Europa wil Big Tech temmen met een nieuwe wet. Wat houdt die in en wat merkt de gebruiker ervan?

Digitale wetgeving Vrijdag worden nieuwe EU-regels van kracht om gebruikers van internetdiensten te beschermen. Meer transparantie, minder illegaliteit – om te beginnen bij de negentien grootste techbedrijven.

Illustratie Maud de Vries

Krijgt de Europese Unie Big Tech in het gareel? En is het einde van het digitale Wilde Westen daarmee echt aangebroken? Op die vragen komt vanaf deze vrijdag het begin van een antwoord. Internetbedrijven als Google, Meta, Amazon, Apple en X (voorheen Twitter) moeten zich in de EU voortaan schikken naar nieuwe Europese wetgeving.

De zogeheten Wet inzake digitale diensten (Digital Services Act, DSA) is onder meer bedoeld om de gebruiker van onlinediensten te beschermen tegen onjuiste informatie, haatzaaien en misbruik van persoonlijke gegevens. Wat het tot een doorbraak maakt: voor het eerst zijn het niet meer de grote technologiebedrijven zélf die op eigen houtje de belangrijkste regels op hun platforms bepalen.

Tien vragen over de Europese poging Big Tech te temmen:

1 Wat gebeurt er deze vrijdag?

Op 25 augustus gaat in de EU de eerste fase in van de DSA – een omvangrijk nieuw regelboek waaraan internetbedrijven zich moeten houden. De nieuwe regels gaan gelden voor de negentien grootste internetdiensten, waaronder sociale media als Facebook, TikTok en X en webwinkels als Amazon en Zalando. Voor deze diensten met maandelijks ten minste 45 miljoen actieve gebruikers in de EU treedt de DSA eerder in werking dan voor kleinere internetbedrijven. Die zijn komend voorjaar aan de beurt.

2 Wat behelzen die nieuwe regels?

Het gaat om een flinke waslijst, met als overkoepelende gedachte: meer transparantie en minder illegaal materiaal. Zo moet het voor gebruikers duidelijker worden waarom ze bepaalde posts te zien krijgen en moet er een mogelijkheid komen algoritmische selectie op basis van persoonlijke data uit te schakelen – en berichten bijvoorbeeld chronologisch te zien. Gebruikers van Facebook en Instagram krijgen een knop om hun tijdlijn chronologisch te rangschikken.

Als hun eigen posts minder bereik krijgen of helemaal verwijderd worden, moeten gebruikers van sociale media uitleg krijgen over de redenen daarvan. Beroep tegen het besluit een bericht te verwijderen, moet eenvoudig mogelijk zijn.

Tegen illegaal materiaal moeten internetbedrijven harder en sneller gaan optreden. Bij sociale media gaat het dan bijvoorbeeld om verwijdering van kinderporno en racistische posts, bij webwinkels om het weghalen van nepproducten of gevaarlijk speelgoed. Voor gebruikers moet er een duidelijke knop zijn om illegaal materiaal te melden.

Pikant voor platforms is dat er strenge regels komen voor advertenties, die flink ingrijpen in hun verdienmodel. Gebruikers mogen advertenties niet meer voorgeschoteld krijgen op basis van gevoelige persoonlijke informatie, zoals religie, seksuele geaardheid of politieke voorkeur. Minderjarigen mogen helemaal niet meer op basis van persoonlijke gegevens benaderd worden met reclame.

Ten slotte moeten de negentien bedrijven deze week in Brussel een analyse inleveren van welke ‘systeemrisico’s’ ze mogelijk veroorzaken. Denk daarbij aan een beoordeling van de manier waarop ze bijdragen aan verspreiding van desinformatie, aan cyberpesten of aan psychische problemen. Ook moeten ze nagaan in hoeverre hun beleid de vrijheid van meningsuiting beïnvloedt. In hun analyse moeten de bedrijven ook uitleggen hoe ze de genoemde risico’s gaan beperken.

3 Wat merkt de gebruiker ervan?

Als de internetbedrijven de DSA goed naleven, krijgen gebruikers minder last van illegale uitingen en producten. Ze komen minder misinformatie tegen, minder namaakmerkartikelen en minder pogingen tot politieke beïnvloeding en propaganda. Ook krijgen ze meer inzicht in waarom ze bepaalde advertenties te zien krijgen, en meer rechten om beslissingen van de platforms aan te vechten.

Als berichten verwijderd of in verspreiding beperkt worden, moeten de platforms niet alleen laten weten waarom dat gebeurt. De gebruiker moet er ook eenvoudig beroep tegen kunnen aantekenen, en dient vervolgens te horen wat er met die klacht is gebeurd. Wie op een online marktplaats iets gekocht heeft, krijgt de mogelijkheid bij het platform te informeren wie of welk bedrijf de leverancier van het product is.

4 Wie controleert of bedrijven dit ook echt gaan doen?

Voor deze ‘grote negentien’ gaat de Europese Commissie toezicht houden op naleving. Ze wordt daarin bijgestaan door nieuw te benoemen nationale toezichthouders. In Nederland wordt die functie ondergebracht bij de Autoriteit Consument en Markt (ACM). De nationale toezichthouders zullen zich straks ook richten op de handhaving voor kleinere bedrijven.

Nu al is er twijfel of dit voldoende is. De paar honderd ambtenaren die Brussel op de operatie zet, vallen in het niet bij de legers aan juristen die de techreuzen kunnen inzetten. Pikant: Big Tech moet zelf een ‘toezichtvergoeding’ van maximaal 0,05 procent (afhankelijk van het aantal gebruikers) van de mondiale inkomsten betalen om de handhaving in Brussel mede te financieren.

Houdt zo’n groot techbedrijf zich niet aan de regels, dan kan de Commissie boetes uitdelen tot liefst 6 procent van de mondiale jaaromzet. Herhaaldelijke overtreders kunnen (tijdelijk) uit de EU worden geweerd.

5 Waarom is dit belangrijk, en niet -alleen voor Europeanen?

Omdat het mondiaal de eerste serieuze poging is de digitale wereld te reguleren. Tot nu toe werkte Europa met vrijwillige gedragscodes, waarbij techbedrijven beloofden illegaal en ongewenst materiaal beter aan te pakken en transparant te zijn over algoritmes en advertenties. Maar haatberichten en desinformatie bleven online woekeren, en schandalen bij onder meer Facebook en X lieten meermaals zien dat de techreuzen zich eigenlijk nergens iets van aantrokken. Nu komen er voor het eerst harde regels, met forse boetes als stok achter de deur.

Of die aanpak succes heeft, wordt daarom niet alleen in Europa nauwgezet gevolgd. Slaagt de EU erin Big Tech te temmen, dan putten andere landen daaruit mogelijk inspiratie. Misschien nog wel belangrijker: de effecten kunnen ook al elders gevoeld worden. Het zou niet voor het eerst zijn dat techbedrijven hun beleid in reactie op Europese regels direct overal ter wereld aanpassen.

Lees ook: ‘Grote techbedrijven hebben de wind niet meer mee in Europa’

Soms is het immers ingewikkelder en duurder om voor verschillende regio’s verschillende diensten aan te bieden. Dit ‘Brussel-effect’ zag je bijvoorbeeld ook in reactie op de strengere privacyregels die de EU in 2018 invoerde. Het kan zomaar zijn dat de tijdlijn van een gemiddelde Amerikaan er binnenkort ook anders uitziet.

6 Om welke bedrijven gaat het?

In eerste instantie gaat het om negentien grote, vooral Amerikaanse, platformen – zogenoemde VLOP’s (Very Large Online Platforms) en zoekmachines. Het enige Europese bedrijf op de lijst is het Duitse Zalando, de enige Chinese bedrijven zijn TikTok en Alibaba’s onlinewinkel AliExpress. De overige zestien zijn: Amazon, Apple, Booking.com, Facebook, Google Play, Google Maps, Google Shopping, Instagram, LinkedIn, Pinterest, Snapchat, Twitter, Wikipedia en YouTube en de zoekmachines Bing (van Microsoft) en Google Search.

7 Hoe hebben ze zich voorbereid?

Meta, moederbedrijf van onder meer Facebook en Instagram, wil laten zien dat het de nieuwe Europese regels heel serieus neemt. Verspreid over het bedrijf zijn meer dan duizend mensen bezig om aan de eisen van de DSA te voldoen, schrijft Nick Clegg, president Global Affairs, deze week in een uitgebreide blogpost.

Een aantal aanpassingen is al doorgevoerd. Zo zijn de advertenties die tieners tussen de 13 en 17 jaar te zien krijgen al sinds februari niet meer gebaseerd op hun activiteiten op de apps van Meta, maar alleen nog op hun leeftijd en locatie. Dat moet voorkomen dat ze worden meegezogen in een almaar aanzwellende stroom „problematische content”.

Ook TikTok past zich aan de nieuwe regels aan. Zo krijgen gebruikers de mogelijkheid de personalisatie van hun tijdlijn uit te schakelen. Wat ze in de sectie ‘Voor jou’ te zien krijgen, is dan niet meer gebaseerd op hun eigen gedrag op TikTok, maar op wat in hun eigen regio en de rest van de wereld populair is.

Hoe X zich op de DSA heeft voorbereid, is onduidelijk. Elon Musk, die het sociale medium in oktober overnam, verzekerde meermaals dat hij die wet respecteert en de verplichtingen die eruit voortvloeien zal naleven. Maar na de massale ontslagrondes die Musk heeft doorgevoerd, is er weinig over van de afdeling die erop moet toezien dat berichten verwijderd worden die in strijd zijn met de eigen regels, bijvoorbeeld door op te roepen tot haat of geweld.

8 Blijft het bij dit pakket van wetten?

Nee. Tegelijk met de DSA nam de EU ook wetgeving aan die zich specifiek richt op de marktmacht van de techreuzen, de Wet inzake digitale markten (DMA). Die richt zich op bijvoorbeeld de manier waarop Amazon eigen producten voortrekt, of hoe Apple concurrenten benadeelt in zijn appstore. Ook dit wil Europa aanpakken, onder meer met een verbod eigen diensten voorrang te geven en een verplichting gebruikers zeggenschap over hun eigen data te geven.

Lees ook: Mededingingsexpert: ‘Brussel moet gewoon beginnen met aanpak techreuzen’

Begin september maakt de Europese Commissie bekend welke grote bedrijven onder die nieuwe marktregels vallen. Daarna hebben ze zes maanden om hun bedrijfsmodel aan te passen. Verwacht wordt dat die DMA-regels minstens zo ingrijpend worden voor de techreuzen als die van deze vrijdag.

9 Waarom zijn zulke regels er niet in de VS?

In de Verenigde Staten wordt veel gesproken over regulering van Big Tech, maar tot nationale maatregelen is het Congres al jaren niet meer gekomen. Dat heeft niet alleen te maken met de grote politieke verdeeldheid, maar ook met de krachtige lobby van de technologiebedrijven. Die verzet zich effectief tegen inperking van vrijheden van de techreuzen.

Daar komt bij dat in de VS beperking van de vrije markt door de overheid van oudsher omstreden is. Regels die uitgelegd kunnen worden als inperking van de vrije meningsuiting stuiten helemaal op verzet. De in Silicon Valley veel gelezen blogger Mike Masnick haalde onlangs met kenmerkende weerzin uit naar Europees Commissaris Thierry Breton, „die vaak de indruk wekt dat hij blij is met zijn macht om vrije meningen te onderdrukken”. Masnick noemde de DSA „belachelijke, de meningsvrijheid onderdrukkende regulering waarvan de naleving een nachtmerrie is”.

10 Beperkt de DSA de vrijheid van meningsuiting?

Nationale wetten en eigen regels van de platforms beperken al wat online kan worden gezegd en geschreven. Ongerustheid dat de DSA aanzienlijk verder gaat, werd deze zomer onbedoeld aangewakkerd door Europees Commissaris Breton. Tegen de achtergrond van rellen in Franse steden zei hij dat, als digitale media aansporingen tot geweld niet meteen verwijderen, een regering het platform binnen haar grenzen kan afsluiten.

Daarop stak een storm van protest op onder organisaties voor digitale burgerrechten. Breton verzekerde vervolgens dat de EU staat voor vrijheid van meningsuiting en een neutraal en open internet. Alleen in uiterste gevallen – bijvoorbeeld bij nalaten systematische oproepen tot geweld of doodslag te verwijderen – kunnen platforms, in overeenstemming met bestaande wetgeving, tijdelijk worden geblokkeerd.