Op het werk moeten mensen nu hun veren opzetten


Kantoorwintermode De verlaging van de binnentemperatuur heeft gevolgen. Op kantoor is de ‘outdoor-kampeerder look’ populair ziet Sarah Ouwerkerk.

Foto Pepijn Kouwenberg
Foto Pepijn Kouwenberg

Met de slogan ‘Zet ook de knop om’ die begin vorig jaar werd gelanceerd, probeert met ministerie van Economische Zaken en Klimaat bedrijven en particulieren aan te zetten ook de verwarming lager te zetten. Maar hoe blijven werknemers in de winter op kantoor toch warm?

„De afgelopen honderd jaar zijn we gebouwen steeds meer gaan koelen en verwarmen”, zegt Boris Kingma, TNO-onderzoeker op het gebied van thermofysiologie. „Daarmee zijn we de temperatuurregulering van ons lichaam gaan uitbesteden.” Op basis van die stabiele temperaturen zijn bedrijfsculturen ontstaan. Maar nu we in de zomer de airco minder hard en in de winter de verwarming minder hoog zetten, zullen we dus ook de culturele afspraken over kleding op het kantoor moeten herdefiniëren.

Omslagdoek

Dat de afspraken veranderen, is op kantoren al te zien. Van handschoenen zonder vingers, sjaals als omslagdoek en thermokleding onder je wintertrui tot de meest opvallende: de bodywarmer. Vooral die laatste wint aan populariteit, juist binnen. Jarenlang werd het kledingstuk vanuit modieus perspectief verguisd. Ondertussen wordt de mouwloze jas weer als ‘cool’ bestempeld.

Het past namelijk, zo schrijft Elle, binnen de ‘gorpcore trend’, dat volgens het blad slaat op „granola, oats, raisins en peanuts; oftewel snacks die een hiker bij zich heeft”. Gorpcore gaat over de „outdoor-kampeerder look”, maar die kan, blijkt nu, ook heel goed indoor toepast worden.

Kleding heeft als taak dat bij een koudere omgeving dan de fysieke kerntemperatuur de warmteafgifte beperkt wordt, zegt Hein Daanen, hoogleraar thermofysiologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Hij legt uit dat je zelfs kan berekenen hoeveel kleding je aan moet trekken om dat evenwicht van warmtebewaring in stand te houden. „We noemen dat de clo-waarde.” Weet je de omstandigheden, dan kan je bepalen wat je nodig hebt. Een t-shirt met korte mouwen is 0,10 clo, een dikke trui tussen de 0,20 en 0,30. Ook een gemiddelde bureaustoel isoleert, met zo’n 0,15 clo.

Voor het kantoor luidt het advies om in laagjes te werken

Daarbij hangt het aantal clo óók af van fysieke activiteit. „Heb je bij rust bijvoorbeeld 4 clo aan kleding nodig, kan dat als je actief bent slechts één clo zijn.” Op kantoor is zijn advies daarom om met laagjes te werken. „Zo kan je makkelijk schakelen tussen diverse clo-niveaus.”

Foto Pepijn Kouwenberg

Daanen, die ook aangesloten was bij het Fashion Institute, ziet mode-ontwikkelingen die aansluiten bij het lager zetten van de thermostaat. „Ik verwacht dat er meer kleding op de markt zal komen met verwarmingselementen: dat gaat de nieuwe trend worden.” Met een kleine batterij kan bijvoorbeeld een jasje verwarmd worden. Dat heeft voordelen, zegt hij. „Het direct verwarmen van het lijf is veel efficiënter dan de ruimte verwarmen.”

Kingma van het TNO verwacht dat de kantoormode losser zal worden. „Over het algemeen is een stille luchtlaag om je heen creëren het effectiefst om warm te blijven.” Het is als de vogel die in de winter zijn veren stevig opzet voor extra isolatie. Dat, alleen niet in de achtertuin, maar in de kantoortuin.