Waarom bracht de ex van Robert Lewenstein de Kandinsky naar de veiling? Was dat onder druk van de nazi’s, of vanwege de scheiding van Irma Klein? In een archief vinden we het droeve lot van de collectie Lewenstein.
Iedere woensdag verschijnt een nieuwe aflevering. Meer informatie: nrc.nl/schilderij
Heeft u vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze ombudsman via [email protected].
De televisie liet zich dezer dagen weer van zijn slechtste kant zien door het uitgebreid over twee eigen, interne conflicten te hebben. De eerste loopt al een tijdje: werknemers van omroep WNL willen hun baas Bert Huisjes weg hebben wegens „intimidatie, manipulatief gedrag en zwangerschapsdiscriminatie”. Maar de raad van toezicht stopte een KPMG-onderzoek hierover fluks in een la en bleef vierkant achter Huisjes staan.
De talkshows Eva (NPO1) en Renze (RTL4) besteedden er maandag aandacht aan; items waarin de raad van toezicht er bijzonder slecht op stond. Dinsdag gingen de bestuurders alsnog door de knieën door te melden dat Huisjes voorlopig toch niet terugkeert. Maar de schade is inmiddels zo groot dat de raad van toezicht vermoedelijk zelf ook moet opstappen.
De schade voor de publieke omroepen in den brede is ook groot. Niet alleen staan die erop als geobsedeerd met zichzelf, maar ook als harteloze, onverbeterlijke werkgevers die hun personeel als oud vuil behandelen. Na het vernietigende rapport-Van Rijn over grensoverschrijdend gedrag in Hilversum, beloofde de publieke omroep beterschap. Vrome woorden, maar de giftige cultuur zit diep. En de NPO-leiding is goeddeels machteloos omdat de losse omroepen zichzelf besturen. En zolang de beschuldigde bestuurders en hun vrienden daar de baas zijn, verandert er niets.
Ramptoerisme
Het tweede conflict is eigenlijk een storm in een glas water. Maar het gaat over Vandaag Inside (SBS6) dus dan is het toch interessant. Met één miljoen kijkers is dat de grootste talkshow van Nederland, en met PVV-sympathisant Johan Derksen aan boord een belangrijke graadmeter voor wat er leeft in radicaal-rechts Nederland.
Maandag brak er plots ruzie uit aan tafel. Derksen zei dat hij het „een kutprogramma” vond. René van der Gijp vond dat niet kunnen: „Dan zeg je ook tegen die miljoen kijkers dat het sukkels zijn.” Even leek het de allerlaatste uitzending te worden, reden waarom er dinsdag drie cameraploegen van andere programma’s voor de deur stonden, die ook graag een graantje mee wilden pikken.
De drie mannen namen dinsdag niets terug, diepten hun conflict verder uit, maar deden net alsof er geen ruzie was. Derksen zei: „Het enige wat niet kut is aan dit programma zijn de kijkcijfers.” Tegen Shownieuws zei hij aansluitend: „Ik vind het al allang niet leuk meer.” De reden is een inhoudelijk meningsverschil. Derksen zou meer verdieping en serieuze onderwerpen willen. Van der Gijp is alleen geïnteresseerd in voetbal. Presentator Wilfred Genee zou te veel licht shownieuws inbrengen.
Dersken geeft voor de uitzending altijd een lijst te behandelen onderwerpen aan Genee, en als die er één overslaat, wordt hij boos. Reden voor Genee om dinsdag Derksen de hele tijd met die lijst te treiteren. Derksen sloeg terug door Genee’s kledingkeuze te kritiseren: „Met je kutcoltrui.”
Bijzonder aan het programma is dat de vaste mannen hun conflicten openlijk aan tafel uitvechten. Ze dreigen al jaren om ermee te stoppen wegens ruzie, maar ze komen daar altijd weer op terug. De reden: het programma is het anker van zender SBS6 dus betaalt omroep Talpa de ruziemakers veel geld om te blijven zitten. En hoe meer ze aan tafel ruziën, des te meer ramptoeristen zullen gaan kijken, en des te hoger zijn de gages die ze kunnen vragen. Zo komt Derksen nooit weg uit zijn eigen „kutprogramma”.
Ze hadden het ook over de val van Bert Huisjes. Derksen had het eerder al voor de WNL-baas opgenomen. Hij herkende zich in de man die zijn „mevrouwen” eronder hield. En dat ze steeds zwanger werden, dat wàs toch ook heel lastig voor een baas? Nog steeds steunde hij Huisjes, maar hij klonk deze keer toch minder zeker.
Oekraïne, Gaza, Soedan: de wereld staat in brand, maar bij de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties gaat het deze week óók over de VN zelf. Diplomatiek redacteur Michel Kerres is in New York en ziet dat de organisatie machteloos staat bij grote internationale conflicten. Lukt het de VN om zichzelf opnieuw uit te vinden?
Frida Vogels hoort tot de schrijvers die er niet voor terugdeinzen hun persoonlijke leven tot inzet van hun werk te maken. Al haar romans hebben een hoofdzakelijk autobiografische inslag. Dat geldt ook voor de gebundelde stukken – ‘kronieken’ noemt zij ze zelf – die onlangs onder de titel In den vreemde door uitgeverij Van Oorschot zijn uitgebracht. Sommige ervan kunnen tot het beste van haar werk worden gerekend.
„Als het goed is ziet de lezer mij”, sluit ze haar proloog af. Dat is bij Vogels nooit een probleem. We mogen in haar ziel kijken als ze haar oorlogsherinneringen ophaalt, maar ook als ze haar moeizame relatie met haar ouders beschrijft, haar ingewikkelde contacten met vrienden, onder wie Han en Lousje Voskuil, en haar geliefde jongere broer Kees en, vooral, haar huwelijk met de Italiaan Ennio de Matteis. Voor mij is haar ‘Brief aan Ennio’ in al zijn analyserende openhartigheid het hoogtepunt van dit omvangrijke boek.
Uit dit stuk blijkt dat het onverhuld schrijven over het eigen leven niet zonder consequenties voor dat leven kan blijven. In haar roman Kanker, onderdeel van haar gelauwerde trilogie De harde kern, beschrijft Vogels de ziekte en dood van Ennio’s oom Mario. Ennio ervoer het boek als een bedreiging. „Alles wat er over ons in stond, zei je toen, was tégen ons. De avond zelf, nadat je mijn verhaal gelezen had, heb je geprobeerd me op jouw manier nader te komen. Je wilde me beminnen in de volle zin van het woord, je probeerde in me te dringen. Daar hadden we ons al heel lang niet meer aan gewaagd en het mislukte ook dit keer. Je zei – en dat niet voor het eerst, maar wel voor het eerst sinds lang – hoe ongelukkig die leegte tussen ons je maakte. Het ontnam me ieder houvast.”
Daarna lukt het ze niet meer om samen nog geslaagde wandelingen of reizen te maken. Ennio kan voor een andere liefde kiezen, maar besluit toch bij haar te blijven. Vogels constateert: „(…) tussen ons is het fysieke contact negatief maar, onafhankelijk daarvan, verbindt al het overige ons.”
Dat ‘overige’ blijft nogal vaag, maar misschien blijft dat altijd wel enigszins vaag omdat geluk zich moeilijker laat beschrijven dan ongeluk. Hoe het ook zij, Vogels schrijft: „Ik heb nergens spijt van. Ik heb het al vaak gezegd, alles wat er tussen ons is geweest is voor mij goed zoals het is en van alle momenten die ik samen met jou heb geleefd zou ik er niet een willen missen.”
Eind goed al goed, zou je als lezer bijna denken, maar aan het eind van haar brief aan Ennio lijkt ze toch te twijfelen of ze bij hem wil blijven. „Misschien ben ik te gehavend. Het laatste jaar met jou was vreselijk en zo kan ik in ieder geval niet doorgaan. Op dit moment zie ik niets anders dan alleen oud worden.”
De brief draagt de datum mei 1970. Ze zijn dan beiden omstreeks de 40 jaar, Vogels zou pas in 1992 als schrijver debuteren. De bundel sluit af met het korte stuk ‘Onoranze Funebri’ (Begrafenissrituelen). Het is 2 maart 2017, „de laatste dag van Ennio’s leven”. Ze zit aan zijn bed met Lia, zijn verzorgster, die op zeker moment constateert dat hij gestorven is. Vogels schrijft: „Ik stond op en deed zijn ogen dicht.”