zegt Naji al-Tamimi (61) telefonisch vanuit Nabi Saleh, een dorp op de Westelijke Jordaanoever. „Gevangenen hebben nauwelijks contact met de buitenwereld en er is veel meer agressie.”

Al-Tamimi is een voormalig ambtenaar voor de Palestijnse Autoriteit, die formeel zelfbestuur uitoefent in een deel van de Westelijke Jordaanoever. Zelf is hij acht keer gevangen gezet door Israël, tussen 1978 en 2012. Bij hem volgde er al die keren wel een aanklacht: stenen gooien, de organisatie van een demonstratie, of betrokkenheid bij politieke organisaties. Bij verschillende van zijn familieleden is dit echter niet het geval.

In Nabi Saleh wonen veel leden van de familie Al-Tamimi, onder wie Ahed (22), die een symbool is geworden van Palestijns verzet vanwege haar verweer tegen Israëlische soldaten. Eerder zat ze in administratieve detentie. Afgelopen 6 november werd ze opgepakt vanwege het ‘aanzetten tot terrorisme’. Ze kwam enkele weken later vrij bij een gevangenenruil. Aheds vader, Bassem al-Tamimi, zit momenteel vast in administratieve detentie. Hij werd op 29 oktober gearresteerd toen hij op weg was naar familie in Jordanië.

Hield Israël begin oktober iets meer dan dertienhonderd Palestijnen in administratieve detentie, dat aantal verdubbelde in de weken daarna. De minimumnormen voor de behandeling van de gedetineerden die vorig jaar waren vastgelegd, werden geschrapt door de afkondiging van de noodtoestand in de gevangenissen.


Lees ook
Angst domineert het leven van Palestijnen in Qusra, op de Westelijke Jordaanoever: ‘Ik durf hier bijna niet meer te komen’

<strong>Aan een gevel in Qusra</strong> hangen de beeltenissen van zes bewoners die in oktober omkwamen bij aanvallen door Israëlische kolonisten.” class=”dmt-article-suggestion__image” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2024/01/meer-dan-ooit-zet-israal-palestijnen-vast-meestal-zonder-aanklacht-of-proces-1.jpg”><br />
</a> </p>
<p>„Plotseling werden er twee keer zoveel gevangenen in een cel gepropt als gewoonlijk. Ze kregen ook veel meer geweld te verduren van hun bewakers en de stroom werd vaak afgesloten, zodat ze in het donker moesten zitten”, zegt Montell. „De gevangenen komen nauwelijks hun cel meer uit om gelucht te worden en er is vaak maar beperkt toegang tot water om te douchen. Ze hebben nog beperkter toegang tot hun advocaten dan voorheen en hun familie mag niet meer op bezoek komen. Ook het Internationale Rode Kruis heeft geen toegang meer tot hen.”</p>
<p><dmt-image-wrapper></p>
<figure class=

Een betoging in Ramallah, op de Westelijke Jordaanoever, afgelopen december, voor de vrijlating van Palestijnse gevangenen.
Foto Jaafar Ashtiyeh/AFP

Al-Fani vertelt dat in de Damon-gevangenis in de periode na ‘7 oktober’ zoveel nieuwe gevangenen binnenkwamen dat cellen voor vijf vrouwen door tien vrouwen werden bezet. De behandeling verhardde. Er was te weinig eten en zeer slecht drinkwater. Telefoongesprekken met familie, radio of televisie kijken werden verboden. Ondertussen wisten de gevangenen nauwelijks wat er zich buiten de muren van Damon afspeelde; nieuws kwam mondjesmaat binnen.

Afranselingen

Uit getuigenissen van vrijgelaten Palestijnse gevangenen, mensenrechtenadvocaten en videobeelden blijkt volgens Amnesty International dat er sprake was van marteling en mishandeling. „Het gaat onder meer om ernstige afranselingen en vernederingen van gedetineerden, onder andere door hen te dwingen hun hoofd naar beneden te houden en op de grond te knielen tijdens het tellen van gevangenen, en door hen Israëlische liederen te laten zingen”, aldus woordvoerder Marjon Rozema van Amnesty International. Montell vult aan dat geen enkele bewaker verantwoording hoeft af te leggen voor zulk optreden.

Een vrijgelaten gevangene uit Oost-Jeruzalem deelde onlangs met Amnesty op basis van anonimiteit dat hij tijdens ondervragingen aan zware afranselingen was blootgesteld waardoor hij drie gebroken ribben opliep. Hij vertelde dat de politie hem en zijn collega’s voortdurend op het hoofd sloegen en schreeuwden dat ze hun hoofden naar beneden moesten houden, terwijl de Israëlische ondervragers hen bevalen Israël te prijzen en Hamas te vervloeken.

Nog precairder is de toestand van gedetineerden uit de Gazastrook, die op grond van weer andere Israëlische regels in afzondering worden vastgehouden. „De Israëlische autoriteiten weigeren ons zelfs maar te vertellen waar zij worden vastgehouden”, zegt Montell. „Niemand heeft toegang tot hen, ook geen advocaten. Er zijn alleen wat alarmerende berichten in de Israëlische media over geweest.” De Israëlische krant Haaretz berichtte onlangs dat verschillende gevangen uit Gaza in de Sdei Teiman-gevangenis, in het zuiden van Israël, zijn overleden.



„Je hoort nu overal de retoriek van de wraak”, stelt Montell vast. „We begrijpen dat er in Israël woede heerst na ‘7 oktober’ maar juist daarom zouden de leiders van het land tegenwicht moeten bieden aan de publieke opinie en de militairen en politie instrueren respect voor de mensenrechten te tonen.” Montell meent dat het Israëlische leger gegronde redenen kan hebben om Palestijnen op te pakken. „Maar het lastige is de legitieme gevallen van administratieve detentie te onderscheiden van de niet-legitieme.”

Vanuit Israël zelf verwacht Hamoked, dat zoveel mogelijk informatie over de gedetineerden probeert te verzamelen, weinig druk op de autoriteiten om terughoudender te zijn met administratieve detentie. „Ook Israëlische rechters zijn bijzonder vijandig tegenover Palestijnen. Daarom is het belangrijk dat Europa en de VS duidelijk maken aan de Israëlische regering dat zulke praktijken volstrekt onaanvaardbaar zijn.”

Volgens Naji al-Tamimi valt daar weinig van te verwachten: „Als Palestijnen verliezen we momenteel het vertrouwen in het internationaal recht. Palestijnse ngo’s zoals Addameer en al-Haq die voor gevangenen opkomen worden ondertussen door Israël tot illegale organisaties verklaard. Er is geen enkel respect voor het recht onder de bezetting.”