De uitgestorven steur keert voorzichtig terug

Oervis De steur zwemt al rond sinds het dinotijdperk, maar was uit Nederland verdwenen. Nu wordt hij weer uitgezet, in De Biesbosch.

Een van de 29 Europese steuren die vrijdag in De Biesbosch worden uitgezet. Op het moment dat deze foto werd gemaakt verbleven ze in een afgesloten verblijf.
Een van de 29 Europese steuren die vrijdag in De Biesbosch worden uitgezet. Op het moment dat deze foto werd gemaakt verbleven ze in een afgesloten verblijf. Foto Arthur de Bruin

De Europese steur komt terug. Zeventig jaar nadat de kloeke trekvis uitstierf in de Nederlandse wateren maakt de soort voorzichtig zijn rentree. Vrijdag worden 29 gezenderde jonge steuren uitgezet in Nationaal Park De Biesbosch, op initiatief van ARK Rewilding Nederland, Sportvisserij Nederland en het Wereld Natuur Fonds. De uitzetting is bedoeld als vooronderzoek voor een grootschalige herintroductie, die voor een gezonde steurenpopulatie in de Rijn moet zorgen.

Vier voelsprieten om de bodem af te tasten, geknobbelde beenplaten op zijn rug: de Europese steur (Acipenser sturio) oogt als een oervis, en ís dat ook. Al in het dinotijdperk, ruim 90 miljoen jaar geleden, zwom de soort rond. Sindsdien is de vis vrijwel onveranderd gebleven: een levend fossiel.

Een jonge Europese steur. Volwassen dieren kunnen 3 tot 5 meter worden.
Foto Arthur de Bruin

Kaviaar

Wereldwijd komen er 27 soorten steuren voor. Daarvan leven er acht van nature in Europa, waaronder de Russische steur en de Kaspische steur. Maar door overbevissing – mede vanwege de vraag naar kaviaar, de onbevruchte eitjes van de steur – gaan de aantallen al zeker een eeuw naar beneden. „Ook het rechttrekken van rivieren en het aanbrengen van obstakels, zoals dammen, stuwen en sluizen, is een belangrijke oorzaak van de achteruitgang”, zegt Bram Houben van ARK Rewilding Nederland. „En sinds de jaren vijftig is daar nog grootschalige vervuiling bijgekomen.”

Hoewel de Europese steur aanvankelijk in vrijwel alle grote rivieren van Europa voorkwam, is vooral de Rijn een belangrijk leefgebied. Of, preciezer: voortplantingsgebied. De steur is een zogeheten anadrome trekvis, wat betekent dat de soort in zout water leeft en in zoet water paait. Houben: „Volwassen vissen zwemmen honderden kilometers stroomopwaarts om in de rivieren te paaien, waarna de jonge steurtjes stroomafwaarts zwemmen, onder andere tot in Nederland, en uiteindelijk de zee opgaan.”

Lees ook: Het kan weer: pelikanen in de Nederlandse delta

Grootste vissoort

Met een lengte van 3 tot zelfs 5 meter stond de Europese steur lang te boek als grootste vissoort van Nederland. Maar op 26 juni 1952 werd het laatste exemplaar gevangen – als culinaire delicatesse – en sinds 1953 is de inheemse populatie officieel uitgestorven.

In Frankrijk overleeft de soort nog wél: daar bevindt zich in het stroomgebied van de Gironde en de Dordogne nog een populatie van zo’n 700 exemplaren. Daarmee is de steur volgens ARK Rewilding Europe ‘nog zeldzamer dan de zwarte neushoorn’.

De gezenderde 1-jarige steurtjes die vrijdag in de Biesbosch worden losgelaten komen uit een Franse kwekerij. De hoop is dat de vissen langzaamaan richting Noordzee zwemmen en over zo’n tien jaar, als ze rijp zijn om te paaien, weer de Rijn opzwemmen.

Ondertussen wordt er in Nederland aan gewerkt om de leefomgeving van de steur te verbeteren – zo zouden de Haringvlietsluizen in het ideale geval nog verder opengaan om een goede dynamiek tussen zoet en zout water te krijgen, zegt Houben. „In Duitsland zijn ze al lange tijd bezig om de omstandigheden voor trekvissen als de steur en de zalm te verbeteren, maar vervolgens kwamen die vissen in Nederland alsnog voor een dichte deur. Gelukkig gaan de sluizen sinds 2018 in ieder geval in het trekseizoen op een kier. Daarnaast proberen we goed samen te werken met vissers op de Noordzee. We vragen ze om gevangen steuren te fotograferen, te checken op eventuele zendertjes of markeringen en ze dan weer levend terug te zetten. Zo krijgen we op den duur hopelijk de steur weer écht terug in de delta.”