N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Rechtspraak Door complexere zaken, wetgeving en te weinig rechters gaat de kwaliteit van de rechtspraak achteruit.
In de rechtspraak leven grote zorgen over de werkdruk, zaken die veel te laat op zitting komen en de kwaliteit van de rechtspraak. Extra geld om meer rechters aan te nemen gaat de problemen op korte termijn niet oplossen. Andere innovatieve oplossingen om rechtszaken sneller te laten verlopen, vinden moeizaam navolging vanwege de onafhankelijkheid van de rechters. Dat blijkt uit gesprekken die NRC voerde met twaalf rechters van alle elf Nederlandse arrondissementen, met uiteenlopende achtergronden en specialisaties.
Er zijn te weinig rechters om het toenemende werk te verrichten. Bij eenvoudige bestuursrechtszaken over toeslagen of uitkeringen haalt de rechtspraak slechts in 9 procent van de gevallen de eigen norm van op tijd uitspraak doen. Het langlopende project Tijdige Rechtspraak – met als hoofddoel een significante verbetering van de duur tussen het aanbrengen van een rechtszaak en de uitspraak in 2023 – dreigt daarmee te mislukken.
Vrijwel alle door NRC gesproken rechters werken in het weekend en de avonduren, anders krijgen ze het werk niet af. Als de huidige 2.600 rechters niet zouden overwerken, zouden er 800 extra rechters nodig zijn, zo blijkt uit een tijdbestedingsonderzoek.
Dat heeft gevolgen voor de kwaliteit. Uit eerder onderzoek van de vakbond bleek dat 70 procent van de rechters weleens wakker ligt uit angst dat zaken vanwege de werkdruk mogelijk verkeerd af kunnen lopen. Rechters vertellen aan NRC dat er door de volle agenda vooral zaaksgericht gewerkt wordt en minder tijd is voor reflectie of overleg met ervaren collega’s, wat invloed heeft op de kwaliteit. „Rechters die oververmoeid zijn, zijn gewoon minder scherp”, zegt Patricia Messer-Dinnissen, president van de rechtbank Midden-Nederland.
Maar ook structuren en gewoonten zorgen voor lange doorlooptijden. Rechters vinden dat advocaten te vaak met „onleesbare” en „te lange” stukken aan komen zetten. De toestroom van asielzoekers leidt tot problemen bij de Immigratie- en naturalisatiedienst (IND) en tot een toename van zittingen omdat er niet op tijd is besloten. Het systeem in het belastingrecht leidt ertoe dat het voor gespecialiseerde kantoortjes financieel aantrekkelijk is om te procederen. In Rotterdam zijn strafrechters 25 tot 30 procent van hun tijd kwijt met het beslissen over het verlengen van de voorlopige hechtenis.
Er zijn wel ideeën om de rechtspraak efficiënter maken. Maar die leiden tot nieuwe problemen of lange discussies, zo blijkt uit de gesprekken. Nieuwe rechters worden opgeleid door al werkende rechters, waardoor die nog minder tijd overhouden voor zittingen: meer opleiden dan nu gebeurt is dus niet mogelijk. Daardoor gaan er tot 2025 naar verwachting meer rechters uit dan er binnenkomen.
Autonoom en behoudend
In verschillende arrondissementen wordt nagedacht en geëxperimenteerd met inhoudelijke aanpassingen die de rechtspraak sneller moeten maken. Meer mondeling uitspraak doen, vooraf deals sluiten met het OM en de advocatuur of vooraf meer regie voeren op een zaak waardoor een zitting soms niet nodig is.
Maar, zo blijkt uit de gesprekken, de kern van het vak zit vernieuwing in de weg. Rechters zijn autonoom, ze bepalen zelf hoe ze uitspraak doen, en dus kunnen veranderingen niet van bovenaf opgelegd worden. Daarnaast geven veel rechters aan dat de beroepsgroep „van oorsprong behoudend” is en dat dit soms nieuwe ideeën in de weg staat.
Bovendien, stelt de Amsterdamse rechtbankpresident Christa Wiertz-Wezenbeek, om efficiëntie te stimuleren moet het hele systeem op de schop. „De huidige manier van financieren is niet ingericht om dat te bevorderen. We krijgen per zaak betaald, er is geen financiële prikkel om als rechter voorafgaand aan de zitting regie te voeren. Dat lijkt me verkeerd, omdat we allemaal willen dat de druk op de rechtspraak wordt verminderd.”
Lees ook het hele verslag van de gesprekken met de twaalf rechters: ‘De rechter ligt er wakker van: het lukt niet meer om op tijd én goed te vonnissen’
Rechters aan het woord p. 8-11