PwC onderzoekt rol Nederlandse tak bij Australisch belastingschandaal

Belastingschandaal Een partner bij de Australische PwC deelde jarenlang vertrouwelijke overheidsinformatie met klanten. In gelekte interne stukken wordt ook de Nederlandse afdeling van PwC genoemd.

Het kantoor van PwC in Amsterdam.
Het kantoor van PwC in Amsterdam. Foto Harold Versteeg

Wat heeft de Nederlandse tak van internationaal accountants- en advieskantoor PwC met Australische belastingen te maken? Daarnaar doet PwC nu onderzoek, te midden van een groot belastingschandaal in Australië waarin het verwikkeld is. Dat bevestigt een woordvoerder van de Nederlandse afdeling van het kantoor dinsdag naar aanleiding van berichtgeving door Het Financieele Dagblad.

De problemen voor PwC in Australië begonnen in januari. Toen schorste de lokale toezichthouder het voormalige Australische hoofd internationale belastingen Peter Collins voor twee jaar. De toezichthouder had de twee jaar daarvoor onderzoek gedaan en concludeerde dat hij vertrouwelijke overheidsinformatie had gedeeld met klanten. Dat ging lijnrecht in tegen door Collins getekende geheimhoudingsverklaringen. Hij was in oktober al opgestapt bij PwC.

Collins adviseerde het Australische ministerie van Financiën vanaf 2013 over het opstellen van wetten om belastingontwijking door multinationals tegen te gaan. Deze wetgeving ging in 2016 in. Maar volgens de toezichthouder deelde Collins informatie uit de adviesgroep al vóór die tijd met klanten van binnen en buiten Australië. Op deze manier konden zij zich voorbereiden op de aankomende wetgeving – en deze mogelijk ook omzeilen.

Toegang tot vertrouwelijke informatie

Toen Collins in januari geschorst werd, stelde PwC dat een klein aantal partners toegang had tot de vertrouwelijke overheidsinformatie. Maar sinds vorige week circuleert er een document van 144 pagina’s aan interne PwC-communicatie. Deze bundel werd tijdens een zitting van de Australische Senaat besproken en is ook in handen van NRC.

Uit de documenten zou blijken dat Collins de geheime informatie veelvuldig deelde met PwC-collega’s, met als hoofddoel hiermee nieuwe klanten te werven en ze voor te bereiden op de aankomende wetgeving. Met name in de Verenigde Staten, in het bijzonder San Francisco, wist het klanten te trekken. Maar ook in het Verenigd Koninkrijk en Ierland lukte dat goed. Of en hoeveel klanten gebruikmaakten van de informatie, is niet duidelijk.

Uit de interne stukken valt op te maken dat de verstuurders én sommige ontvangers van de vertrouwelijke informatie op de hoogte waren van de schimmige en mogelijk illegale manier waarop deze verkregen was. „Behandel dit, zoals gewoonlijk, aub als een gerucht”, schrijft Collins in augustus 2015, bij de mededeling dat de wetgeving een week later voor het Australische parlement zou komen. Het uitlekken van de verschafte informatie, aldus Collins in een andere mail, zou „PwC Australië en mij echt in moeilijkheden brengen”.

Op een aantal van de pagina’s wordt ook de Nederlandse afdeling van PwC genoemd, al is niet duidelijk wat haar rol in dit schandaal is. De tak is zich ervan „bewust” dat ze voorkomt in de documenten, zegt de woordvoerder van PwC-Nederland. Het advieskantoor doet momenteel internationaal onderzoek naar het schandaal. Daarin bekijkt het ook de rol van de Nederlandse afdeling en of Nederlandse klanten gebruik hebben gemaakt van de geheime overheidsinformatie. Wanneer dit onderzoek is afgerond, is nog niet bekend.