Leraren, vissers, bankiers, verpleegsters en de premier. Dinsdag zullen IJslandse vrouwen in alle beroepsgroepen massaal hun werk neerleggen om aandacht te vragen voor de aanhoudende loonkloof tussen mannen en vrouwen en gendergerelateerd en seksueel geweld in het land.
IJsland geldt als een wereldleider op het gebied van gendergelijkheid. Het land staat al sinds 2009 bovenaan de mondiale ranglijst van het World Economic Forum, wat betekent dat de genderkloof er volgens dit rapport het kleinst is. Wereldwijd wordt met bewondering gekeken naar de IJslandse regelingen voor ouderschapsverlof en kinderopvang. Maar toch bedraagt de loonkloof tussen mannen en vrouwen 21 procent en uit onderzoek blijkt dat 40 procent van IJslandse vrouwen in hun leven te maken krijgt met gendergerelateerd of seksueel geweld.
„We zijn nog niet klaar,” zegt Freyja Steingrímsdottír aan de telefoon, „dit is geen gelijkheid”. Steingrímsgottír is een van de stakingsorganisatoren en communicatiedirecteur bij BSRB, de grootste federatie van publieke vakbonden in IJsland. Zij ziet hoe de status van IJsland als gelijkheidsparadijs de vooruitgang van gendergelijkheid in het land in de weg zit. „We zijn zelfingenomen vanwege onze status. We voelen niet meer de noodzaak om te vechten.”
Chaos
De staking is volgens Steingrímsdottír een kans om vrouwen in IJsland weer wakker te schudden. Hoewel vrouwen in IJsland jaarlijks demonstreren op 24 oktober is dit de eerste staking sinds 1975 die de hele dag duurt. In 1975 legde maar liefst 90 procent van de IJslandse vrouwen hun werk neer, met chaos tot gevolg. Zo kwamen telefoondiensten vrijwel tot stilstand; moesten kranten sluiten, omdat de zetters vrouwen waren; en gingen scholen dicht, omdat 65 procent van de leerkrachten vrouwen waren.
Snel na de actie keurde IJsland zijn eerste wet op gendergelijkheid goed en kort daarna koos het land zijn eerste vrouwelijke president – het eerste democratisch gekozen vrouwelijke staatshoofd ter wereld.
Steingrímsdottír hoopt dat de staking dit jaar ook concrete gevolgen zal hebben: „De grootste stap in het dichten van de loonkloof zou zijn om de lonen te verhogen in sectoren die door vrouwen worden gedomineerd.” Uit onderzoek blijkt dat banen die traditioneel met vrouwen worden geassocieerd, zoals schoonmaak en zorgverlening, in IJsland nog steeds ondergewaardeerd en onderbetaald zijn.
Maar de actie gaat niet alleen om betaald werk, benadrukt de organisator: „Vrouwen hebben nog steeds vaak de meeste verantwoordelijkheid bij het opvoeden van kinderen. Ze doen het meeste huishoudelijke werk.” Het doel van de staking is ook om het belang van dat werk bloot te leggen.
Daarvoor gebruiken de organisatoren de feministische theorie van de verschillende ‘shifts’ die vrouwen werken. De eerste shift refereert aan iemands betaalde baan. Daarnaast is er een tweede shift van zorg voor familie en onbetaalde arbeid in het huishouden. De zogenoemde derde shift gaat over de mentale arbeid die vrouwen ook vaak voor hun rekening nemen. Steingrímsdottír: „Vrouwen moeten dinsdag niet naar kantoor gaan, maar ook niet voor de kinderen zorgen en ook niet nadenken over een verjaardagscadeau voor hun schoonmoeder.”
Ongelijkheid
De gelaagdheid van ongelijkheid staat dit jaar sowieso centraal bij de staking. De 37 organisaties die het initiatief genomen hebben, benadrukken ook de connectie tussen economische vormen van ongelijkheid, zoals de loonkloof, en sociale vormen, zoals gendergerelateerd en seksueel geweld.
„Het hangt allemaal samen,” zegt Steingrímsdottír, „daarom roepen we ook niet alleen vrouwen op om te staken, maar ook bijvoorbeeld non-binaire personen. We vechten allemaal tegen dezelfde systematische ongelijkheid en de invloed van het patriarchaat.”
Ze is blij dat de actie zoveel aandacht krijgt en hoopt dat een historische hoeveelheid vrouwen deelneemt. Overheidsinstellingen en grote IJslandse bedrijven hebben al gemeld de staking te steunen. Ook veel winkels houden dinsdag de deuren gesloten, evenals scholen en crèches.