N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Reportage
WK Voetbal Vóór het WK waren de verwachtingen van het Nederlands elftal niet torenhoog. Maar na de monsterzege op Vietnam en de plaatsing voor de achtste finales blijkt hoe sterk het team is dat bondscoach Andries Jonker heeft gesmeed.
Waarom zou dit Nederlands elftal geen wereldkampioen kunnen worden? Die vraag dringt zich op nu Oranje zich zeer overtuigend als nummer één van groep E heeft geplaatst voor de achtste finales. Daarin treft het elftal van Andries Jonker komende zondag (04.00 uur Nederlandse tijd) in het Australische Sydney de nummer twee van groep G: hoogstwaarschijnlijk Italië of Zuid-Afrika. Terwijl titelverdediger Verenigde Staten later op die dag in Melbourne vrijwel zeker tegen Zweden moet aantreden. Pas als op woensdag de laatste duels in groep G zijn gespeeld, zal duidelijk zijn hoe de twee achtste finales er daadwerkelijk uitzien.
Jonker wijkt vooralsnog niet van zijn strategie af: „Ik heb steeds gezegd: ‘We kunnen van iedereen winnen’. En dat gaat ook op voor ons volgende duel. Maar ik ga nog niet roepen dat we wereldkampioen worden.”
Nu het einde van de groepsfase op net WK in Australië en Nieuw-Zeeland nabij is, behoort Oranje op basis van de resultaten én het vertoonde spel tot de elftallen die het meest hebben overtuigd. Na een moeizaam begin tegen Portugal (1-0) en een gelijkspel tegen de VS (1-1), volgde op dinsdag in het overdekte Dunedin Stadium een galavoorstelling tegen WK-debutant Vietnam (7-0). De grootste overwinning van Nederland op een WK tot dusver.
Daarin kwam voor Jonker alles samen wat hij voor ogen heeft: winnen, aantrekkelijk voetbal én het inspireren van een nieuwe generatie meisjes. Jonker: „Het zou mooi zijn als het Nederlandse publiek op zondagochtend massaal naar ons kijkt. Zoals ik [in 1973] naar de bokspartij tussen Rudi Lubbers en Muhammad Ali keek. En later naar de Nederlandse ijshockeyers op de Spelen van 1980 in Lake Placid. Allemaal prachtige sporthistorie.”
Geen faux pas
Hoewel de bondscoach en zijn internationals het zelf na het duel met Vietnam nog niet uitspreken, ziet de buitenwereld het Nederlands elftal nu als een van de favorieten. Al was het maar omdat Oranje als één van de weinige toplanden nog geen faux pas beging zoals Frankrijk (0-0 tegen Jamaica), Duitsland (2-1 verlies van Colombia), de VS (0-0 tegen Portugal) en Spanje (4-0 verlies van Japan). Het Nederlands elftal speelt – weliswaar nog bij vlagen – met de bravoure en de flair die passen bij de ‘Hollandse School’. Het voetbal waarmee Nederland in de wereld naam maakte. Bij de mannen én de vrouwen. Sterspeler Lieke Martens beaamt dat: „Ik denk dat dit elftal nog beter speelt dan het elftal dat vier jaar geleden de WK-finale haalde.”
Het Nederlands elftal behoorde vóór het WK zeker niet tot de titelfavorieten. Hooguit was het een van de outsiders. Hoewel Oranje vier jaar geleden tijdens het WK in Frankrijk op een tweede plaats eindigde, was het spel destijds niet altijd overtuigend. Nederland viel daarna op de Olympische Spelen van 2021 en tijdens het EK van vorig jaar met twee keer een uitschakeling in de kwartfinales, verder terug. Oranje was door verschillende landen voorbijgestreefd. Een wereldtitel leek twaalf maanden geleden zelfs heel ver weg.
Toen Jonker na het EK van vorig jaar de ontslagen Mark Parsons opvolgde, kwam hij zelf al snel tot de conclusie dat Nederland over een selectie beschikte „waar nog heel veel muziek in zit”. En dat probeerde hij direct op zijn internationals over te brengen.
Basisprincipes
Daarbij waren „het scheppen van duidelijkheid” en „het terugkeren naar de basisprincipes” de twee belangrijkste eerste stappen. Jonker liet „de gevestigde orde” in september vorig jaar de kwalificatie voor het WK met een benauwde 1-0 zege tegen IJsland verzorgen. Jonker: „Dat lukte ze zonder dat ze het spel speelden dat volgens mij het beste bij dit team past.”
Jonker verzette daarna in een proces van tien maanden enkele accenten bij de bouw van nieuw succeselftal. Daarbij kende Jonker een zware tegenslag toen Vivianne Miedema in december met een zware knieblessure wegviel. Jonker vergeleek het wegvallen van de topspits na het duel met Vietnam met het Nederlands mannenelftal dat het op het WK van 1994 moest doen zonder Marco van Basten. „Ik was het afgelopen jaar steeds weer heel erg blij als het weekeinde voorbij was en er geen nieuwe geblesseerden bij waren gekomen.”
Jonker smeedde een mix van gearriveerde internationals zoals Sherida Spitse, Stefanie van der Gragt, Dominique Janssen, Lieke Martens, Jackie Groenen, Daniëlle van de Donk en Jill Roord en jonge spelers uit een nieuwe lichting als Daphne van Domselaar, Esmee Brugts en Victoria Pelova. Jonker genoot er in aanloop naar het WK van hoe beide generaties elkaar vrijwel op iedere training beter maken.
Tijdens de drie groepsduels zette het Nederlands elftal steeds weer een volgende stap: na een moeizaam gevecht dat Oranje op punten won van Portugal, liet het elftal tegen de VS ruim een half uur zien dat het in voetballend opzicht de VS nu wel de baas kan en maakte Nederland tegen Vietnam duidelijk dat de honger om doelpunten te maken groot is. „We blijven het wedstrijd per wedstrijd bekijken. Maar ik denk wel dat andere landen naar ons kijken en denken: ‘Dit is weer het Nederland dat moeilijk te verslaan is’”, stelt de ervaren Jill Roord, die twee doelpunten maakte tegen Vietnam.
Even verderop nam de twintigjarige Esmee Brugts de prijs voor Woman of the Match in ontvangst. De linker wingback van Oranje stal met twee prachtige doelpunten de show en liet samen met de 17-jarige Wieke Kaptein zien dat dit Nederlands elftal niet alleen het heden maar ook de toekomst heeft.
Brugts is het boegbeeld van een nieuwe generatie die volgens ouders spelers als Merel van Dongen en Lieke Martens „nog beter is dan de huidige lichting”.
Jonker wil daar wel een nuance bij aanbrengen: „De huidige generatie heeft zich al bewezen met een Europese titel en een zilveren medaille op een WK. Dát moeten de jongeren allemaal nog maar eens zien te bereiken.”