Een pondje explosieven voor meneer?

ZAP „Het is niet de eerste zaak waar we van horen en ook niet de laatste: grensoverschrijdend gedrag bij de politie”, luidde de openingszin in het NOS Journaal. Laat de agenten verplicht kijken naar de documentaire Mijn vader de terrorist.

Beeld uit de documentaire ‘Mijn vader de terrorist’.
Beeld uit de documentaire ‘Mijn vader de terrorist’.

Beeld NPO

Of hij niet liever een pondje explosieven wilde, vroeg de slager aan Hans Krikke toen deze om een halve kilo gehakt vroeg. Hij was weliswaar vrij man, maar dat hij was opgepakt als vermeend lid van terreurgroep RaRa was de buurt niet vergeten. De impact van de arrestatie en het zoeken naar bewijslast van zijn betrokkenheid bij RaRa in 1994 waren groot. Hoe groot? Daarover maakte zijn zoon Daniël de documentaire Mijn vader de terrorist.

Krikke was in die tijd een links-activistische journalist en samen met zijn collega Jan Müter was hij lid van het onderzoekscollectief Opstand. Het anonieme RaRa pleegde aanslagen op de Makro, sneed benzineslangen door bij Shellpompen uit protest tegen de apartheid in Zuid-Afrika. Later ageerde RaRa tegen het asielbeleid in Nederland, waarbij ze in 1991 een bom bij het huis van Aad Kosto, indertijd PvdA-staatssecretaris van Justitie, lieten afgaan.

Daniël maakte als zesjarige jongen mee hoe zijn vader werd gearresteerd, hoe hun huis werd doorzocht door agenten, hoe Krikke – ondanks dat de zaak tegen hem en Müter geseponeerd was – geen opdrachten meer kreeg, hoe de juf extra lief voor hem was en hoe de slager zijn vader bespotte. De eenzaamheid van Krikke en waar zijn activisme vandaan kwam vormen de rode draad van de documentaire. Daniël hoopt zijn vader zo beter te leren kennen.

Ondanks het belang van het onderwerp is het geheel niet helemaal geslaagd. De gesprekken tussen vader en zoon, waarbij hard gezocht wordt naar de emotie in de hoop dat ze elkaar zo beter leren kennen, beklijven niet. En ook bij de scènes waarin de gebeurtenissen van toen nagespeeld worden in zwart-wit, geven je het idee in een jaren zeventig Nederlands drama over de Tweede Wereldoorlog terecht te zijn gekomen. Tenenkrommend is het moment waarop nagespeeld wordt dat Krikke voor de school van zijn zoon wordt gearresteerd. Hoe schandalig ook: het is onwaarschijnlijk dat dat toen zó ging. Dat je dat naspeelt met twee agenten in lange jassen en met hoeden op (en inclusief draaiend fietswiel van de gevallen fiets), refereert onnodig aan een ander verleden.

Interessanter en tragischer zijn de archiefbeelden uit nieuwsprogramma’s in die tijd. Vooral wanneer Krikke in een tv-interview uit die tijd vertelt hoe het was om zes dagen vast te zitten, om als terrorist te worden aangemerkt zodat elk gedrag van de politie geoorloofd was, het afluisteren, het ondervragen van naasten, het idee dat elke grond onder je voeten verdwijnt omdat het land waar je woont jou als ongewenst ziet. Die machteloze woede en hoe de bodem onder je vandaan is geslagen: die zou je elke agent in een cursus empathie willen voorleggen.

Gaten in het plafond

Waar rook was, was vuur, oordeelde de buurt van Krikke. Waar geschoten wordt, zitten gaten in het plafond, blijkt bij de politie in Walcheren. Zes agenten werden er ontslagen na ongewenste intimiteiten, grensoverschrijdend gedrag, het schieten met vuurwapens buiten diensttijd, het discrimineren van Marokkanen en een agent die zichzelf portretteerde als Adolf Hitler. „Het is niet de eerste zaak waar we van horen en ook niet de laatste: grensoverschrijdend gedrag bij de politie.” Met die woorden opende Winfried Baijens het NOS-journaal.

Laat de agenten naar Mijn vader de terrorist kijken, om te leren wat de impact is van een arrestatie. Hun collega’s die Extinction Rebellion-activisten arresteerden die opriepen tot een demonstratie op de A12, kunnen meteen meekijken. Dan zullen ze de woorden van de rechtbank in Den Haag – die de politie aansprak omdat de activisten thuis waren gearresteerd, ten overstaan van partners en kinderen, en eentje zelfs vlak bij de school van zijn kinderen – wellicht wat beter gaan begrijpen.