Dat Amerikaanse topondernemers tot ver na de pensioengerechtigde leeftijd in bedrijfsbesturen blijven zitten, is geen onbekend verschijnsel. Maar zo ver als Charlie Munger ging tot nu toe niemand. Dinsdag stierf de vicevoorzitter van Berkshire Hathaway, met 400 miljard dollar omzet een van ’s werelds grootste bedrijvenconglomeraten, in het harnas: 99 jaar oud. Hij zou op Nieuwjaarsdag 100 zijn geworden.
Munger was de afgelopen decennia vooral bekend als de rechterhand van megabelegger Warren Buffett, met wie hij de altijd goed bezochte jaarvergaderingen van Berkshire Hathaway (verzekeringen, energie, investeringsmaatschappij) leidde. „Ze opereren als een klassiek komisch duo, een soort Bassie en Adriaan, met Buffett als de ster en Munger als sidekick”, omschreef een journalist van Het Financieele Dagblad de laatste bijeenkomst. Buffett was van de lijvige betogen, waarop Munger dan zei: „I have nothing to add.”
Dat iconische zinnetje was overigens behoorlijk misplaatst. Zijn lange leven lang werd Munger bekend van tal van oneliners en theorieën. „Veel mensen willen briljant zijn, wij willen rationeel zijn”, was er een. En: „Het grote geld zit hem niet in het kopen of verkopen, maar in het wachten.”
Hij hamerde er keer op keer op dat investeerders zich bewust moeten zijn van hun eigen psychologische valkuilen, denkfouten en emoties bij het beoordelen van de markt.
Bij particuliere beleggers was Mungers 100.000 dollarregel populair – de afgelopen jaren was die weer in YouTube-video’s van ‘finfluencers’ te zien. Je eerste ton verdienen is volgens Munger moeilijk – „je moet continu minder uitgeven dan je inkomen” – maar daarna is vermogensopbouw eenvoudiger. „Wat je ook moet doen, al is het overal te voet heen gaan en niets eten dat niet met een kortingbon is aangeschaft, vind een manier om 100.000 dollar te verkrijgen. Daarna kun je wat gas terugnemen.” Met die ton, zei Munger, kun je investeren, rendement vergaren en dat herinvesteren om je vermogen zo veel mogelijk voor je te laten werken.
Harvard
Munger werd geboren op Nieuwjaarsdag 1924 in Omaha als zoon van een advocaat. Als tiener had hij een bijbaantje bij supermarkt Buffett & Son, eigendom van Warrens grootvader. Hij begon aan een studie wiskunde, maar stopte om zich in 1943, midden in de Tweede Wereldoorlog, aan te melden voor het leger. Daarin bereikte hij de rang van tweede luitenant.
Na de oorlog wilde Munger net als zijn vader aan Harvard studeren, maar hij werd geweigerd omdat hij niet de benodigde vooropleiding had. Een belletje van familievriend Roscoe Pound, oud-rector van Harvard, verschafte Munger alsnog toegang. Hij verspilde zijn kans niet en studeerde magna cum laude af. Tijdens zijn studie was Munger een fervent kaarter en hij zou zijn hele leven kaartanalogieën gebruiken bij de uitleg van zijn ondernemers- en investeringsstrategieën.
Na Harvard ging Munger aan de slag als vastgoedadvocaat, maar al snel richtte hij met enkele partners een investeringsmaatschappij op. Ruim een decennium lang haalde de onderneming een jaarlijks rendement van gemiddeld 19,8 procent, terwijl de Amerikaanse beursindex Dow Jones gemiddeld 5 procent per jaar pluste. En hoewel het bedrijf uiteindelijk failliet ging na twee jaren met grote verliezen, prees Warren Buffett Munger als een van de succesvolste naoorlogse beleggers.
Al eerder, in 1959, hadden Munger en Buffett elkaar ontmoet op een dinertje. Ze werden meteen vrienden en bespraken wekelijks urenlang interessante beleggingsmogelijkheden aan de telefoon. Het was Buffett die Munger overhaalde zijn eigen investeringsbedrijf op te zetten. Na Mungers vertrek daar nodigde Buffett hem uit om voor Berkshire Hathaway te komen werken. Sinds 1978 was Munger vicevoorzitter van het bedrijf. „Zonder de inspiratie, wijsheid en inzet van Charlie was Berkshire Hathaway nooit uitgegroeid tot het bedrijf dat het nu is”, zei Buffett dinsdag in een reactie op Mungers overlijden.
Geweldige bedrijven
Als vijftiger verloor Munger zijn linkeroog na een mislukte staaroperatie. Hij nam brailleles uit vrees ook met zijn rechteroog niet meer te kunnen zien, maar behield uiteindelijk tot zijn dood zijn zicht.
Munger focuste zich in zijn carrière op het ontdekken van een relatief klein aantal uitstekend presterende aandelen en bedrijven, iets waar hij enorm veel research voor deed. „Waarom investeren we in redelijke bedrijven tegen een geweldige prijs, als we ook kunnen investeren in geweldige bedrijven tegen een redelijke prijs?”, legde hij Buffett voor. Het had effect: Berkshire verwierf onder meer grote belangen in American Express, Apple, Coca-Cola en Kraft-Heinz.
Munger sprak zich de laatste jaren in interviews geregeld uit tegen cryptovaluta en kwam scheldwoorden tekort om zijn afkeer van bitcoin uit te spreken. Hij vergeleek die met vergif en een geslachtsziekte en noemde de digitale munt dom, walgelijk, immoreel. „Het is alsof iemand in drollen handelt en jij besluit: ik kan deze kans niet missen!”
Sowieso keerde Munger zich tegen alles en iedereen die beleggen en investeren als een vorm van gokken ondernam. Op social media gingen veel interviews en lessen van de negentigplusser viral bij jonge beleggers en finfluencers.
Mungers vermogen werd geschat op 2,7 miljard dollar. Uit twee huwelijken kreeg hij zeven kinderen. Hij herhaalde geregeld zijn van levenslust getuigende grapje: „Ik wil alleen maar weten waar ik zal sterven, zodat ik daar nooit heen ga.”