Deze warme omhelzing redt mensenlevens

Iemand die onderkoeld raakt, kan het best worden opgewarmd door huid-op-huid contact. Arts Emma Bruns zegt: „Dat is in het ziekenhuis ietwat onhandig en onwennig. Maar gelukkig is er een alternatief.” Aflevering 6: de Bair Hugger. (Slot)

Illustratie Roland Blokhuizen

Het was koud deze winter. Er heerste een uitgelaten stemming in Nederland. Het was zo’n ochtend uit de boeken waar de zon zich aandient en haar licht laat schijnen over een witte wereld met een bevroren waterland. Prachtig schaatsweer en dat laat de gemiddelde Nederlander zich geen twee keer zeggen. Als enige halve Belg (die dus niet kan schaatsen) in onze assistentengroep had ik me opgeworpen als vrijwilliger voor deze zaterdagdienst.

Al zie je er geen daglicht, de Spoedeisende Hulp is de graadmeter voor het weer, het seizoen, de stand van de samenleving. Zo ook die dag. Aan het einde van de ochtend de eerste pechvogels met een gebroken pols. Niet veel later ook wat serieuzere gevallen van gebroken heupen bij de tochtenmakers. Met een wachtkamer vol mutsen en sjaals heerste er haast een koek&zopie-achtige stemming. Ik zette net het laatste steekje van een ijshockeywond toen het traumasein afging.

„Jonge vrouw door het ijs gezakt. Na tien minuten uit het water kunnen halen. Verminderd bewustzijn. Aanrijtijd vijf minuten.” Even later stonden we met het hele team op de crashroom. Het is een kamer in het ziekenhuis die nog het meest weg heeft van de pitstop bij de Formule 1. Alles is erop gericht om iemand in levensgevaar zo snel mogelijk na te kijken en te helpen. Je kan er röntgenfoto’s maken, hartslag en zuurstofgehalte aan een monitor bekijken en zelfs een borstkas openmaken.

De brancard werd binnengereden door twee ambulanceverpleegkundigen. Ze droegen de belangrijkste informatie over en vervolgens tilden we haar naar het bed. We keken haar na. Met een temperatuur van 32 graden was ze ernstig onderkoeld. Eén van de beste manieren om iemand anders op te warmen, is om je eigen lichaamswarmte te ‘doneren’ door middel van huid-op-huid-contact. Dit is in een crashroom alleen ietwat onhandig en onder wildvreemden misschien ook ietwat onwennig.

Een prachtig en bijna even effectief alternatief voor deze behandeling, is de zogenaamde Bair Hugger, een woordspelerige merknaam. Het attribuut werd in 1987 uitgevonden door de Amerikaanse anesthesioloog Scott D. Augustine om patiënten warm te houden als ze geopereerd worden. Het is een soort opblaasbaar luchtbed met microgaatjes verbonden met een flexibele buis aan een verwarmingselement. Je plakt het luchtbed op de patiënt en zet de verwarming aan waarbij deze dan met warme lucht het bed opblaast. Het is een prachtige manier om de patiënt op te warmen en warm te houden.

Onder toeziend oog van haar geschrokken schaatsvrienden knapte het slachtoffer geleidelijk op. Na een paar uur zat ze met een kopje thee en een muts haast weer normaal in bed. „Lekker warm, zo’n bear hugger.” En ze wees naar het luchtbed. „Kan ik thuis op de bank ook wel gebruiken.” Ik glimlachte en zei dat ze waarschijnlijk straks naar huis kon. Toen ik het gordijn weer sloot, hoorde ik een van de jongens zeggen. „Misschien moet je toch een keer met mij wat drinken, kan ik je bear hugger zijn.”