Human Rights Watch: Israël doodt steeds vaker Palestijnse kinderen, haast geen aansprakelijkheid

Kinderrechten Volgens een onderzoeker van de ngo leven Palestijnse kinderen in de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook in „een realiteit van apartheid en structureel geweld” en kunnen ze „op elk moment worden neergeschoten”.
Palestijnen dragen het lichaam van de 15-jarige Adam Ayyad die op 3 januari werd gedood in een vluchtelingenkamp.
Palestijnen dragen het lichaam van de 15-jarige Adam Ayyad die op 3 januari werd gedood in een vluchtelingenkamp. Foto Ahmad Tayem/APAImages via ANP

Het Israëlische leger en de grenspolitie doden steeds vaker Palestijnse kinderen op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook. En vrijwel altijd komen ze daarmee weg. Dat concludeert Human Rights Watch in een maandag gepubliceerd rapport. Volgens de mensenrechtenorganisatie werden in 2022 in beide bezette gebieden meer Palestijnse kinderen gedood dan in de vijftien afzonderlijke jaren ervoor. Vorig jaar kwamen volgens de VN 44 kinderen om het leven. Dit jaar doodden Israëlische militairen en grenswachten alleen op de Westelijke Jordaanoever tot dusver 34 kinderen.

Human Rights Watch onderzocht vier dodelijke schietpartijen, waarvoor het onder andere sprak met getuigen, familieleden van de omgekomen kinderen en artsen. Daarnaast analyseerde de ngo beelden en verklaringen van het Israëlische leger en de grenspolitie en medische dossiers van de slachtoffers.

Een ervan betrof de dood van de zeventienjarige Mahmoud al-Sadi op 17 november 2022 bij het Jenin-vluchtelingenkamp. Het Israëlische leger maakte die dag melding van arrestaties in het kamp, waarbij militairen met Palestijnse strijders in een vuurgevecht zouden zijn beland. Volgens getuigen vond die confrontatie plaats op honderden meters van de plek waar Al-Sadi om het leven kwam. Op weg naar school, langs de kant van de weg, werd de ongewapende jongen neergeschoten. Getuigen zagen op zo’n honderd meter een Israëlisch militair voertuig wegrijden.

Lees ook: Hoop voor Jenin? Alleen als God het wil

‘Witwasmechanisme’

Tussen 2017 en 2021 doodden Israëlische militairen en agenten zeker 614 burgers in de Gazastrook en op de Westelijke Jordaanoever. Human Rights Watch verwijst in zijn rapport onder meer naar de mensenrechtenorganisatie Yesh Din, die vaststelde dat in die periode slechts drie militairen veroordeeld zijn voor het doden van Palestijnen. Alle drie kregen ze relatief korte (taak)straffen. De ngo B’Tselem, die al decennia klachten over het Israëlische leger documenteert, spreekt van een „witwasmechanisme” bij klachten tegen Israëlische militairen voor hun optreden tegen Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever.

Volgens de Israëlische krant Haaretz mogen de politie en het leger sinds december 2021 op Palestijnen schieten die proberen te ontkomen als ze stenen of molotovcocktails hebben gegooid. De politie bevestigde die lezing, met de toevoeging dat dat alleen mag als er sprake is van „een dreigend gevaar voor het leven of de lichamelijke integriteit” van een agent. De Israëlische krijgsmacht reageerde niet op vragen van Human Rights Watch.

Human Rights Watch roept Israëls bondgenoten op de druk op te voeren om het geweld tegen kinderen te stoppen. „Alleen Israëls bondgenoten, in het bijzonder de Verenigde Staten, kunnen druk uitoefenen om van koers te veranderen. Anders zullen er meer Palestijnse kinderen worden vermoord”, aldus Bill Van Esveld, vice-directeur kinderrechten van de organisatie. Volgens Van Esveld leven Palestijnse kinderen „in een realiteit van apartheid en structureel geweld, waarin ze op elk moment kunnen worden neergeschoten.”