N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Uitingen van geloofsovertuiging — zoals hoofddoeken, kruizen en keppels — worden verboden voor politieagenten die in contact staan met het publiek. Dat bevestigt het ministerie van Justitie en Veiligheid na berichtgeving van De Telegraaf woensdag. In de politiegedragscode stond neutraliteit al voorgeschreven, maar minister Dilan Yesilgöz (VVD) heeft die norm nu in formele regelgeving gegoten die vanaf deze zomer ingaat.
Lees ook Een politieagent moet een hoofddoek kunnen dragen, vindt de coördinator racismebestrijding
Eind 2022 werd een motie van PVV-kamerlid Lilian Helder aangenomen door de Tweede Kamer waarin werd benoemd dat uitingen van geloofsovertuiging niet bij een seculiere overheid passen. Een woordvoerder van het ministerie van Justitie zegt „niet te kunnen inschatten” hoe de reacties vanuit het korps zelf zullen zijn. Wel is de regel besproken met de korpsleiding. „We hebben in ieder geval duidelijkheid gecreëerd.”
De woordvoerder benadrukt dat de regel alleen geldt voor agenten in uniform die in contact komen met het publiek: „Er zijn zat politiemensen met een functie waarin zij niet in direct contact met het publiek staan. Je kan ook met bijvoorbeeld een hoofddoek nog best bij de politie werken.” Bijvoorbeeld in administratieve functies.
De regelwijziging komt na jaren discussie over neutraliteit bij de politie. Administratief politiemedewerker uit Rotterdam Sarah Izat wilde tijdens haar bureauwerk waarbij ze in beeld komt voor het publiek, een hoofddoek dragen. Dit werd haar niet toegestaan door het korps. Volgens het gezaghebbende maar niet-bindende College voor de Rechten van de Mens werd door de politie Rotterdam „een verboden onderscheid op grond van godsdienst gemaakt”.
Johan van Renswoude, landelijk coördinator racismebestrijding binnen de politie, bepleitte in oktober 2022 in NRC het toestaan van een hoofddoek bij het politie-uniform. Het volledig willen standaardiseren van het politie-uniform vond hij niet meer van deze tijd: „In de huidige superdiverse en sterk polariserende samenleving is deze uniformiteit in de ogen van veel groepen niet neutraal en een exponent van overheidsgezag dat veel minder wordt geaccepteerd.”