Extra geld voor walstroom in Nederlandse zeehavens

Scheepvaart Het kabinet stelt 180 miljoen euro beschikbaar om de grootste schepen in Nederlandse zeehavens ‘aan de stekker’ te krijgen. Zo moet de uitstoot in de havens omlaag.

Grote zeeschepen die aanmeren, moeten uiterlijk in 2030 aan de stekker kunnen in de haven, zodat ze aan de kade hun motoren niet hoeven te laten draaien op stook- of gasolie voor de energievoorziening aan boord.
Grote zeeschepen die aanmeren, moeten uiterlijk in 2030 aan de stekker kunnen in de haven, zodat ze aan de kade hun motoren niet hoeven te laten draaien op stook- of gasolie voor de energievoorziening aan boord. Foto Erik-Jan Ouwerkerk

In het midden van de Prinses Amaliahaven in Rotterdam draait de Nieuwe Maze, het directieschip van het Havenbedrijf, nog even bij voor de foto. Links, aan de APM-terminal, liggen de containerschepen van de Deense rederij Maersk, rechts de giganten van het Franse CMA-CGM aan de terminal van RWG.

En in het midden van de foto, op het achterdek van de Nieuwe Maze, poseert minister Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat, VVD) maandagmorgen met vertegenwoordigers van de grote zeehavens in Nederland. Aan boord heeft de minister zojuist zijn handtekening gezet onder een overeenkomst die de verduurzaming van de vijf grootste zeehavens een stap dichterbij moet brengen.

Het kabinet verstrekt een subsidie van 180 miljoen euro aan de vijf havens voor de bouw van ‘walstroom’-installaties. Het gaat om Rotterdam, Amsterdam, Moerdijk, Groningen en Vlissingen/Terneuzen. Grote zeeschepen – containervaartuigen, cruiseschepen en veerboten – kunnen dan ‘aan de stekker’ in de havens. Als caravans op een camping.

Groene stroom van de wal

Aangemeerd aan de kade hoeven de schepen hun motoren niet meer te laten draaien op stookolie of gasolie om de energievoorziening aan boord te laten doorgaan. Zij krijgen dan hun (groene) stroom van de wal.


Lees ook het interview met vertrekkend havenhoogleraar Harry Geerlings: Vergroent de Rotterdamse haven wel echt? ‘Winst maakt blind’

Walstroom is niet nieuw. De binnenvaart en riviercruises pluggen al langer in zodra ze aanmeren in de haven. In Rotterdam verzorgt een gezamenlijke onderneming van het Havenbedrijf en energieleverancier -Eneco al groene walstroom voor sommige schepen en veerboten.

Het kabinet had al 140 miljoen euro toegezegd en daar komt nog eens 40 miljoen bij uit het klimaatfonds. Dat is een kwart tot de helft van de benodigde investeringen om de grootste zeeschepen aan de stekker te kunnen krijgen, zegt Boudewijn Siemons, directielid van het Havenbedrijf Rotterdam. „Walstroom is een cruciale pijler voor de verduurzaming van het Rotterdamse havencluster.” De rest van de investeringen moet worden opgebracht door de containerterminals en de andere bedrijven in de haven.

Een van de grootste knelpunten bij de uitbreiding van walstroom in de Nederlandse zeehavens is de capaciteit van het elektriciteitsnet. Siemons van het Havenbedrijf zou daarover maandagmiddag opnieuw overleg voeren met netbeheerders Tennet en Stedin.

Kleinere schepen

Vanaf 2030 is walstroom verplicht voor de grootste zeeschepen in havens in de hele Europese Unie. Dat vloeit voort uit nieuwe Europese klimaatregels voor de scheepvaart. Kleinere schepen (met een capaciteit van minder dan 500 brutoton) en vaartuigen voor onder meer de offshore en vrachtveerboten hoeven nog niet aan de EU-regels te voldoen.

Nederlandse reders, die over het algemeen met kleinere schepen varen, hebben het kabinet gevraagd in Europees verband te pleiten voor een walstroomverplichting voor kleinere vaartuigen.

Met de walstroomsubsidie wil het kabinet helpen om de uitstoot van onder meer koolstof, stikstof en fijnstof te beperken. Volgens de brancheorganisatie van de vijf grote zeehavens kan met walstroom ruim 220 kiloton CO2-reductie per jaar worden geboekt en een reductie van 2,5 kiloton stikstof.

„Het gaat om megaschepen en dus om een megareductie van de uitstoot”, zegt Harbers aan boord van de Nieuwe Maze. „De Nederlandse zeehavens kunnen zo een serieuze bijdrage leveren aan het halen van de klimaatdoelen.”

Om de CO2-uitstoot in de haven van Rotterdam in 2030 conform Europese en Nederlandse ambitie met 55 procent terug te brengen ten opzichte van 1990, moet in de grootste haven van Nederland een CO2-reductie van 13,2 megaton per jaar plaatsvinden.

Harbers vindt het opportuun dat publiek geld wordt besteed aan een voorziening die havens en rederijen helpt duurzamer te worden. „Wij moeten zorgen voor eerlijke concurrentie, voor een gelijk speelveld in Europa. Ook Duitsland geeft bijvoorbeeld subsidie voor walstroom in de zeehavens. Bovendien schept deze reductie van stikstof ruimte voor andere projecten in de havens.”

Ook de uitstoot van schadelijke stoffen en geluidsoverlast van cruiseschepen in het centrum van Rotterdam en Amsterdam worden aangepakt met walstroom. Voor de gemeente Rotterdam was dat een reden om Cruise Port Rotterdam, een dochter van het Havenbedrijf, te helpen met de financiering van een walstroominstallatie aan de cruisterminal.

Sommige bewoners hekelen die financiële steun. De voordelen van zeecruises voor de Rotterdamse economie worden volgens hen te rooskleurig voorgespiegeld. Het Havenbedrijf stelt dat de meeste omwonenden juist blij zijn met de cruiseschepen die aanmeren in Rotterdam.