Eau Rouge was niet de enige factor bij dodelijke crash van Dilano van ‘t Hoff

Autosport De dodelijke crash van de Nederlandse coureur Dilano van ’t Hoff op Spa-Francorchamps roept vragen op over het Belgische circuit – en over de verhouding tussen veiligheid en entertainment.

De bochtencombinatie Eau Rouge op het circuit van Spa-Francorchamps in België, waar zaterdag de Nederlandse coureur Dilano van ’t Hoff om het leven kwam.
De bochtencombinatie Eau Rouge op het circuit van Spa-Francorchamps in België, waar zaterdag de Nederlandse coureur Dilano van ’t Hoff om het leven kwam. Foto ANP

Autoracen is gevaarlijk, en al helemaal op het Belgische circuit van Spa-Francorchamps. Eén plek springt eruit. Het asfalt krult er een steile heuvel op, met een kleine knik naar links, een lange zwieper naar rechts en een laatste draai terug naar links. Door die bochtencombinatie rijden, vrijwel vol gas, is de grootste adrenalinekick die een coureur kan krijgen. Onderaan de helling drukken de G-krachten de coureurs in hun stoel, bovenaan voelt het juist alsof de auto elk moment van de weg kan loskomen.

Maar Eau Rouge, zoals coureurs en racefans de bochtencombinatie kennen, is ook onvergeeflijk. Wie er crasht, crasht hard. Zaterdag overkwam dat de achttienjarige Nederlandse coureur Dilano van ’t Hoff, tijdens een race in het Formula Regional European-kampioenschap. Hij overleefde het niet.

Het ongeluk van Van ’t Hoff, een talentvolle rijder die in 2021 het Spaanse Formule 4-kampioenschap won, vestigt opnieuw de aandacht op een al langer lopende discussie over Spa en Eau Rouge. Is de geliefde en gevreesde bocht niet té gevaarlijk?

Crashen in Eau Rouge is op zich niet eens zo erg. Natuurlijk, als het mis gaat is de klap hard. Maar moderne racewagens zijn ontworpen om bij een ongeluk zoveel mogelijk energie te absorberen. Dat laatste geldt ook voor de omheining van de circuits. Niet voor niets zijn dodelijke ongelukken tegenwoordig zeer zeldzaam.

Lees ook: Romain Grosjean stapte in 2020 levend uit een brandende auto:Hoe een Formule 1-coureur tegenwoordig angstaanjagende crashes wél overleeft

Steile bergwanden

Bij Eau Rouge schuilt het risico vooral in wat er ná de botsing gebeurt. Gecrashte auto’s stuiteren er bovenaan de heuvel gemakkelijk terug het circuit op. Achteropkomende coureurs die vol gas over de blinde heuvelkam racen, kunnen niet zien dat er even verderop een wrak staat en hebben nauwelijks nog tijd om uit te wijken.

In 2019 kostte zo’n situatie het leven aan de Franse Formule 2-coureur Anthoine Hubert (22). Hij crashte, belandde overdwars op het circuit en werd vol geraakt door de Amerikaan Juan Manuel Correa, die zelf ook zwaargewond raakte. Het ongeluk van Van ’t Hoff gebeurde ongeveer tweehonderd meter verderop, op vrijwel dezelfde manier.

Eau Rouge omwille van de veiligheid radicaal verbouwen is niet eenvoudig: bovenaan de heuvel liggen aan weerszijden van de racebaan steile bergwanden. Toch is de bocht vorig jaar binnen die beperkingen voorzien van ruimere uitloopstroken. Van ’t Hoffs dood laat zien dat het gevaar er desondanks nog steeds is.

F1-rijder Lance Stroll stond zaterdag verslagen voor de tv-camera’s bij de Grote Prijs van Oostenrijk. „Het is niet eerlijk wat er vandaag is gebeurd. Die bocht moet worden aangepast. Dat zeggen we al jaren. Over een paar weken racen we er zelf. Daar moet echt serieus over worden nagedacht.”

De specifieke ligging van Eau Rouge was niet de enige factor die bijdroeg aan Van ’t Hoffs dodelijke ongeval. De race vond plaats in de stromende regen en was na een eerdere botsing voor een groot deel geneutraliseerd door de safetycar, die de rijders langzaam moeten volgen zonder elkaar in te halen. Uiteindelijk besloot de wedstrijdleiding de safetycar van de baan te halen en de race vrij te geven voor één allesbeslissende ronde. Daarin ging het fout.

Max Verstappen vond die herstart „totaal niet nodig”, zei hij zaterdag tegen Viaplay. „Je weet dat je bij een herstart met zo veel water, regen en spray gewoon niks ziet. Mensen in het achterveld die niets te verliezen hebben, gaan natuurlijk vol gas, en dan krijg je dit soort ongelukken.”

Verstappens woorden raken aan een ontwikkeling die zich de laatste jaren voltrekt in de autosport, met name in zijn eigen Formule 1. Op races die finishen achter de safetycar – wat voorheen vaak gebeurde bij grote crashes in de laatste ronden – komt steeds meer een taboe. Een colonne auto’s die traag richting de finish hobbelt, is weinig spectaculair. En daarmee ongewenst voor organisatoren en raceteams, die samen een entertainmentproduct verzorgen dat zoveel mogelijk kijkers – en dus inkomsten – moet trekken.

Lees ook: Vorig jaar eindigde de race op Monza wél achter de safetycar, tot onvrede van de Ferrari-fans

Nieuwe regels of richtlijnen zijn er niet, maar duidelijk is wel dat in elk geval in de Formule 1 de wedstrijdleiding zich tegenwoordig vaker in bochten wringt om een safetycarfinish te vermijden. Neem de Grote Prijs van Abu Dhabi in 2021, toen race director Michael Masi met een zeer controversiële interpretatie van de regels de safetycar eerder dan gebruikelijk weghaalde. Verstappen kreeg zo toch nog één ronde om Lewis Hamilton in te halen en kampioen te worden.

Onderzoek door de FIA

Eerder dit jaar was er ook ophef bij de F1-race in Australië. Toen er een paar ronden voor het einde brokstukken op het circuit belandden, twijfelde de raceleiding of er genoeg tijd was alles op te ruimen tijdens een safetycarfase. Daarom werd de race stilgelegd voor de schoonmaak, en vervolgens weer hervat. Zestien coureurs stormden vanuit een staande start weg, voor twee ronden alles-of-niets. Gevolg: een flinke crash in de eerste bocht. Het maakte duidelijk dat de hang naar entertainment soms schuurt met de veiligheid van de coureurs.

Welke overwegingen de wedstrijdleiding zaterdag maakte bij het herstarten van de race op Spa, met een door de regen levensgevaarlijk Eau Rouge, is nog niet bekend. Wereldautosportbond FIA doet steevast onderzoek naar zware ongelukken – de crash van Van ’t Hoff zal daarop geen uitzondering zijn. F1-coureur Pierre Gasly, een goede vriend van de in 2019 verongelukte Hubert, toonde zich daar dit weekend al voorstander van. „We bedrijven een riskante sport, die altijd riskant zal zijn vanwege de snelheden waarmee we rijden. Maar een diepgaand onderzoek is zeker nodig.”