N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Reportage
Natuurbescherming Vleermuizen verliezen hun woonplek als muren worden geïsoleerd. Een uitspraak van de Raad van State over vleermuisbescherming kan de kabinetsplannen voor woningisolatie met jaren vertragen. Maar er gloort nu toch een oplossing.
In de avondschemering wijst ecoloog Mark Hoksberg naar een heel klein gaatje in de buitenmuur van een oud pand in Deventer. „Daar past een vleermuis met gemak doorheen”, zegt hij. „Als ze hun vleugels invouwen, zijn ze piepklein.” Aan de andere kant van de muur kan zomaar een kolonie vleermuizen zitten: de spouw is hun ideale woonplek. ’s Winters is het er warm, ’s zomers is het er beschut en tussen de muren zijn er genoeg plekken om te nestelen.
Niet de uil of de sperwer, maar de energietransitie is de belangrijkste vijand van de vleermuis. Bij de isolatie van woningen verliezen ze hun woonplek. Of nog erger: ze kunnen worden mee-geïsoleerd, waardoor in één klap tientallen vleermuizen kunnen stikken. Ecologen maken zich grote zorgen. De vleermuis speelt immers een belangrijke rol in het ecosysteem. Hoksberg: „Een vleermuis kan tot wel duizend vliegjes en muggen vangen op een avond, ze zijn erg goed tegen insectenplagen.”
Lees ook: Isoleren woning niet altijd goed voor de portemonnee
De Raad van State doet woensdagochtend uitspraak in een belangrijke zaak over deze kwestie. Die uitspraak kan de uitvoering van het kabinetsplan om de komende jaren 2,5 miljoen woningen te isoleren mogelijk jaren vertragen.
Vleermuizen zijn beschermd onder de Europese habitatrichtlijn – in Nederland onder de Nederlandse Wet natuurbescherming. Je mag ze alleen verstoren of verjagen met een ontheffing, en nadat allerlei maatregelen zijn genomen om de dieren een nieuwe woonplek te geven.
Een isolatie kost 1.500 euro, een onderzoek naar vleermuizen nog eens 5.000. Wie wil zijn woning dan isoleren?
Piet-Jan Dijkstra branchevereniging Venin
Volgens de wet moet iedereen die een pand wil slopen of isoleren „voldoende zorg in acht” nemen om te voorkomen dat vleermuizen kwaad wordt gedaan. Dat kan flink in de papieren lopen: een volledig ecologisch onderzoek duurt een jaar en kan tot 5.000 euro kosten. Als blijkt dat er vleermuizen in een spouwmuur wonen, moet een ontheffing worden aangevraagd bij de provincie. Vervolgens moeten vervangende vleermuiskasten aan de gevel of in de spouw worden geplaatst. Pas als zeker is dat alle vleermuizen de spouw uit zijn – door speciale vleermuisluikjes kunnen ze wel uit-, maar niet meer invliegen – kan de isolatiespuit eraan te pas komen.
Als de buren ook willen isoleren, staan zij voor dezelfde opgave; de ontheffing geldt in principe per adres. Woningcorporaties, projectontwikkelaars en bouwbedrijven houden zich tegenwoordig bij grote projecten vrij goed aan de onderzoeksplicht. Doordat ze vaak ook andere vergunningen aanvragen, kennen ze de wet en staan hun werkzaamheden op de radar bij de handhaving.
Particulieren zijn minder goed op de hoogte van hun wettelijke verplichting jegens de vleermuis. De hoge kosten en de onderzoeksduur van een jaar motiveren ook niet. Bovendien is de ‘pakkans’ voor particulieren een stuk kleiner: handhavers weten immers niet wanneer het isolatiebedrijf langskomt. Naar alle waarschijnlijkheid heeft de overgrote meerderheid van de Nederlandse huiseigenaren die hun woning isoleerden dat zonder ontheffing gedaan – en dus zonder onderzoek. Een indicatie: terwijl isolatiebedrijven in de provincie Utrecht wekelijks honderden spouwmuren vullen, waren de ontheffingen voor particulieren vorig jaar „op één hand te tellen”.
Hoksberg wijst een bedrijfspand aan waarvan de luchtgaten in de buitenmuur zijn dichtgemetseld. „Hier is illegaal geïsoleerd. Wij wisten dat een vleermuizenkolonie dit pand als winterverblijf gebruikte, maar dat wist de pandeigenaar niet. Als er een ecologisch onderzoek had plaatsgevonden voor de isolatie had dit nooit kunnen gebeuren.” Inmiddels is er geen vleermuis meer te bekennen bij het pand. Hoksberg kijkt er vertwijfeld naar. „Je hoopt maar dat de spouw op het moment van isoleren leeg was, anders zijn hier honderden dieren weggevaagd.”
Ook de isolatiebranche zit met de vleermuizen. Een isolatiebedrijf dat bij de offerte over een ontheffing begint, krijgt in de praktijk simpelweg geen particuliere klussen meer. De isolatiebedrijven die wel volgens de wet werken, worden er flink door beperkt, zegt Piet-Jan Dijkstra, voorzitter van branchevereniging Venin. „Als je het paarseizoen, de winterslaap en de kraamtijd van vleermuizen meeneemt, mogen we eigenlijk maar drie tot vier maanden per jaar werken.” Met de huidige wetgeving is het kabinetsdoel van 2,5 miljoen geïsoleerde woningen volgens Dijkstra volstrekt onhaalbaar. „Isolatie kost 1.500 euro, een onderzoek nog eens 5.000 erbij. Wie wil dan nog zijn woning isoleren?”
Zorgplicht
De uitspraak van de Raad van State van woensdag wordt dan ook vol spanning afgewacht door de isolatiebranche, de overheid en natuurbeschermers. De zaak is aangespannen door een isolatiebedrijf uit Best, dat met deur-tot-deurreclame beloofde binnen vijf weken elk huis in de straat te kunnen isoleren. De folder trok de aandacht van de omgevingsdienst van de provincie Utrecht: dit kon het bedrijf alleen waarmaken als het werkte zonder uitgebreid onderzoek te doen naar vleermuizen. Het isolatiebedrijf ontving in 2019 een dwangsom, maar ging daar meermaals tegen in beroep, met de Raad van State als eindstation.
„Er werd altijd eerst met een endoscoop [een soort camera] in de spouwen gekeken voordat er geïsoleerd werd. Dat was een gangbare methode in die tijd”, zo zegt senior jurist bestuursrecht Barend Benard, die het bedrijf vertegenwoordigt. De vraag is volgens hem wat het begrip „zorgplicht” in de Wet natuurbescherming in de praktijk betekent. „Kortom: voldeed mijn cliënt aan die zorgplicht met het endoscopisch onderzoek, of kun je daar alleen aan voldoen met een volledig ecologisch onderzoek van een jaar?” Ecologen en vleermuisexperts, die in een speciale zitting bij de Raad van State aan het woord kwamen, betwisten dat een endoscoop kan uitwijzen of er vleermuizen aanwezig zijn: als het eerste gat geboord wordt, zouden alle vleermuizen al wegkruipen.
Als de Raad van State straks oordeelt dat de dwangsom voor het isolatiebedrijf terecht was, valt het isoleren van alle particuliere koopwoningen in Nederland stil tot er voor elk afzonderlijk adres een ecologisch onderzoek en een ontheffing ligt. Omdat er nu al een tekort is aan ecologen zal dit waarschijnlijk jaren vertraging betekenen. Maar er is hoop voor een oplossing.
Nachtelijke fietstochten
Ecoloog Mark Hoksberg zet zijn fiets op slot naast de middeleeuwse Bergkerk in Deventer. Het is inmiddels goed donker geworden. Hij trekt zijn blauwe werkhesje aan en haalt een speciale vleermuisdetector tevoorschijn. De ultrasone piepgeluiden van vleermuizen klinken door het apparaatje als ploppende geluidjes.
In de afgelopen maanden fietste Hoksberg in de avond- en vroege ochtenduren met twintig collega’s van ecologisch bureau Ecogroen urenlang door Deventer, op zoek naar het geplop van vleermuizen. „Eén voorbijvliegende vleermuis laten we zitten, maar als de detector begin te ratelen doordat er een kolonie in de buurt is, zetten we een stip op een digitale kaart.” De fietstochten horen bij het opzetten van een ‘soortenmanagementplan’, een speciale aanpak die vooral in de provincies Utrecht en Overijssel wordt ingezet. In plaats van dat per huis uitgebreid wordt onderzocht of er vleermuizen zitten, brengen de ecologen de vleermuizenpopulatie van een hele gemeente in kaart.
Niet een particulier of ondernemer, maar de gemeente vraagt vervolgens de ontheffing aan bij de provincie. Alle bedrijven, huizenbezitters en ook de gemeente zelf kunnen er dan tien jaar gebruik van maken – mits ze elke te isoleren spouw op professionele manier vrij van vleermuizen maken. Isolatiebedrijven krijgen een opleiding om ook speciale vleermuisluikjes te plaatsen, wat op dit moment alleen door ecologen gedaan mag worden.
„Omdat we straks ongeveer weten waar de grote vleermuizenkolonies zitten, is een grondig ecologisch onderzoek per pand niet langer nodig”, legt coördinator stedelijke biodiversiteit Wendy van Poppel van de provincie Utrecht uit. Van Poppel en haar team bedachten daarbij een werkwijze om het proces nóg meer te versnellen: gemeenten kunnen alvast een ontheffing krijgen, op voorwaarde dat ze een ecologisch bureau direct een soortenmanagementplan laten opstellen. „Zo hoef je niet eerst twee jaar te wachten tot het soortenmanagementplan helemaal is voltooid.” Het zou de oplossing kunnen zijn als na de Raad van State-uitspraak bij elke particuliere woningisolatie een ecologisch onderzoek nodig is.
De kwestie vleermuizen wordt nu serieus genomen. Dat is toch de eer van je werk
Wendy van Poppel coördinator stedelijke biodiversiteit provincie Utrecht
Deze werkwijze, een pre-soortenmanagementonderzoek, is ook een stuk goedkoper. Voor de deelnemende gemeenten in de provincie Utrecht kostten het ecologisch onderzoek en de ontheffing gemiddeld iets minder dan twee ton – een heel verschil met de huidige 5.000 euro per woning. Het idee kreeg de steun van het provinciebestuur, waarna ook Overijssel interesse toonde. Het Rijk kijkt nu met provincies, gemeenten, marktpartijen en belangenverenigingen naar manieren om in heel Nederland met deze aanpak te werken. Onlangs werd er 40 miljoen euro voor vrijgemaakt. In de provincie Utrecht zijn inmiddels 21 van de 26 gemeenten aangesloten bij het initiatief – waardoor er ook na morgen doorgeïsoleerd kan worden, ongeacht het oordeel van de Raad van State.
Her en der klinkt ook kritiek op het soortenmanagementplan. Zo vrezen vleermuisexperts dat zeldzame en schuwe vleermuissoorten de dupe worden, omdat er minder gericht gezocht wordt. Isolatiebedrijven zien hun toch al niet geringe werkvoorraad door het plaatsen van de vleermuisluikjes nog verder toenemen. Maar over het algemeen wordt Van Poppel geroemd om het idee. Nu de uitspraak nadert, komen op het provinciehuis in Utrecht telefoontjes uit het hele land binnen. Van Zuid-Limburg tot aan Friesland: iedereen wil van Van Poppel weten hoe ze een eigen soortmanagementplan kunnen krijgen. Van Poppel moet ze uiteindelijk doorverwijzen naar de provincies, die erover gaan. „Het laat wel zien dat de kwestie met vleermuizen nu eindelijk serieus wordt genomen. Zo Dat is toch de eer van je werk.”