Welke coalitiepartijen hebben baat bij de val van het kabinet?

Coalitiepartijen Rutte-IV Binnen de partijen van het kabinet Rutte-IV werd de afgelopen dagen volop gespeculeerd over een kabinetsval. Voor D66 en het CDA lijken nieuwe verkiezingen weinig aantrekkelijk, binnen de VVD en zeker de ChristenUnie durven ze het wel aan.

Premier Mark Rutte loopt woensdagnacht naar de pers, na afloop van het crisisoverleg over maatregelen om de asielinstroom te beperken.
Premier Mark Rutte loopt woensdagnacht naar de pers, na afloop van het crisisoverleg over maatregelen om de asielinstroom te beperken.
Asielcrisis

VVD De belangrijkste vraag: wie zou de lijsttrekker worden?

Het kwam op 5 april als een verrassing, helemaal aan het eind van het verhaal van VVD-fractievoorzitter Sophie Hermans in een debat in de Tweede Kamer. Het kabinet, zei ze, moest dringend met plannen komen over asiel en migratie. „En dit is de laatste keer dat ik het vriendelijk vraag.”

Het debat ging over de Provinciale Statenverkiezingen, níet over asiel. Omdat het zo onverwacht kwam, had niemand van de andere Kamerleden er een vraag over. Het viel wel op, in de gangen van de Tweede Kamer ging het er later nog over: bij de VVD gebeurt niets toevallig. De partijtop moet de inschatting hebben gemaakt dat de achterban zo’n boodschap nodig had: het is ons menens. Het kan ook een publieke waarschuwing zijn geweest aan de andere regeringspartijen dat de VVD tot alles bereid was om de asiel te beperken, óók een crisis. VVD’ers in de Tweede Kamer praatten er ook op die manier over: in veel peilingen was hun partij toch weer de grootste, en niet meer BBB. Wat hadden zíj te verliezen bij verkiezingen?

Lees ook: Premier Rutte dreigt met val van kabinet

Of het partijbestuur dat ook zo ziet is lang niet zeker: na de provinciale verkiezingen zat er nauwelijks nog geld in de campagnekas van de VVD. De andere kant daarvan is dat zo’n beetje elke partij nu met dat probleem zit. Als de VVD het nu op verkiezingen laat aankomen, moet de partijtop daar een strategie voor hebben bedacht, waar Hermans waarschuwing in april mogelijk al onderdeel van uitmaakte. En de belangrijkste vraag is: wie wordt de lijsttrekker? Wéér Mark Rutte, voor de zesde keer? Na een premierschap van dertien jaar? De laatste jaren zegt hij elke keer dat hij doorgaat zolang hij nog „de energie en de ideeën” heeft en zolang de partij hem nog wil. Het is lang niet zeker dat het partijbestuur, onder leiding van de nieuwe voorzitter Eric Wetzels, het nog ziet zitten met Rutte. Volgens betrokkenen wil Wetzels liever een nieuwe lijsttrekker.

Maar of Wetzels hem op andere gedachten zal kunnen brengen en hem ook echt zal tegenhouden als Rutte echt door zou willen? Ook dat is niet zeker.

Op congressen, in de wandelgangen, klinkt de afgelopen jaren steeds duidelijker dat zijn tijd voorbij is. Maar een duidelijke opvolger is er niet. Minister van Justitie Dilan Yesilgöz wordt in de partij vaak genoemd. En ook wel Edith Schippers, fractievoorzitter in de Eerste Kamer. Er zijn ook VVD’ers die vinden dat de nieuwe leider van buiten Den Haag moet komen. Bijvoorbeeld Vincent Karremans, wethouder in Rotterdam, die binnen de VVD veel fans heeft.

D66 Nieuwe verkiezingen zouden bijzonder slecht uitkomen

Bij D66-leden ontploffen de whatsappgroepjes met verhit debat over de migratiecrisis in het kabinet. Grofweg zijn er twee uiteenlopende opvattingen. De eerste: laat D66 de rug rechthouden op asiel en laat, als het moet, het kabinet er dan maar over sneuvelen. De andere groep denkt: als het kabinet valt komt er helemaal niks meer terecht van al die ándere dossiers waar de partij zich in het coalitieakkoord zo sterk voor heeft gemaakt: klimaat, landbouw, woningnood.

„Op mensenrechten kun je geen compromissen sluiten”, verwoordt Kalle Duvekot van jongerenafdeling Jonge Democraten het eerste standpunt. „Als de VVD daar op blijft aandringen, heb ik liever een kabinetsval.” Joey Koops, gemeenteraadslid in Emmen, ziet het crisisoverleg in het kabinet vooral als „een politiek spel” van premier Rutte, waarvan hij hoopt dat D66 er „niet aan toegeeft”. Maar het eind van Rutte IV vindt hij het niet waard. „D66 zit duidelijk aan de knoppen en we hebben nog genoeg werk te doen.”

Bij het actieve deel van de achterban is asiel en migratie een belangrijk thema. Toen het kabinet vorig jaar een eerste asieldeal kwam, kreeg de partijleiding veel kritiek uit eigen kring. Het opschorten van het recht op gezinshereniging vonden deze leden onacceptabel. Hetzelfde punt speelt nu weer. Premier Rutte wil het recht op gezinshereniging beperken, terwijl D66 en ChristenUnie daar principiële problemen mee hebben. Uit onderzoek van EénVandaag bleek donderdag dat D66-kiezers verdeeld zijn over of gezinshereniging een kabinetcrisis waard is: 40 procent vindt van wel, 40 procent van niet.

Nieuwe verkiezingen zouden voor D66 bijzonder slecht uitkomen. De partij haalde twee jaar geleden met lijsttrekker Sigrid Kaag een grote overwinning, maar staat er electoraal nu een stuk slechter voor. In het gewogen gemiddelde van de belangrijkste peilbureaus zullen er van de 24 Kamerzetels nog maar zo’n elf overblijven.

Als de recente winst van BBB bij de Provinciale Statenverkiezingen doorzet, zou D66 een groot deel van de eigen politieke agenda zien instorten. Met name op klimaat en stikstof is BBB de grote politieke tegenhanger.

Er zoemt binnen D66 een scenario rond waarbij D66 wél baat heeft bij vervroegde Tweede Kamerverkiezingen. Als het inderdaad de VVD is die gaat ‘breken’, kan zowel D66 als de ChristenUnie de schuld daarvan neerleggen bij premier Rutte – en hem een gebrek aan verantwoordelijkheid verwijten.

Daarbij kunnen nieuwe verkiezingen een way out voor Sigrid Kaag zijn. Zij wekt niet de indruk dolgelukkig te zijn met haar rol als politiek leider. Rob Jetten, de ambitieuze nummer twee van de partij, zou het lijsttrekkerschap kunnen overnemen.

CDA De leden zijn vooral heel erg verdeeld

Er zijn CDA’ers die nieuwe verkiezingen zien als de enige manier om te overleven en zelfs vinden dat het CDA de stekker uit het kabinet zou moeten trekken, of dat eigenlijk allang had moeten doen. Er zijn er ook die vrezen dat een stembusgang het begin van het einde van de partij zou betekenen. Zo slecht als nu hebben de christendemocraten er niet eerder voor gestaan.

Dat de CDA-leden verdeeld zijn is al tijden zichtbaar, zeker sinds de interne lijsttrekkersverkiezing van 2020. Hugo de Jonge (50,7 procent) won toen nipt van Pieter Omtzigt (49,3 procent) met een verschil van 258 stemmen. Wopke Hoekstra werd uiteindelijk de partijleider, en het CDA verloor in de Tweede Kamerverkiezing vier zetels – en nog eens één toen het populaire Kamerlid Omtzigt zich afsplitste. Die klappen zijn de christen-democraten nooit meer te boven gekomen, in de twee verkiezingen die volgden bleef de partij zetels verliezen. Echt rustig wil het sindsdien ook niet meer worden in de partij.

De verdeeldheid onder leden heeft zich intussen ook genesteld in de haarvaten van de partij. Een deel van de Tweede Kamerfractie is ontevreden over het kabinet en de partijleider. Dat is andersom ook zo: een deel van het kabinet is ontevreden over de fractie. En een deel van de afdelingsvoorzitters is ontevreden over de partijleider en de partijvoorzitter, maar je hoort ze niet over de fractie. Afgelopen weekend waren CDA-bestuurders bijeen in Doorn, op de vrijdag ervoor was een deel van de Tweede Kamerleden en het kabinet er ook geweest. De volgende ochtend hadden aanwezigen gezien hoe fractievoorzitter Pieter Heerma in De Telegraaf moest lezen dat een aantal van zijn Kamerleden anoniem had geklaagd in die krant. Hij had zich er niet boos over getoond, zeggen CDA’ers die erbij waren geweest, wel verdrietig.

Een week eerder hadden CDA’ers in een ledenvergadering van de Limburgse afdelingen in Heel zich ook geroerd. Daar werd ingestemd een werkgroep onderzoek te laten doen naar de toekomst van de christen-democratie in Limburg. Volgens sommige aanwezigen zou die ook best buiten het CDA kunnen liggen. En Mark Buck, een van de landelijke bestuursleden, beloofde dat nog in de zomer een delegatie van het kabinet en de Tweede Kamer naar Limburg komt om „te luisteren”.

Zoveel onrust in de partij onder zowel leden, bestuurders als politici. Twijfel over het leiderschap van Wopke Hoekstra, die wordt verweten niet CDA’er genoeg te zijn en bovendien geen tijd voor de partij te hebben omdat hij ook minister van Buitenlandse Zaken is, en ook zorgen over wie hem dan zou moeten opvolgen. Het zijn niet de beste omstandigheden om verkiezingen in te gaan. Maar, zo klinkt ook, het CDA heeft niets meer te verliezen.

ChristenUnie Van de ChristenUnie hoeft het niet, nieuwe verkiezingen

In 2021 hoefde het niet zo nodig van de ChristenUnie: wéér meedoen aan een kabinet-Rutte. Gert-Jan Segers, toen nog partijleider en fractievoorzitter, had zelfs helemaal uitgesloten dat de CU nog in een kabinet zou stappen met Mark Rutte als premier. Dat was na het ‘1 april-debat’ over de notitie ‘functie elders’ voor Pieter Omtzigt. Segers kwam daar later op terug, de CU ging toch weer meedoen. Volgens Segers uit verantwoordelijkheidsgevoel. De partij wilde het land geen nieuwe verkiezingen aandoen, na de langste kabinetsformatie in Nederland ooit.

Nu dat kabinet lijkt om te vallen, is de houding vergelijkbaar: van de CU hoeft het helemaal niet, nieuwe verkiezingen. De Tweede Kamerleden en de bewindslieden hebben vooral veel zin in vakantie. Maar als er niets anders op zit, ook geen probleem. De partij staat in peilingen stabiel op zo’n vijf zetels, net als nu.

In de zomer van vorig jaar leidde een eerdere asieldeal van Rutte IV bij de CU tot fel intern verzet. Toen ging het net als nu over gezinshereniging. De bedoeling was dat die tijdelijk werd uitgesteld en op een extra congres moest de partijtop die maatregel, die veel gezinnen zou raken, komen uitleggen. Op dat congres werd toen ook duidelijk dat de CU-achterban verdeeld is over migratie. Er waren in de zaal ook leden die hun zorgen uitten over de komst van grote aantallen asielzoekers. Maar een quotum opleggen aan de komst van kinderen van oorlogsvluchtelingen, zoals premier Rutte woensdagavond voorstelde aan de andere regeringspartijen?

Dat is voor de CU op geen enkele manier uit te leggen aan de leden van de partij. En dat weet de VVD. Volgens betrokkenen zou partijleider Mirjam Bikker dat kortgeleden ook al zelf tegen Rutte hebben gezegd. Dat hij er toch mee kwam en dus in de ogen van de CU over de gevoeligheden van een coalitiegenoot heenwalst, zal bij Bikker en de CU-bewindslieden hard zijn aangekomen. Ook als er donderdagavond een compromis is bedacht over gezinshereniging, zal de partijtop zichzelf zo goed als zeker opnieuw de vraag stellen: willen wij echt wel weer verder met déze premier?