Minister Helder: het is de vraag of winstmarges op mondkapjes ethisch verantwoord waren

Mondkapjes Minister Conny Helder voor Langdurige Zorg schrijft ook dat het ministerie van Volksgezondheid onvoldoende oog had voor de financiële risico’s van mondkapjesdeals. Ze baseert zich op een onderzoek van Deloitte.
Minister Helder beschrijft dat de inkoop van mondkapjes bijzonder rommelig verliep.
Minister Helder beschrijft dat de inkoop van mondkapjes bijzonder rommelig verliep. Foto Olivier Middendorp

De winsten die commerciële bedrijven maakten bij de inkoop van mondkapjes aan het begin van de coronapandemie – waaronder Stichting Hulptroepen Alliantie – waren mogelijk ethisch onverantwoord. Dat concludeert minister Conny Helder (Langdurige Zorg, VVD) in een maandag verstuurde brief aan de Tweede Kamer. Ook had de Nederlandse overheid volgens haar onvoldoende oog voor de financiële risico’s van de mondkapjesdeals. Helder trekt deze conclusies op basis van het maandag gepubliceerde vervolgonderzoek van Deloitte naar de inkoop van persoonlijke beschermingsmiddelen (pbm) tijdens de coronacrisis.

Helder beschrijft ook dat de inkoop van mondkapjes, in de crisistijd in 2020, bijzonder rommelig verliep. Dat kwam mede door het gebrek aan pbm-inkoopervaring binnen het ministerie van Volksgezondheid en van leveranciers. De noodzaak om snel voldoende mondkapjes in te kopen was volgens haar bovendien dusdanig groot dat het ministerie van Volksgezondheid riskante overeenkomsten sloot met kleine bedrijven over grote aantallen mondkapjes. Mogelijke winsten van leveranciers waren volgens de minister „niet relevant”. Helder schrijft ook dat ze de hoge winsten die leveranciers maakten „niet vindt passen” bij de crisisomstandigheden. „Individuele belangen speelden daarbij een rol”, aldus Helder.

Lees ook: Van Lienden stelde zaken ‘onjuist’ voor

Uit eerder Deloitte-onderzoek bleek dat ambtenaren bij het ministerie van Volksgezondheid en medewerkers van het landelijk inkoopconsortium LCH, wisten dat Sywert van Lienden en zijn partners winst konden overhouden aan de levering van 40 miljoen mondkapjes. Van Lienden en zijn partners hielden onduidelijkheid over de verhouding tussen hun stichting en een commerciële bv „bewust in stand”.