N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Analyse
Ajax-directeur Edwin van der Sar vertrekt als directeur van Ajax, na een sportief en bestuurlijk belabberd seizoen. Van der Sar bracht Ajax grote successen, maar bij elke tegenslag kwamen zijn zwaktes als leider boven.
Het is als de dag voor een examen, zaterdag 12 februari 2022. Urenlang bereidt hij met zijn naaste medewerkers antwoorden voor op de vragen die hij kan verwachten als hij rond de thuiswedstrijd tegen FC Twente voor de camera zal verschijnen van ESPN. Sinds wanneer weet hij van het seksueel grensoverschrijdend gedrag van technisch directeur Marc Overmars? Hoe heeft dit kunnen gebeuren? Wat zegt dit over de cultuur binnen de club? Alles is doorgesproken, maar zodra interviewer Hans Kraay junior de eerste vraag stelt, gebeurt waar intern al voor werd gevreesd. Van der Sar komt moeilijk uit zijn woorden, vergeet de chronologie en verdwaalt in zijn antwoorden.
Een paar jaar eerder, op 16 april 2019, steekt Van der Sar op een leeg veld zijn vuist in de lucht terwijl Overmars op zijn buik voorbij glijdt. Het Ajax-publiek in het stadion van Juventus is uitzinnig, de Amsterdamse club heeft de kwartfinale van de Champions League bereikt. Als Overmars opstaat geeft Van der Sar hem grappend een trap tegen zijn billen, om zich vervolgens om te draaien naar het ‘uitvak’ en zich te laten toeschreeuwen door de supporters. Zijn supporters – op dat moment.
Het zijn de twee uitersten die het directeurschap van Edwin van der Sar tekenen. Hij is de man die Ajax terugbracht aan de Europese top. Tegelijkertijd heeft hij twijfels over zijn kwaliteiten als manager, als leider van een grote organisatie, zeker in moeilijke tijden, nooit kunnen wegnemen. Zowel binnen Ajax als bij het eigen publiek, dat hem uitfluit als hij eerder deze maand het woord neemt tijdens het afscheid van keeper Maarten Stekelenburg en assistent-trainer Michael Reiziger. Na anderhalf jaar van bestuurlijke en sportieve crisis is de aanhoudende kritiek hem te veel geworden.
Maandag, een dag na de laatste competitiewedstrijd (3-1 verloren tegen FC Twente), heeft Van der Sar in gesprek met de commissarissen van de club bekendgemaakt dat hij per 1 juni zijn functie neerlegt, twee jaar voordat zijn contract afloopt. „Ik ben op”, schrijft hij in het persbericht. Volgens een betrokkene is de voorbije periode „zwaar en emotioneel” geweest voor de oud-doelman van Ajax, Juventus, Fulham, Manchester United en het Nederlands elftal. De commissarissen hebben nog gepoogd hem op andere gedachten te brengen, zei rvc-voorzitter Pier Eringa dinsdag. „Ik was verrast, maar hij was heel duidelijk: hij wilde stoppen.”
De goede toon vinden
Onwennig zijn de eerste bestuurlijke stappen van Van der Sar. Hij wordt directeur marketing, in 2012, kort nadat hij een eenjarige sportmanagement-opleiding heeft gevolgd aan de Cruijff University. Ajax bevindt zich dan, net als nu, in een bestuurlijke crisis – de ‘fluwelen revolutie’ – geleid door Johan Cruijff, die zijn club niet meer herkent en meer ‘Ajax-dna’ in het bestuur wil. Dat heeft Van der Sar als oud-speler in overvloed, al beseft hij dat hij als leidinggevende nog veel moet leren. Medewerkers zien hem tot de dag van vandaag als de grote oud-voetballer, vriendelijk maar afstandelijk, moeilijk benaderbaar. „Het duurt lang voordat je zijn vertrouwen hebt gewonnen”, zegt een voormalig bestuurder die jarenlang nauw met Van der Sar heeft samengewerkt.
De eerste vier jaar doet hij ervaring op in relatieve anonimiteit. Maar dat is voorbij als hij algemeen directeur wordt van de club die ernaar hunkert toe te treden tot de internationale top, maar waar onrust ook altijd op de loer ligt. „De levenslessen die ik op het veld heb geleerd, in situaties van stress, kan ik meenemen naar het werk dat ik nu doe”, zegt Van der Sar in Het Parool.
Maar bij de eerste grote crisis die zich aandient wordt al duidelijk dat hij moeite heeft de juiste keuzes te maken en een goede toon te vinden. In de zomer van 2017 zakt middenvelder Abdelhak Nouri met een hartstilstand in elkaar tijdens een oefenwedstrijd tegen Werder Bremen. Hij loopt ernstige hersenbeschadiging op en zal nooit meer de oude worden. Nouri, die van jongs af aan bij Ajax speelde en heel populair is in Amsterdam, wordt nog altijd thuis door zijn familie verzorgd en verkeert in een verlaagde staat van bewustzijn.
Oud-advocaat Khalid Kasem, nu televisiepresentator, staat de familie Nouri bij als raadgever. Hij heeft zich verbaasd over de opstelling van Van der Sar, zei hij een paar dagen geleden in het tv-programma Voetbal Café. „Ik had niet het idee dat Van der Sar zich manifesteerde zoals je zou moeten doen als directeur van zo’n grote club. Ik vond dat hij afwezig was.”
De zaak sleept lang voort en bezorgt Ajax het imago van een kille, zakelijke club. Pas na vijf jaar wordt overeenstemming bereikt over een schikking met de familie. Ajax betaalt 7,85 miljoen euro schadevergoeding aan de familie, plus de kosten voor verzorging en verpleging. Daar is uiteindelijk iedereen tevreden mee, maar er gaat een lange periode aan vooraf van onderlinge verwijten. Wel ziet Kasem dat Van der Sar groeit in zijn rol: „De afgelopen jaren is hij naast de familie komen te staan, heeft hij laten zien dat hij het wel kan.” Een ingewijde: „Hij was er voor de familie, maar uiteindelijk komt het toch op handelen aan. Het hele proces heeft zó lang geduurd.”
Als directeur blijft Van der Sar een onbeholpen indruk maken. Steeds weer gaat het over zijn hoekige manier van communiceren, talloze presentatietrainingen ten spijt. Als Ajax enkele jaren geleden onder vuur komt te liggen vanwege een winters trainingskamp in Qatar, dat een bedroevende mensenrechtenreputatie heeft, doet Van der Sar de kritiek af met de mededeling dat de club „geen politieke partij” is. Als Ajax de coronaregels negeert door besmette spelers met een privévliegtuig terug te vliegen uit Portugal volgt opnieuw een defensieve reactie. En vorige week wees Van der Sar een voorstel van de gemeente af om het kampioenschap van de Ajax-vrouwen te vieren op het Leidseplein, onder meer omdat de mannen dit seizoen slecht presteren.
Loyaal en hardwerkend
Van der Sar houdt de steun van de commissarissen om wat hij wél brengt. Hij is loyaal, werkt hard en kan kritiek goed van zich af laten glijden, een belangrijke eigenschap voor een directeur van Ajax. Bovendien is hij als internationaal boegbeeld goud waard; overal waar hij komt willen sponsors, clubdirecteuren en beleidsmakers met de oud-keeper om de tafel. Onder zijn leiding wordt Ajax langzaam maar zeker een wereldmerk, met grote internationale sponsors als Budweiser, Coca-Cola en Huawei en samenwerkingen met clubs in China, de Verenigde Arabische Emiraten en Mexico.
De commerciële opmars – de omzet uit ‘merchandising en partnerships’ neemt tussen 2016 en 2022 toe van 44 naar 75 miljoen euro – wordt aangejaagd door de sportieve wederopstanding die mede aan Van der Sar te danken is. Samen met zijn maatje Marc Overmars besluit hij de vette reserves van de club aan te wenden om agressief te investeren in de selectie, in een poging aan te haken bij de Europese top. Dat lukt. Aan de hand van trainers zonder Ajax-verleden, Peter Bosz en Erik ten Hag, neemt de club nationaal afstand van de concurrentie en bereikt ze eerst de finale van de Europa League (2017) en twee jaar later de halve finale van de Champions League.
„Ik weet dat er best een hoop jaloezie is misschien”, zegt Van der Sar in een eindejaarsinterview met het clubkanaal. „Dat Ajax spelers voor veel verkoopt, veel sponsoren heeft en het stadion altijd vol zit. Dat klopt wel, maar wij kijken omhoog. Wij kijken naar Bayern München, Barcelona, Real Madrid. Het jaar 2018/2019 willen we vaker meemaken. Alles is erop gebaseerd om dat volgend jaar weer te gaan waarmaken.”
Zo overstemmen de successen jarenlang de kritiek. Tot 6 februari 2022, als Overmars vertrekt vanwege het langdurig versturen van seksueel getinte berichten aan ondergeschikten. Van der Sar is er kapot van, zien zijn naaste medewerkers. Hoe heeft hij dit kunnen missen? Tegelijkertijd komen zijn tekortkomingen als directeur vanaf dit moment onverbloemd aan de oppervlakte.
Van der Sar belooft een cultuurverandering, tuigt een commissie op, moedigt gedupeerde vrouwen binnen zijn bedrijf aan hun ervaringen intern te delen, maar weigert onderzoek naar Overmars van het externe bureau Bezemer & Schubad te delen met het Instituut Sportrechtspraak (ISR), waardoor het tuchtrechtelijke onderzoek moeilijk van de grond komt. Het ISR is een aantal keer openlijk kritisch op de opstelling van Ajax, waardoor het imago van de club belangrijker lijkt dan het creëren van een veilig werkklimaat.
Van der Sar slaagt er daarnaast niet in het gemis van Overmars op te vangen. De zoektocht naar een opvolger loopt spaak, buitenlandse kandidaten vinden de Eredivisie te klein en voormalig zaakwaarnemer en clubeigenaar Alex Kroes bedankt omdat hij vindt dat Ajax hem te lang in onzekerheid laat. Van der Sar, een directeur die niet bekendstaat om zijn besluitvaardigheid, neemt daarom zelf de verantwoordelijkheid voor het technische beleid, geholpen door technisch manager Gerry Hamstra.
Het leidt tot een chaotische transferzomer, waarin de zaakwaarnemer van aanvoerder Dusan Tadic en coach Alfred Schreuder grote invloed kan uitoefenen op het transferbeleid van de club en Van der Sar de regie verliest. Ajax geeft meer dan 100 miljoen euro uit aan elf nieuwe spelers, maar geen van hen overtuigt. Gevolg: een dramatisch seizoen waarin Ajax ternauwernood derde wordt. Scouts, jeugdtrainers en technisch manager Gerry Hamstra vertrekken. Of John Heitinga mag blijven, de opvolger van de in januari ontslagen coach Alfred Schreuder, is nog altijd niet duidelijk.
Binnen Ajax groeit de laatste maanden de twijfel of Van der Sar de man is die Ajax uit de crisis kan loodsen, vertellen ingewijden. Achter de schermen is de zoektocht naar een opvolger, bij voorkeur iemand met ‘een Ajax-achtergrond’ al begonnen. Toch benadrukte president-commissaris Pier Eringa dinsdag dat dit seizoen ‘niet representatief’ is. „Van der Sar heeft Ajax gepositioneerd in Europa zoals we dat willen. Die man heeft veel goede dingen gedaan.”